Typologie(ën)

herenhuis

Ontwerper(s)

J.B.V. BARRÉarchitect1776

Barnabé GUIMARD1776

Juridisch statuut

Beschermd sinds 31 januari 1992

Stijlen

Neoclassicisme

Inventaris(sen)

Dit (deze) goed(eren) bezit(ten) de volgende waarde(n)

Onderzoek en redactie

2016

id

Urban : 30525
lees meer

Beschrijving

Opgetrokken ter plaatse van het voormalige “Hof van Hoogstraten”: gedeelte in 1774 door de toenmalige eigenares, de prinses van Salm-Salm, aan de Stad afgestaan in ruil voor een gedeelte van de Isabellastraat. Hof bij akte van 03.01.1776 eigendom van graaf C. van Spangen, die het deels liet slopen voor de bouw in 1776-1777 van het hoekpaviljoen met de Hofberg (nr. 13-14) en, vermoedelijk ook gelijktijdig of kort nadien, de aanleg van een rechthoekige ereplein en omringende dienstgebouwen (nr. 11-12), van het Koningsplein afgesloten door een portiek1. Open galerij of zuilengang waarvan het dak op zuilen of arcades rust; - 2. Classicistische ruimte vóór een toegangsdeur die terugspringt of niet gelijk is met de voorgevel; - 3. Samenstel van twee zuilen onder architraaf die overgang tussen twee ruimtes accentueert. (zie straatnotitie), ten noorden uitziend op een tuin, grenzend aan de Terarkenstraat en de Villa Hermosastraat. Complex naderhand (eerste kwart 19e eeuw) eigendom van baron d’Hoogvorst.

Koningsplein 11-12Portieken en voorgevels van de gebouwen op het Koningsplein, ingangsvleugel in de binnenplaats (foto 1980).

Nr. 11-12. Blijkbaar van bij oorsprong L-vormig binnenplaatsgebouw (cf. plannen en zichten uit laatste kwart 18e – eerste helft 19e eeuw). In 1821 - na de brand van de Kanselarij in de Wetstraat (zie Natiepaleis) -, residentie van prins Willem I van Oranje. Gesekwestreerd in 1830; vanaf 1835 betrokken door het Hoog Krijgshof, vanaf 1844 door het Ministerie van Openbare Werken, en vanaf 1884 door het Ministerie van Spoorwegen. In 1897 vestiging van het Rekenhof, waarvoor diverse verbouwingen en uitbreidingen in de loop van 20e eeuw. Thans betrokken door het Ministerie van het Brussels Gewest, waarvoor renovatie (zie Koningsplein nr. 10/Koningstraat nr. 2).

Twee bouwlagen hoge classicistische L-vleugel uit laatste kwart 18e eeuw, met bepleisterde binnenplaatsgevels van respectievelijk zeven en drie traveeënVerticale geleding van een gevel, bepaald door afstand tussen twee opeenvolgende steunpunten (vb. muurdammen, zuilen, ...), onder zadelbedaking met oeil-de-boeufs. Brede kordonvormende lekdrempels als aflijning van de benedenbouw en licht risalietRisaliet (Italiaans, van risalto: uitstekend deel), vooruitspringend volume van een gevel dat over de hele hoogte doorloopt en soms hoger is; naar gelang de positie worden er midden-, zij- en hoekrisalieten onderscheiden. als accentuering van de drie middentravee op bovenverdiepingen, onder kroonlijstStelselmatig uitkragende geprofileerde lijst boven een muur of een ander belangrijk bouwdeel (entablement). en blindeZonder opening; blind venster, schijnopening. attiekMuur of bouwlaag boven de kroonlijst die meestal het dak aan het gezicht onttrekt.; rechthoekige omlijste venstersLicht- en/of luchtopening in een muur. onder driehoekige frontonbekroning met acanthusbladconsoles; festoenAan strikken of linten opgehangen slinger van gehouwen of gesneden vruchten en loofwerk, vaak met neerhangende uiteinden. in casementen erboven; houten deurportaal onder dito luifelAfdak boven de ingang van een huis of handelszaak. (19e eeuw). Overige venstersLicht- en/of luchtopening in een muur. met rolluikkasten (19e eeuw), op bovenverdiepingen onder grote rechthoekige casementen. Achtergevels van totaal tien traveeënVerticale geleding van een gevel, bepaald door afstand tussen twee opeenvolgende steunpunten (vb. muurdammen, zuilen, ...) aan Villa Hermosastraat; drie bouwlagen + entresol (nr. 5), met in benedenverdieping resten van het voormalige Hof van Hoogstraten (cf. ook niveauverschil met binnenplein). Onregelmatige ordonnantie, drielichtGroep van drie smalle vensters binnen dezelfde omlijsting, onderling gescheiden door deelzuiltjes of stijlen/monelen; centraal venster soms hoger dan beide andere. en brede poort resultanten van diverse aanpassingen, volgens archiefgegevens voornamelijk van 1893, 1897 en 1906, onder meer naar ontwerp van architect G. Hano.

Interieur: vermeldenswaardige vergaderzaal op bovenverdieping (westzijde), ingericht (1897?) in neoclassicistische stijl; rijkelijk vergulde en gepolychromeerde stucplafonds en bewerkte deurstukken met respectievelijk initialen JL en X.

Aanleunende noordvleugel (loodrecht op nr. 10): volgens oude zichten blijkbaar oorspronkelijk één bouwlaag hoog, stelselmatig tot 1933 verbouwd en verhoogd tot vijf bouwlagen. BepleisterdeMuur of plafond bedekt met een laag mortel op basis van een mengsel van kalk, gips of cement en zand, met of zonder andere fijne toeslagmaterialen. voorgevel met eenvoudige rechthoekige vensters in zes traveeënVerticale geleding van een gevel, bepaald door afstand tussen twee opeenvolgende steunpunten (vb. muurdammen, zuilen, ...). Eerste bouwlaag en via paralleltrap zichtbare souterrainHoge kelder of half verzonken verdieping.: eveneens resten van voormalig Hof van Hoogstraten; laag conciërgebouw in noordoostelijke oksel.

Voorts complexe noordwest-inplantingen, resulterend van stelselmatige uitbreiding onder meer door verhoging van bestaand gebouw (1938) en, aan tuinzijde, inplanting van drie bouwlagen hoge burelen met natuur- en hardstenen lisenengevels (1936, architect G. Hayois) en bijkomende archieflokalen (1949, architect A. De Laet, en 1955- 1956).

Koningsplein 13-14, hoek Hofberg 2. <a href='/nl/glossary/195' class='info'>Portieken<span>1. Open galerij of zuilengang waarvan het dak op zuilen of arcades rust; - 2. Classicistische ruimte vóór een toegangsdeur die terugspringt of niet gelijk is met de voorgevel; - 3. Samenstel van twee zuilen onder architraaf die overgang tussen twee ruimtes accentueert.</span></a> en voorgevels van de gebouwen op het Koningsplein, Old England (foto 1980).

Nr. 13-14. Hoekpaviljoen van acht + acht (Hofberg) + zes (ereplein) traveeën. In tweede helft 19e eeuw gesplitst in Hotel de la Grande Bretagne en privé-woningen, aan ereplein begrensd door achterliggend bijgebouw van het vroegere Rekenhof.

Zuidwestgedeelte, i.e. met vier linkse traveeënVerticale geleding van een gevel, bepaald door afstand tussen twee opeenvolgende steunpunten (vb. muurdammen, zuilen, ...) aan Hofberg, in 1886 betrokken door het warenhuis Old England, volgens bouwaanvraag van 1905 door architect Paul Saintenoy inwendig verbouwd, verbonden met de nieuwe art nouveau-uitbreiding van 1898-1899 (hoek Hofberg/Villa Hermosastraat, zie Hofberg nr. 2), en verhoogd met een dak-tearoom. Resterend gedeelte van het paviljoen stelselmatig in 1905 en 1912 eveneens betrokken door Old England: naar ontwerp van architect G. Hubrecht in 1913 volledige inwendige verbouwing, met voornamelijk neo-Lodewijk XV- en neo-Lodewijk XVI-inrichting, en restauratie van buitengevels aan Koningsplein/Hofberg, in 1922 gevolgd door de vernieuwing van de zijgevel aan ereplein en vergroting van de keldervensters tot uitstalramen (Koningsplein, noordkant), en verder in 1925 door de vervanging van de inkom zijde Hofberg, vergroting van de overige souterrainvensters tot uitstalramen, en interieuraanpassing. Paviljoen samen met het hoekpand Hofberg nr. 2 in 1974 betrokken door de tapijthandel Rêve d’Orient. In 1979 door de Staat aangekocht voor de vestiging van het Instrumentenmuseum, waarvan de renovatie naar ontwerp van G. + D. Studiegroep D. Bontinck, GUS (D. Graux, F. Terlin- den en G. Vanhamme) en I.D.P.O. Ph. Neerman (zie Hofberg nr. 2) recent (eind 1989) werd aangevat. M.b.t. het hoekpaviljoen: integratie met afbraak en wederopbouw van de vroegere bijgebouwen van het Rekenhof (ten zuidwesten van ereplein en Villa Hermosastraat nr. 3) en herinrichting met tentoonstellingszalen, bibliotheek, ruime concertzaal, ateliers en burelen.


Overblijfselen van het voormalige Hof van Hoogstraten.
In oorsprong twee afzonderlijke voorname woningen: ten zuiden, zijde Hofberg, in 15e eeuw achtereenvolgens bewoond door “Groot Bastaard” Antoon en zijn halfbroer Boudewijn van Bourgondië; noordelijk hof, in laatste kwart 14e – 15e eeuw naar opeenvolgende eigenaars zogenaamd “Hof van Kersbeke” en “Hof van Auxy”, in de loop van tweede helft 15e eeuw betrokken door Filips van Bourgondië, heer van Beveren, die het uitbreidde met een kapel en galerij, en vermoedelijk ca. 1518 door de nieuwe eigenaar Antoon de Lalaing, graaf van Hoogstraten, met het zuidelijk pand aan Hofberg verenigd tot het eigenlijke “Hof van Hoogstraten”.

Bij de nivelleringswerken voor de aanleg van het nieuwe Koningsplein en de bouw, door graaf C. van Spangen, van het hoekpaviljoen met de Hofberg (nr. 13-14) en de aanleg van de binnenplaats met omringende dienstgebouwen (nr. 11-12) werd een deel van het hof gesloopt; de resterende gebouwen kwamen grotendeels ondergronds te liggen en werden gerestaureerd, aangepast of heringedeeld.

Behoudens reeds vroeger gekende getuigen, konden tijdens recent archeologisch onderzoek nog belangrijke bijkomende delen gelokaliseerd worden. Fragmenten van kelders, zandstenen gevelsokkels, vensteromlijstingen en balkenconsoles, bakstenen muurdelen, sporen van ronde traptorens en een huiskapel, en een markante galerij lieten onder meer toe de bouwgeschiedenis en de inplanting van dit patriciërshof nauwkeuriger te omschrijven. “Hof van Hoogstraten” eertijds ruim U-vormig complex huis met tuin, binnenplaats en afsluitingsmuur, in het binnenblok Isabellastraat, Hofberg, Villa Hermosastraat en Terarkenstraat. Typisch uitzicht van voorname woning: dubbele oostvleugel, loodrecht op Isabellastraat, met twee bouwlagen tussen getrapte zijgevels, ronde oostelijke traptoren en aanleunende noordelijke huiskapel met driezijdig koor, via een overbouwde spitsboogarcade verbonden met twee bouwlagen hoge westvleugel, parallel met Villa Hermosastraat, met eveneens ronde traptoren in de oksel met de vermoedelijk zuidvleugel.

De vrijwel intact bewaarde galerij vormt nog een zeldzaam Brussels voorbeeld van laatgotische arcadeEén of meerdere bogen, steunend op zuilen of pijlers; kan ook blind zijn., met in vijf traveeën geprofileerde zandstenen gedrukte spitsbogen met kruisbloem(Neo)gotische beëindiging, bestaande uit een stam met daarop één of meerdere kransen van gestileerde bladeren (hogels) en bovenaan bekroond met een sierbol (pumeel)., onder bakstenen kruisriboverwelving op gebeeldhouwde kraagstenen (zuidkant) en hardstenen zuilen (noordkant), met octogonale lijstkapitelen en sokkels, onderling verbonden door een zandstenen borstwering1. Verhoogd gedeelte van een vestingsmuur waarachter men veilig kan lopen; - 2. Muurtje of hekwerk (balkon, terras); - 3. Deel van een muur tussen vloer en onderzijde van een venster; - 4. Verhoging van de buitenmuren van een huis boven de zolderbalken waarop een muurplaat rust. met hardstenen dekplaat en zitbank.

Bronnen

Archieven
SAB/OW 24464 (1893 en 1906), 1261 (1897), 58586 (1949), 42780 (1933), 49162 (1936, 1938), 69231 (1955-1956), 2569 en 32519 (1905), 31313 (1913, 1922), 31318 (1925).
Archief KCML, dossiers 4478 en 2071.

Publicaties en studies
Ministerie van Openbare Werken, Regie der Gebouwen, Instrumentenmuseum, Inrichtingsprojekt van de vroegere Old England-gebouwen, Luik, 1987. 

Tijdschriften
VAN EENHOOGE D, CELIS M.M., Het «Hof van Hoogstraten», de Brusselse verblijfplaats van Antoine de Lalaing (M & L, 1988, 7/4, pp. 36-62).