Typologie(ën)
burgerwoning
Ontwerper(s)
INCONNU - ONBEKEND – 1600-1699
Stijlen
Neoclassicisme
Inventaris(sen)
- Bouwen door de eeuwen heen in Brussel. Stad Brussel (1989-1993)
- Permanente actualisatie van de inventaris van het Bouwkundig Erfgoed (DPC-DCE)
- Urgentie-inventaris van het bouwkundig erfgoed van de Brusselse agglomeratie (Sint-Lukasarchief 1979)
Dit (deze) goed(eren) bezit(ten) de volgende waarde(n)
- Artistiek
- Esthetisch
- Historisch
- Stedenbouwkundig
Onderzoek en redactie
2016
id
Urban : 30193
Beschrijving
Diephuis
in traditionele bak- en zandsteenstijl, eertijds vermoedelijk met topgevelHoogste deel van een gevel, vaak driehoekig en/of getrapt., uit
de 17e eeuw; in
neoclassicistische stijl aangepast met bijkomende halve verdieping,
deuromlijsting en lekdrempels in begin 19e eeuw. Volgens oude iconografische bronnen
ter plaatse van huis met houten puntgevelGevel waarvan de top driehoekig is. in overstek uit de 16e eeuw.
Heden ontpleisterde gevel van vier bouwlagen en twee traveeënVerticale geleding van een gevel, bepaald door afstand tussen twee opeenvolgende steunpunten (vb. muurdammen, zuilen, ...) onder afgesnuit zadeldak. Voormalige kruiskozijnen met kwartholle neggen, speklagen in het verlengde van de dorpelsHorizontaal bouwonderdeel van een venster of deur (onderdorpel, tussendorpel, bovendorpel). en wigvormig ontlastingssysteem, en rechte muurankers op tweede en derde bouwlaag; afgevlakte gevelsteenStenen plaat of blok, aangebracht in of op een gevel, met opschrift. in centrale penant van derde bouwlaag. Haast vierkante venstersLicht- en/of luchtopening in een muur. met hergebruikte (?) neggen op bovenste verdieping. KroonlijstStelselmatig uitkragende geprofileerde lijst boven een muur of een ander belangrijk bouwdeel (entablement). met klossenKraagstuk van een kroonlijst met verfijnd uitgesneden en/of gefreesd hangend element of drop. boven steigergatenGat aan de bovenzijde van een gevel waarin de horizontale dwarsbalken van een steiger werden bevestigd; vaak afgedekt door smeedijzeren (sier)deksel.; gewolfde dakkapelUit het dakvlak opgaand venster; meestal in hout en vaak onder spitse kap.. Vroegere rechthoekige deur in zandstenen entablement met geprofileerde waterlijstVooruitspringende rand in het gevelvlak die regenwater buiten gevel laat afdruppelen.; benedenverdieping verbouwd tot cafépui (1893).
Achtertuitgevel.
Heden ontpleisterde gevel van vier bouwlagen en twee traveeënVerticale geleding van een gevel, bepaald door afstand tussen twee opeenvolgende steunpunten (vb. muurdammen, zuilen, ...) onder afgesnuit zadeldak. Voormalige kruiskozijnen met kwartholle neggen, speklagen in het verlengde van de dorpelsHorizontaal bouwonderdeel van een venster of deur (onderdorpel, tussendorpel, bovendorpel). en wigvormig ontlastingssysteem, en rechte muurankers op tweede en derde bouwlaag; afgevlakte gevelsteenStenen plaat of blok, aangebracht in of op een gevel, met opschrift. in centrale penant van derde bouwlaag. Haast vierkante venstersLicht- en/of luchtopening in een muur. met hergebruikte (?) neggen op bovenste verdieping. KroonlijstStelselmatig uitkragende geprofileerde lijst boven een muur of een ander belangrijk bouwdeel (entablement). met klossenKraagstuk van een kroonlijst met verfijnd uitgesneden en/of gefreesd hangend element of drop. boven steigergatenGat aan de bovenzijde van een gevel waarin de horizontale dwarsbalken van een steiger werden bevestigd; vaak afgedekt door smeedijzeren (sier)deksel.; gewolfde dakkapelUit het dakvlak opgaand venster; meestal in hout en vaak onder spitse kap.. Vroegere rechthoekige deur in zandstenen entablement met geprofileerde waterlijstVooruitspringende rand in het gevelvlak die regenwater buiten gevel laat afdruppelen.; benedenverdieping verbouwd tot cafépui (1893).
Achtertuitgevel.
Bronnen
Archieven
SAB/OW 11896 (1893).