Typologie(ën)

burgerwoning
herenhuis

Ontwerper(s)

MARÉCHALarchitect1877

Stijlen

Eclectisme
Neorenaissance

Inventaris(sen)

  • Actualisatie van de Urgentie-Inventaris (Sint-Lukasarchief - 1993-1994)
  • Actualisatie van het inventarisatieproject van het Bouwkundig Erfgoed (DMS-DML - 1995-1998)
  • Permanente actualisatie van de inventaris van het Bouwkundig Erfgoed (DPC-DCE)
  • Urgentie-inventaris van het bouwkundig erfgoed van de Brusselse agglomeratie (Sint-Lukasarchief 1979)
  • Het monumentale erfgoed van België. Brussel Uitbreiding Zuid (Apeb - 2005-2008)

Dit (deze) goed(eren) bezit(ten) de volgende waarde(n)

  • Artistiek
  • Esthetisch
  • Historisch
  • Stedenbouwkundig

Onderzoek en redactie

2005-2006

id

Urban : 16031
lees meer

Beschrijving

Ensemble in eclectische stijl bestaande uit groot herenhuis geflankeerd door twee burgerwoningen, n.o.v. arch. Maréchal, 1877.

Nr. 410 en 414. Aanvankelijk twee identieke huizen met symmetrische compositieTypische gevelopstand bestaande uit drie gelijke traveeën; in Brussel komt dit geveltype vaak voor met drie bouwlagen volgens verkleinende ordonnantie; de centrale travee wordt in vele gevallen rijker uitgewerkt en benadrukt door haar licht te laten uitspringen en/of door één of meerdere balkons; het grondplan bestaat over het algemeen uit een aaneenschakeling van kamers.. BepleisterdeMuur of plafond bedekt met een laag mortel op basis van een mengsel van kalk, gips of cement en zand, met of zonder andere fijne toeslagmaterialen. gevel met hardstenen elementen. Op nr. 414 centrale balkons volgens verkleinende ordonnantie, met gietijzerenHard, bros en niet smeedbaar ijzer; gegoten in herbruikbare mallen; meestal gebruikt voor de borstwering van balkons. borstwering1. Verhoogd gedeelte van een vestingsmuur waarachter men veilig kan lopen; - 2. Muurtje of hekwerk (balkon, terras); - 3. Deel van een muur tussen vloer en onderzijde van een venster; - 4. Verhoging van de buitenmuren van een huis boven de zolderbalken waarop een muurplaat rust.. Op nr. 410 hardstenen erkerRechthoekig of veelhoekig uitbouwsel, als het ware op de gevel geplakt en daardoor deel uitmakend van de achterliggende ruimte; vaak over één of meer verdiepingen gestapeld. (1901). Interieur van nr. 410 deels verbouwd (n.o.v. arch. Adrien Blomme, 1930). Deuren en kroonlijstStelselmatig uitkragende geprofileerde lijst boven een muur of een ander belangrijk bouwdeel (entablement). oorspronkelijk; op nr. 414 schrijnwerkVerzameling van al het (niet-constructief) houten materiaal zoals deuren, vensterkozijnen, erkeronderdelen, kroonlijst, …; bij uitbreiding ook materiaal in aluminium, PVC, ...  deels vervangen. SchrijnwerkVerzameling van al het (niet-constructief) houten materiaal zoals deuren, vensterkozijnen, erkeronderdelen, kroonlijst, …; bij uitbreiding ook materiaal in aluminium, PVC, ...  en deur van nr. 414 waarschijnlijk van  XXa met in impostvensterVenster boven een deur en ervan gescheiden door een stenen dorpel, een entablement of een muurvlak. glas-in-loodraam met floraal motief.

Nr. 412. Gevel met elementen van Italiaanse renaissance van drie bouwlagen en vier traveeënVerticale geleding van een gevel, bepaald door afstand tussen twee opeenvolgende steunpunten (vb. muurdammen, zuilen, ...) onder mansardedakGebroken kap of Frans dak met met steile ondervlakken en licht hellende bovenvlakken.. BepleisterdeMuur of plafond bedekt met een laag mortel op basis van een mengsel van kalk, gips of cement en zand, met of zonder andere fijne toeslagmaterialen. gevel met indrukwekkend hardstenen decor. Benedenverdieping in 1911 met hardsteen bekleed. Metalen inrijpoort. VenstersLicht- en/of luchtopening in een muur. op eerste verdieping onder gebogen frontonDriehoekige of segmentvormige bekroning van een gevel of muuropening.; voor centrale traveeënVerticale geleding van een gevel, bepaald door afstand tussen twee opeenvolgende steunpunten (vb. muurdammen, zuilen, ...) doorlopend  balkon met balustradeHekwerk van spijlen of balusters. die doorloopt in borstweringen1. Verhoogd gedeelte van een vestingsmuur waarachter men veilig kan lopen; - 2. Muurtje of hekwerk (balkon, terras); - 3. Deel van een muur tussen vloer en onderzijde van een venster; - 4. Verhoging van de buitenmuren van een huis boven de zolderbalken waarop een muurplaat rust. van zijvensters. VenstersLicht- en/of luchtopening in een muur. in derde bouwlaag onder entablementHoofdgestel of onderdeel ervan (vb. kroonlijst) als bekroning van muuropening; entablement vaak op consoles.. Zware kroonlijstStelselmatig uitkragende geprofileerde lijst boven een muur of een ander belangrijk bouwdeel (entablement). met modillonsRechthoekig kraagstuk, ter versiering van een kroonlijst. en consolesVoornamelijk voluut- of S-vormig kraagstuk, soms ook louter decoratief.. Vier dakkapellenUit het dakvlak opgaand venster; meestal in hout en vaak onder spitse kap. onder frontonDriehoekige of segmentvormige bekroning van een gevel of muuropening. en met vleugelstukken. SchrijnwerkVerzameling van al het (niet-constructief) houten materiaal zoals deuren, vensterkozijnen, erkeronderdelen, kroonlijst, …; bij uitbreiding ook materiaal in aluminium, PVC, ...  naar oorspronkelijk ontwerp vervangen.
Interieur. Grotendeels oorspronkelijk decor en indeling. Op benedenverdieping drie kamers in enfilade: voorste ruimte met schoorsteenmantelHouten of natuurstenen bekleding rond de opening of mond van een schouw. in neo-Lodewijk XVIHistoriserende architectuur die zich vanaf ca. 1910 ontwikkelt. Neemt de neoclassicistische ornamenten uit de periode van Lodewijk XVI over, zoals ovale medaillons, laurierguirlandes, fascesmotief, enz., gevolgd door twee salons met lambriseringWandbetimmering, meestal bestaande uit paneelwerk, aangebracht tegen een binnenmuur (vaak het onderste gedeelte ervan); later ook in marmer, stucwerk, … in neo-régence. Grote witstenen trap naar eerste verdieping. Huidig interieur is resultaat van verbouwingen in Beaux-ArtsstijlArchitectuurstroming (ca. 1905-1930) met reminiscenties aan de grote Franse architectuurstijlen uit de 18e eeuw. Rijk en zorgvuldig gedecoreerde gevels in natuursteen en/of simili of in combinatie met baksteen. Borstweringen en poorten in fraai uitgewerkt smeedwerk. (arch. Maurice Heyninx, 1923) i.o.v. toenmalige eigenaar graaf G. d'Oultremont waar de decoratie van gang en trappenhuisGedeelte van een gebouw waarin de trappen zijn ondergebracht. werd aangepast.

Bronnen

Archieven
SAB/OW 14463 (1877); 410: 14919 (1901), 50626 (1930); 412: 14922 (1911), 31 800 (1923).