Typologie(ën)
woning
gelijkvloers met handelszaak
gelijkvloers met handelszaak
Ontwerper(s)
INCONNU - ONBEKEND – 1820-1830
Stijlen
Neoclassicisme
Inventaris(sen)
- Bouwen door de eeuwen heen in Brussel. Stad Brussel (1989-1993)
- Permanente actualisatie van de inventaris van het Bouwkundig Erfgoed (DPC-DCE)
Dit (deze) goed(eren) bezit(ten) de volgende waarde(n)
- Artistiek
- Esthetisch
- Historisch
- Stedenbouwkundig
Onderzoek en redactie
2016
id
Urban : 32663
Beschrijving
Reeks van vier gekoppeldeTwee of meerdere identieke bouwelementen (vensters, zuilen, pilasters) die tot een groter (symmetrisch) geheel zijn samengevoegd. voormalige enkelhuizen volgens repeterend
schema, in neoclassicistische stijl, van ca. 1825, en vermoedelijk samen
opgetrokken met nr. 106 cf. doorlopende geleding; drie bouwlagen en elk drie
traveeën onder zadeldakDak met twee hellende dakvlakken..
Oorspronkelijk bepleisterdeMuur of plafond bedekt met een laag mortel op basis van een mengsel van kalk, gips of cement en zand, met of zonder andere fijne toeslagmaterialen. en beschilderde
lijstgevels met verkleinende ordonnantie, nog het best bewaard in nr. 96-98.
Eenvoudige opstand, geleed door de puilijst en een geprofileerd kordonUitspringende, horizontale geleding over de hele breedte van een gevel, om verdiepingen te markeren of als verlenging van de (lek)dorpels., en
afgewerkt door een klassiek hoofdgestelHoog horizontaal lijstwerk ter bekroning van een gevel. met gelede architraafHoofdbalk; het onderste, dragende deel van een klassiek hoofdgestel, meestal geleed door banden., friesHorizontale band om een muurvlak in te delen of aan de bovenzijde te begrenzen; al dan niet beschilderd of versierd (terracotta, sgrafitto, cementtegels…). en kroonlijst
op klossenKraagstuk van een kroonlijst met verfijnd uitgesneden en/of gefreesd hangend element of drop.. Rechthoekige deur in vlakke omlijsting met neuten en entablementHoofdgestel of onderdeel ervan (vb. kroonlijst) als bekroning van muuropening; entablement vaak op consoles. doorlopend in de
puilijst, in de rechter traveeVerticale geleding van een gevel, bepaald door afstand tussen twee opeenvolgende steunpunten (vb. muurdammen, zuilen, ...) van de begane grond, ook nog bewaard in nr. 100.
Rechthoekige bovenvensters met geprofileerde lekdrempel en ijzeren leuning met
dubbele krul; telkens één dakkapelUit het dakvlak opgaand venster; meestal in hout en vaak onder spitse kap. met frontonDriehoekige of segmentvormige bekroning van een gevel of muuropening. in één van beide zijtravee.
Diverse latere aanpassingen: winkelpuien, bakstenen gevelbekleding en balkon in
nr. 100, stucdecor en balkon in nr. 102, volledig gewijzigde ordonnantie in nr.
104.