Typologie(ën)

woning

Ontwerper(s)

Juridisch statuut

Ingeschreven in de wettelijke inventaris op 19 augustus 2024

Stijlen

Neoclassicisme
Second-Empirestijl

Inventaris(sen)

Dit (deze) goed(eren) bezit(ten) de volgende waarde(n)

Onderzoek en redactie

2016

id

Urban : 32643
lees meer

Beschrijving

Voormalig enkelhuis in neoclassicistischeArchitectuurstroming (vanaf eind 18e eeuw tot ca. 1914) met voorliefde voor orde en symmetrie, gekenmerkt door bepleisterde en wit beschilderde lijstgevels die het stadsbeeld uniformiseren. Verhoudingen en vormentaal van deze stroming evolueren met de tijd. stijl, met drie bouwlagen en drie traveeënVerticale geleding van een gevel, bepaald door afstand tussen twee opeenvolgende steunpunten (vb. muurdammen, zuilen, ...) oorspronkelijk onder zadeldakDak met twee hellende dakvlakken., waarvoor bouwaanvraag van 1824. 

Bepleisterde en beschilderde lijstgevel met verkleinende ordonnantie. Oorspronkelijk rechthoekige deur onder entablementHoofdgestel of onderdeel ervan (vb. kroonlijst) als bekroning van muuropening; entablement vaak op consoles. in de rechter traveeVerticale geleding van een gevel, bepaald door afstand tussen twee opeenvolgende steunpunten (vb. muurdammen, zuilen, ...), naast rechthoekige venstersLicht- en/of luchtopening in een muur. met lekdrempel boven de sokkelHoge plint van een gevel; fungeert als voetstuk in ordonnantie van de gevel. met keldermonden, op de heden verbouwde begane grond. rechthoekige bovenvensters met achtereenvolgens doorgetrokken en afzonderlijke lekdrempels; typische ijzeren leuningen met gekruiste pijlen op de eerste verdieping. KroonlijstStelselmatig uitkragende geprofileerde lijst boven een muur of een ander belangrijk bouwdeel (entablement). boven friesHorizontale band om een muurvlak in te delen of aan de bovenzijde te begrenzen; al dan niet beschilderd of versierd (terracotta, sgrafitto, cementtegels…). waarin steigergatenGat aan de bovenzijde van een gevel waarin de horizontale dwarsbalken van een steiger werden bevestigd; vaak afgedekt door smeedijzeren (sier)deksel. met schijfvormige vulling, en kordonUitspringende, horizontale geleding over de hele breedte van een gevel, om verdiepingen te markeren of als verlenging van de (lek)dorpels.. In 1864 aangebrachte mansarde, waarin drie fraaie dakkapellenUit het dakvlak opgaand venster; meestal in hout en vaak onder spitse kap. in Second-Empirestijl, met orenUitstekend deel van sommige bouwelementen of -constructies, meestal louter decoratief., klauwstukkenZijstuk, veelal in voluutvorm, van een topgevel, dakkapel of dakvenster., sleutelSluitsteen van een opening; weerhoudt de gewelfstenen in een boog of gewelf., gebogen waterlijstVooruitspringende rand in het gevelvlak die regenwater buiten gevel laat afdruppelen. en topstuk, versierd met ingekerfde ranken en rozettenRozet, versiering met concentrische vorm, lijkend op een bloem; in ruime zin roosvenster, groot rondlicht, gevuld met gotisch maaswerk van rozetten, drie-, vier- en veelpassen in concentrische schikking en/of gevuld met glas-in-lood..


Bronnen

Archieven
SAB/OW 13279 (1824), 13344 (1864).