Typologie(ën)

herenhuis

Ontwerper(s)

Barnabé GUIMARD1776

J.B.V. BARRÉarchitect1776

Juridisch statuut

Beschermd sinds 22 december 1951

Stijlen

Neoclassicisme

Inventaris(sen)

Dit (deze) goed(eren) bezit(ten) de volgende waarde(n)

Onderzoek en redactie

2016

id

Urban : 30366
lees meer

Beschrijving

Hoekpaviljoen (Naamsestraat) als zuidelijke begrenzing van de Koudenbergkerk, met acht traveeën brede voorgevel en zijgevel van twee traveeënVerticale geleding van een gevel, bepaald door afstand tussen twee opeenvolgende steunpunten (vb. muurdammen, zuilen, ...) waaronder linkse gedicht, onder combinatie van mank en afgesnuit zadeldakDak met twee hellende dakvlakken.; aansluitende uitspringende hoek (Naamsestraat) van tweemaal één traveeVerticale geleding van een gevel, bepaald door afstand tussen twee opeenvolgende steunpunten (vb. muurdammen, zuilen, ...), met deels gedichte rechthoekige openingen, onder plat dak. Samen met nr. 7-8 opgetrokken voor rekening van de Abdij van Koudenberg, na terreininruiling volgens patentbrief van 21.12.1775; initieel interieurontwerp door Barnabé Guimard. Van bij oorsprong opgesplitst en verhuurd (rechter pand aanvankelijk herenhuis Le Noble); naderhand door de abdij verkocht: linker pand in 1784 aan de amman F. Rapedius de Bergh, rechter in 1788 bij openbare verkoop.

Nr. 5: in tweede helft 19e – eerste helft 20e eeuw zogenaamd Taverne du Globe, met drie traveeën aan Koningsplein; volgens archiefgegevens van 1888 aan oostzijde uitgebreid met hogere aanbouw onder beglaasd zadeldak; volgens bouwaanvraag van 1930 aan hoekpartij van zijgevel gewijzigd door vervanging van vensterLicht- en/of luchtopening in een muur. door deur voor nieuwe traphal.

Van 1889 tot 1912 ontving de Taverne du Globe regelmatig de Cercle Africain. Deze vereniging bracht militairen, territoriale bestuurders en ambtenaren van de Onafhankelijke Congostaat (en later Belgisch Congo) samen, met als doel het koloniale project te bevorderen en een ontmoetingsplatform te bieden (tussen voormalige en nieuwe kolonisten, investeerders die geïnteresseerd waren in de mogelijkheden in Afrika, enz.). In 1912 vestigde de Cercle Africain zich in het gebouw van de Belgische Koloniale Unie (zie de Stassartstraat nr. 34). In 1930 verleende koning Albert I het gezelschap de toestemming om zich het Cercle Royal Africain te noemen. Na de onafhankelijkheid van Congo in 1960 werd het gezelschap niet ontbonden. Het bestaat nog steeds onder de naam Cercle Royal Africain et d’Outre-Mer en omvat personen die in het buitenland hebben gewoond of professionele activiteiten hebben uitgeoefend, voornamelijk in Centraal-Afrika.


Nr. 6: met vijf traveeënVerticale geleding van een gevel, bepaald door afstand tussen twee opeenvolgende steunpunten (vb. muurdammen, zuilen, ...) waaronder centrale toegang, eertijds met binnenplaats aan oostzijde en bijgebouwen. Bovendorpels van souterrainvensters volgens bouwaanvraag van 1920 verhoogd. Grotendeels heringericht naar ontwerp van architect Henri Lacoste van 1929, voor de vestiging van de succursale van de Banque du Commerce, met vernieuwing van achtergevel en uitbreiding met achterbouw onder glaskap op binnenplaats; opslorping van rechter pand nr. 5 en interieuraanpassing voor het volledige paviljoen naar ontwerp van architecten I. en J.-I. Renchion van 1949. Thans betrokken door een bankinstelling.

Bronnen

Archieven
SAB/OW 1917 (1888), 36525 (1930), 28600 (1920), 36526 (1920), 59415 (1949).