Typologie(ën)

school

Ontwerper(s)

DESTEINBACHBERICKarchitect1893

Juridisch statuut

Ingeschreven in de wettelijke inventaris op 19 augustus 2024

Stijlen

Eclectisme

Dit (deze) goed(eren) bezit(ten) de volgende waarde(n)

Onderzoek en redactie

2014-2016

id

Urban : 36731
lees meer

Beschrijving

Voormalig pensionaat in eclectischeVeel voorkomende stijl (ca. 1850-1914) die inspiratie put uit verschillende architectuurstijlen uit het verleden. Komt door de combinatie van enerzijds verschillende stijlelementen en anderzijds nieuwe technieken en materialen tot een unieke eigentijdse creatie. stijl, n.o.v. architect Desteinbachberick, 1893.

Vormt het begin van een bijzonder homogene huizenrij, tot nr. 143.

OpstandBouwkundige tekening op schaal van een verticaal vlak van een gevel, een binnenmuur,…; in ruime zin het verticaal vlak van een gevel of muur. van drie bouwlagen en, oorspronkelijk, zes traveeënVerticale geleding van een gevel, bepaald door afstand tussen twee opeenvolgende steunpunten (vb. muurdammen, zuilen, ...), de laatste op latere datum toegevoegd. Gevel in witsteen met hardstenen elementen. Lichtjes risaliterendeRisaliet (Italiaans, van risalto: uitstekend deel), vooruitspringend volume van een gevel dat over de hele hoogte doorloopt en soms hoger is; naar gelang de positie worden er midden-, zij- en hoekrisalieten onderscheiden. toegangstraveeTravee waarin de toegang is ondergebracht. met balkons volgens verkleinende ordonnantie en met ijzeren borstweringen1. Verhoogd gedeelte van een vestingsmuur waarachter men veilig kan lopen; - 2. Muurtje of hekwerk (balkon, terras); - 3. Deel van een muur tussen vloer en onderzijde van een venster; - 4. Verhoging van de buitenmuren van een huis boven de zolderbalken waarop een muurplaat rust.. Inrijpoort ter hoogte van de laatste traveeVerticale geleding van een gevel, bepaald door afstand tussen twee opeenvolgende steunpunten (vb. muurdammen, zuilen, ...). SleutelsSluitsteen van een opening; weerhoudt de gewelfstenen in een boog of gewelf. met diamantkopPiramidaal ornament (3 of 4 zijden), onder andere gebruikt in banden en friezen. versieren de muuropeningen, die op benedenverdieping ook van een ijzeren borstwering1. Verhoogd gedeelte van een vestingsmuur waarachter men veilig kan lopen; - 2. Muurtje of hekwerk (balkon, terras); - 3. Deel van een muur tussen vloer en onderzijde van een venster; - 4. Verhoging van de buitenmuren van een huis boven de zolderbalken waarop een muurplaat rust. zijn voorzien. SchrijnwerkVerzameling van al het (niet-constructief) houten materiaal zoals deuren, vensterkozijnen, erkeronderdelen, kroonlijst, …; bij uitbreiding ook materiaal in aluminium, PVC, ...  deels bewaard.

Interieur. Op de benedenverdieping leidt de centrale gang met het trappenhuisGedeelte van een gebouw waarin de trappen zijn ondergebracht. naar de ontvangkamer. Aan weerszijden van de gang, salon, eetkamer en, op de achtergevel, teken- en schilderzaal verlicht door een daklicht, en een klein theater.

Bronnen

Archieven
GAV/DS 871 (1893), 7165 (1921), 7396 (1922), 7862 (1923), 8714 (1925), 10363 (1929), 16671 (1955), 22151 (1997), 22620 (2000-2001), 25673 (2013-2014).