Typologie(ën)

burgerwoning

Ontwerper(s)

L. SAUVAGE1907

Stijlen

Beaux-Artsstijl

Inventaris(sen)

  • Actualisatie van de Urgentie-Inventaris (Sint-Lukasarchief - 1993-1994)
  • Actualisatie van het inventarisatieproject van het Bouwkundig Erfgoed (DMS-DML - 1995-1998)
  • Permanente actualisatie van de inventaris van het Bouwkundig Erfgoed (DPC-DCE)
  • Urgentie-inventaris van het bouwkundig erfgoed van de Brusselse agglomeratie (Sint-Lukasarchief 1979)
  • Het monumentale erfgoed van België. Vorst (DPC-DCE - 2014-2020)

Dit (deze) goed(eren) bezit(ten) de volgende waarde(n)

  • Artistiek
  • Esthetisch
  • Historisch

Onderzoek en redactie

2014-2016

id

Urban : 36869
lees meer

Beschrijving

Burgerhuis met invloed van de Beaux-ArtsstijlArchitectuurstroming (ca. 1905-1930) met reminiscenties aan de grote Franse architectuurstijlen uit de 18e eeuw. Rijk en zorgvuldig gedecoreerde gevels in natuursteen en/of simili of in combinatie met baksteen. Borstweringen en poorten in fraai uitgewerkt smeedwerk. en met asymmetrische compositieTypische gevelopstand bestaande uit twee ongelijke traveeën; in Brussel komt dit geveltype vaak voor met drie bouwlagen volgens verkleinende ordonnantie; de hoofdtravee is meestal breder, rijker uitgewerkt en wordt verder benadrukt door licht vooruit te springen en/of door één of meer balkons; de kelders zijn meestal hoog, wat zich vertaalt in een hoge onderbouw; het grondplan bestaat over het algemeen uit een aaneenschakeling van kamers., n.o.v. architect-decorateur L. Sauvage, 1907.

Maakt deel uit van een opmerkelijke huizenrij die begint op nr.177 (op grondgebied Elsene) en eindigt op nr.187.

Gevel in oranjekleurige baksteen met banden en elementen in witsteen, op een hardstenen sokkel. Muuropeningen in gevarieerde vormen. Op de hoofdtraveeBredere en rijker uitgewerkte travee, meestal van een huis met asymmetrische compositie; vaak in risaliet en onder bekronende topgevel., Frans balkonBorstwering tussen de dagkanten van een naar binnen openslaand venster dat tot de vloer doorloopt. in de eerste en derde bouwlaag, balkon in de tweede, alle drie met smeedijzeren borstwering1. Verhoogd gedeelte van een vestingsmuur waarachter men veilig kan lopen; - 2. Muurtje of hekwerk (balkon, terras); - 3. Deel van een muur tussen vloer en onderzijde van een venster; - 4. Verhoging van de buitenmuren van een huis boven de zolderbalken waarop een muurplaat rust.. Ondervlak van het mansardedakGebroken kap of Frans dak met met steile ondervlakken en licht hellende bovenvlakken. bekleed met bakstenen en opengewerkt met twee oeils-de-boeuf. Smeedijzeren deur en schrijnwerkVerzameling van al het (niet-constructief) houten materiaal zoals deuren, vensterkozijnen, erkeronderdelen, kroonlijst, …; bij uitbreiding ook materiaal in aluminium, PVC, ...  bewaard. Garagepoort ingericht in 1951.

Achteruitbouwstrook, oorspronkelijk afgesloten door een ijzeren traliewerk op hardstenen sokkel.


Bronnen

Archieven
GAE/DS 233-183.
GAV/DS 4289, 8440, 15771 (1951), 21244, 21528 (1993), 25832 (2015).