Typologie(ën)

fontein

Ontwerper(s)

J. BERGEbeeldhouwer1751

Stijlen

Neoclassicisme

Inventaris(sen)

  • Bouwen door de eeuwen heen in Brussel. Stad Brussel (1989-1993)

Dit (deze) goed(eren) bezit(ten) de volgende waarde(n)

  • Artistiek
  • Esthetisch
  • Historisch
  • Stedenbouwkundig

Onderzoek en redactie

id

Urban : 38994
lees meer

Beschrijving

Fontein met allegorische beeldengroep door beeldhouwer Jacques Bergé, opgericht in 1751. Geschonken door Lord Thomas Bruce, 2e graaf van Ailesbury en 3e graaf van Elgin, pair van Engeland en Schotland (1656-1741), als dank voor het onthaal te Brussel na zijn politieke verbanning. Ontworpen in 1740 met medewerking of naar aanwijzingen van graaf Henri de Calenberg (1685-1772), uitgevoerd na overeenkomst van 1741, pas na een lange onderbreking voltooid vanaf 1750 en geplaatst in 1751.

 Monumentaal geheel in classicerende stijl. Hoge, rechthoekige hardstenen sokkel: de lange zijden gecantonneerd door brede, halfronde, ingesnoerde waterbekkens met ronde plooien, op een uitgebogen trappenpodium van drie treden. Op de lange zijden marmeren plaketten met het wapen van de schenker, waarin verwerkte masceron als waterspuwerUitstekende buis of gooteinde voor de afvoer van hemelwater, vaak in de vorm van een dierlijk of diabolisch monster.; op de korte zijden idem met stichtingsteksten door J.-J. de Roderique, raadsheer van Karel van Lotharingen.

 Marmeren beeldengroep, reeds grotendeels gerealiseerd in 1741-1743, gesigneerd en gedateerd J. Bergé 1751, doch heden onleesbaar. Voorstelling van de godin
Minerva, met portretmedaillon van Frans van Lotharingen en keizerin Maria-Theresia, omringd door drie putti respectievelijk met (verdwenen) bazuin, waterurne, lans en Medusaschild van de godin. Dubbelportret afgedekt, wapenschilden weggehakt en stichtingsteksten verwijderd in 1793, hersteld in 1814 en 1818 waarbij wijziging van de teksten. Gerestaureerd door de Stad Brussel in 1959.

Bronnen

Tijdschriften
BERGE W., "
Jacques Bergé, Brussels beeldhouwer, 1696-1756" (AWLSK, 48, 1986, pp. 170-188, 223-224).