Typologie(ën)

opbrengsthuis
gelijkvloers met handelszaak

Ontwerper(s)

L. SERRUREarchitect1912

Juridisch statuut

Ingeschreven in de wettelijke inventaris op 19 augustus 2024

Stijlen

Eclectisme

Inventaris(sen)

  • Het monumentale erfgoed van België. Schaarbeek (Apeb - 2010-2015)

Dit (deze) goed(eren) bezit(ten) de volgende waarde(n)

Onderzoek en redactie

2010-2012

id

Urban : 20614
lees meer

Beschrijving

Opbrengsthuis in eclectische stijl met commerciële benedenverdieping, als geheel ontworpen met Vandenbusschestraat nr. 3. Gesigneerd op de sokkel “L. SERRURE / ARCHTE”, 1912.

Gevel in oranjekleurige baksteen met elementen in rode baksteen en witsteen. Benedenverdieping nu beschilderd. Vier bouwlagen, de tweede als tussenverdiepingLage verdieping tussen twee bouwlagen; vaak boven commerciële benedenverdieping gelegen.. Twee ongelijke traveeënVerticale geleding van een gevel, bepaald door afstand tussen twee opeenvolgende steunpunten (vb. muurdammen, zuilen, ...) in de Vandenbusschestraat, de eerste als toegangstraveeTravee waarin de toegang is ondergebracht., de tweede blindZonder opening; blind venster, schijnopening. op de verdiepingen. HoektraveeTravee op de hoek (meestal 45°) van een gebouw. met balkons met gietijzerenHard, bros en niet smeedbaar ijzer; gegoten in herbruikbare mallen; meestal gebruikt voor de borstwering van balkons. borstwering1. Verhoogd gedeelte van een vestingsmuur waarachter men veilig kan lopen; - 2. Muurtje of hekwerk (balkon, terras); - 3. Deel van een muur tussen vloer en onderzijde van een venster; - 4. Verhoging van de buitenmuren van een huis boven de zolderbalken waarop een muurplaat rust.. Drie traveeënVerticale geleding van een gevel, bepaald door afstand tussen twee opeenvolgende steunpunten (vb. muurdammen, zuilen, ...) in de Rogierlaan, de tweede met een boogfriesReeks van kleine (decoratieve) bogen, vaak steunend op kraagstenen. op de benedenverdieping, een trapezoïdale gestapelde erkerRechthoekig of veelhoekig uitbouwsel, als het ware op de gevel geplakt en daardoor deel uitmakend van de achterliggende ruimte; vaak over één of meer verdiepingen gestapeld. onder schilddakDak met twee driehoekige dakvlakken aan de smalle zijde en twee trapeziumvormige aan de lange zijde., en een dakvensterUit het dakvlak opgaand stenen venster dat met de gevel in verbinding staat of er enkel door een kroonlijst van gescheiden is. met tweelicht onder een gebogen bekroning, een pinakelSlanke beëindiging in de vorm van een gotisch torentje. en een makelaar1. Versiering op de nok van een dak in de vorm van een decoratieve metalen, terracotta of houten stang; - 2. Middenstijl van een dakspant.. Muuropeningen onder lateien, in metaal op de benedenverdieping, in steen en getand op de verdiepingen. OntlastingsbogenBoog boven een venster- of deuropening die druk van het muurwerk op de stijlen afwentelt en zo het linteel ontlast., in de laatste bouwlaag met timpanenMonumentaal driehoekig of segmentvormig boogveld, meestal besloten in een fronton; vaak rijkelijk versierd. versierd met sgraffiti die nu in zeer slecht staat zijn. De meeste venstersLicht- en/of luchtopening in een muur. op de tussenverdiepingLage verdieping tussen twee bouwlagen; vaak boven commerciële benedenverdieping gelegen. met moneelStenen vensterstijl.. SchrijnwerkVerzameling van al het (niet-constructief) houten materiaal zoals deuren, vensterkozijnen, erkeronderdelen, kroonlijst, …; bij uitbreiding ook materiaal in aluminium, PVC, ...  vervangen, met uitzondering van de privédeur.

Bronnen

Archieven
GAS/DS 258-1-3.