Grote Moskee van Brussel en Islamitisch en Cultureel Centrum van België – vmlg. Panorama van Caïro
Jubelpark 14
Typologie(ën)
kunstencentrum/cultureel centrum
Ontwerper(s)
Ernest VAN HUMBEECK – architect – 1897
Mongi BOUBAKER – architect – 1975
Stijlen
Inventaris(sen)
- Actualisatie van de Urgentie-Inventaris (Sint-Lukasarchief - 1993-1994)
- Het monumentale erfgoed van België. Brussel Uitbreiding Oost (Apeb - 2006-2009)
Dit (deze) goed(eren) bezit(ten) de volgende waarde(n)
- Artistiek Het ontwerp van een onroerend goed (gebouw) door een gerenommeerde kunstenaar (architect) kan maar zeer zelden als criterium worden beschouwd. Om het belang van de selectie van dit onroerend goed te beoordelen, en de plaats dat het inneemt in het oeuvre van een kunstenaar (architect), is dit een criterium dat moet worden afgewogen met de architectonische kwaliteit (compositie en interne structuur), de uitvoering (materialen, technische beheersing), de plaats in de architectuurgeschiedenis dewelke een getuigenis zijn van een fase of aspect van landschapsarchitectuur of de bouwkunst in het verleden. Zodoende gelden koppelingen naar volgende criteria: zeldzaamheid (typologie, stijl, materiaalgebruik, bronnen), representativiteit (idem) en integriteit (idem + kwaliteit van uitvoering).
- Esthetisch Het onroerend goed heeft een esthetische waarde als het de waarnemer zintuigelijk prikkelt op een positieve manier (‘ervaring van schoonheid). Historisch gezien werd deze waarde aangewend om waardevolle natuurlijke of semi-natuurlijke gebieden aan te duiden, maar het kan ook gelden voor grote gehelen van gebouwen in een stedelijk gebied, met of zonder natuurlijke elementen, of monumenten die het stadslandschap markeren. Automatisch dringt een afweging met andere waarden zich op, de artistieke in de eerste plaats, maar ook de landschappelijke (integratie van het werk in het stedelijk landschap, oriëntatiepunten in de stad) en stedenbouwkundige waarde (spontane of rationele stedelijke gehelen), en dienen koppelingen naar selectiecriteria worden gemaakt: representativiteit, ensemblewaarde en contextuele waarde. Criteria die met andere (met name artistieke) criteria moeten worden gecombineerd.
- Historisch Het onroerend goed heeft een historische waarde als het getuigt van een bijzondere periode in de geschiedenis van de streek of de gemeente, of als bijzonder belangrijke ouderdom en zeldzame ontwikkeling voor een periode (bv. tuinstad die representatief is voor een bouwwijze die werd toegepast in het kader van de grote bouwcampagnes na de Tweede Wereldoorlog; dorpskernen die de eerste gegroepeerde bouwwerken van de gemeenten van de tweede ring illustreren; Hallepoort als overblijfsel van de tweede omwalling; enz.), of als getuigenis van een bepaalde stedelijke (en/of landschappelijke) ontwikkeling van de stad (bv. gebouwen aan de centrale boulevards of in de Leopoldswijk), of wanneer het een band vertoont met een belangrijke historische figuur - met inbegrip van persoonlijke huizen van architecten en kunstenaarsateliers (b.v. het geboortehuis van Constantin Meunier, het huis van Magritte), of in verband kan worden gebracht met een belangrijke historische gebeurtenis (b.v. huizen van de wederopbouw na het bombardement van 1695, Congreskolom), of een typologische representativiteit vertoont die kenmerkend is voor een commerciële of culturele beroepsactiviteit (bv. kerken, bioscopen, industriële architectuur, apotheken).
- Stedenbouwkundig Sommige bouwkundige goederen spelen, meer dan andere bouwkundige goederen, een prominente rol in de planmatige inrichting van de bebouwde ruimte in het verleden. Meestal determineren zijn andere stedenbouwkundige (plan)vormen zodat er zich een wisselwerking voortdoet tussen bebouwde en niet-bebouwde (of open) ruimte. Die inrichting omvat ook de samenhang tussen verschillende schaalniveaus. Een onroerend goed heeft stedenbouwkundige waarde wanneer het hierin een rol speelt, bijvoorbeeld hoekgebouwen, coherente pleinen of (straatwanden), deskundig ingeplante torens (hoogbouw) en hun relatie tot hun onmiddellijke kwaliteitsvolle omgeving die coherent kan zijn, maar ook contrastrijk, maar ook relicten van stedenbouwkundige concepten en hoe deze architecturaal (en typologisch) zijn of werden ingevuld, zoals bijvoorbeeld de nog bewaarde eclectische stadspaleizen en/of herenhuizen in de Leopoldswijk.
Onderzoek en redactie
id
Beschrijving
Geschiedenis
Bij zijn terugkeer van Egypte schilderde Émile Wauters een panoramisch doek voor de Compagnie austro-belge des Panoramas [Oostenrijks-Belgische Compagnie van Panorama’s]. Het werk was een beeldverslag van de reis van aartshertog Rudolf van Oostenrijk naar Caïro en was 14 meter hoog en 114 meter lang, afmetingen die voor dergelijke panorama’s gebruikelijk waren. Het was bestemd voor het Neue Panorama van Wenen maar toen de Weense rotonde door een brand werd verwoest, keerde het terug naar België. Het doek werd opgeborgen in een niet meer gebruikte werkplaats in Sint-Jans-Molenbeek. In 1895 echter werd het aangekocht door graaf Louis Cavens die het liet restaureren. Hij liet tevens op zijn kosten in het Jubelpark een onderkomen bouwen voor het panorama. Het gebouw kreeg de vorm van een moskee. Tijdens een bezoek ter plaatse kozen de baron, Léon de Bruyn, minister van Kunsten, en Gédéon Bordiau, de architect die verantwoordelijk was voor de inrichting van het Jubelpark, de locatie in het noordwestelijke uiteinde van het park. Het Panorama van Caïro werd ingehuldigd naar aanleiding van de Wereldtentoonstelling van 1897 en had toen een groot succes.
Het gebouw was opgetrokken uit duurzame materialen – steen, marmer en ijzer – en zou een dependance worden van de Koninklijke Musea voor Sier- en Nijverheidskunst. Vanaf 1901 vertoonden het gebouw en zijn panorama echter tekenen van verval en rees het probleem van het onderhoud. Rond 1923 restaureerde de schilder Alfred Bastien het doek, een operatie die hij in 1950 moest hernemen ten gevolge van de schade die werd toegebracht aan het glazen dakvan het gebouw tijdens de Tweede Wereldoorlog. In 1963 was het gebouw, dat inmiddels gesloten was voor het publiek, in erbarmelijke staat. Vier jaar later werd het overgedragen aan de islamitische gemeenschap van België met de bedoeling er een cultureel en religieus centrum in onder te brengen. In 1971 volgde de ontmanteling en het doek raakte verloren. Enkele fragmenten bevinden zich vandaag in privéverzamelingen.
Beschrijving
Panorama van Caïro
Het in 1897 door Ernest Van Humbeeck ontworpen gebouw is een rotonde met zestien vlakken en een diameter van 38 meter. Oorspronkelijk waren er verschillende volumes tegenaan gebouwd.
In het zuiden bevonden zich drie bijgebouwen: rechts een vierkant inkompaviljoen van twee bouwlagen onder een koepelBolvormig gewelf op cirkelvormige, elliptische, vierkante of veelhoekige basis.; in het midden, uitgevend op de grote zaal, een verduisterde vestibule die het oog van de de toeschouwers moest voorbereiden op de donkerte van de zaal; links een klein museum met nog een ander doek van Wauters, Sobieski voor Wenen.
In het oosten bevindt zich nog altijd een minaret van 40 meter hoog, bekroond met een bulbus. Hij heeft een vierkante basis gevolgd door een achthoekige bouwlaag met boogfriesReeks van kleine (decoratieve) bogen, vaak steunend op kraagstenen.; dan volgen twee ronde bouwlagen die vroeger een borstwering1. Verhoogd gedeelte van een vestingsmuur waarachter men veilig kan lopen; - 2. Muurtje of hekwerk (balkon, terras); - 3. Deel van een muur tussen vloer en onderzijde van een venster; - 4. Verhoging van de buitenmuren van een huis boven de zolderbalken waarop een muurplaat rust. hadden. Oorspronkelijk was de minaret geflankeerd door een klein toegangsvolume onder een koepelBolvormig gewelf op cirkelvormige, elliptische, vierkante of veelhoekige basis..
De zuidelijke en oostelijke bijgebouwen waren onderling verbonden door een driehoekig, met een arcadeEén of meerdere bogen, steunend op zuilen of pijlers; kan ook blind zijn. afgeboord tuintje.
De gevels hadden een Arabiserend decor: muuropeningen onder hoefijzerbogenBoog die meer dan een halve cirkel beschrijft; boog in de vorm van een hoefijzer., zuilen met versierde kapitelenKopstuk van een zuil, pijler of pilaster; algemeen om de gedragen last op een smaller draagvlak over te brengen., uitgesnedenVerdiept aanbrengen, beitelen,… timpanenMonumentaal driehoekig of segmentvormig boogveld, meestal besloten in een fronton; vaak rijkelijk versierd. en kantelen.
Binnen stond in het midden van de rotonde een tribune van drie meter hoog die met een trap bereikbaar was en van waaruit het publiek het panorama kon bewonderen.
Grote Moskee van Brussel en Islamitisch en Cultureel Centrum van België
Hoewel de rotondestructuur is bewaard gebleven, werd het uitzicht van het gebouw grondig gewijzigd door de verbouwing naar in 1975 ontworpen plannen van architect Mongi Boubaker.
In de zaal van het panorama werden drie verdiepingen aangebracht. In de bepleisterdeMuur of plafond bedekt met een laag mortel op basis van een mengsel van kalk, gips of cement en zand, met of zonder andere fijne toeslagmaterialen. gevel kwamen muuropeningen met uitspringende betonnen omlijsting, die de architect met uit Iran geïmporteerde mozaïek wilde bekleden. De venstersLicht- en/of luchtopening in een muur. in de twee eerste bouwlagen zijn rechthoekig en getralied; die van de derde bouwlaag zijn smaller en onder rondboogBoog waarvan de kromming een halve cirkel beschrijft.. Tegenover de Kortenberglaan kwam een ingang voor dagelijks gebruik met een rechthoekige portiek1. Open galerij of zuilengang waarvan het dak op zuilen of arcades rust; - 2. Classicistische ruimte vóór een toegangsdeur die terugspringt of niet gelijk is met de voorgevel; - 3. Samenstel van twee zuilen onder architraaf die overgang tussen twee ruimtes accentueert..
Met uitzondering van de minaret werd het decor vereenvoudigd en de bijgebouwen werden vervangen door een betonnen gebouw van twee bouwlagen, dat het zuidoostelijk gedeelte van de minaret omvat. Het heeft getraliede venstersLicht- en/of luchtopening in een muur. waarvan de omlijstingen gelijken op die van de rotonde en een decoratieve arcadeEén of meerdere bogen, steunend op zuilen of pijlers; kan ook blind zijn. vormen. In het westen bevindt zich de schouw van de verwarmingsinstallatie.
Het sobere interieur heeft bakstenen muren en vloeren in Cararisch marmer. De tweede verdieping is ingericht als grote gebedszaal met een tussenverdiepingLage verdieping tussen twee bouwlagen; vaak boven commerciële benedenverdieping gelegen. voor de vrouwen. Het plafond heeft de vorm van een grote centrale blindeZonder opening; blind venster, schijnopening. koepelBolvormig gewelf op cirkelvormige, elliptische, vierkante of veelhoekige basis., omkranst door vier kleinere koepelsBolvormig gewelf op cirkelvormige, elliptische, vierkante of veelhoekige basis.. Het decor vertoont islamitische invloeden. De muren zijn deels bekleed met groene en witte mozaïek. In het westen bevindt zich de kunstig bewerkte mihrab in witsteen.
Bronnen
Archieven
SAB/OW 82106 (1971), 86219 (1975).
ARA/ Ministerie van Openbare Werken, Administratie van Bruggen en Wegen, Civiele Gebouwen, inventaris T039/07, aanwijzer 602, doos 172.
Publicaties en studies
CARTUYVELS, S., Parc du Cinquantenaire. Histoire du parc, onuitgegeven studie uitgevoerd voor de Koning Boudewijnstichting, 2003, p. 77.
DELTOUR-LEVIE, C., HANOSSET, Y., Het Jubelpark. Zijn gebouwen en musea, Reeks Brussel, stad van kunst en geschiedenis, 1, Ministerie van het Brussels Hoofdstedelijk Gewest, Directie Monumenten en Landschappen, Brussel, 1993, pp. 46-47.
HENNAUT, E. (ed.), Parc du Cinquantenaire, le complexe architectural dans ses relations avec le parc, studie uitgevoerd voor de Koning Boudewijnstichting, Archives d’Architecture moderne, 2003, pp. 116-119.
Islamic and cultural center in Brussels / Centre islamique et culturel à Bruxelles, Brussel, impr. Weissenbruch sa, [1976].
Kroniek van het Jubelpark, 1880-1980, Koning Boudewijnstichting, Brussel, 1980.
LEROY, I., Le Panorama de la Bataille de Waterloo, Commission royale des Monuments, Sites et Fouilles, Luik, 2009, pp. 47, 54, 56-57, 60-64.
PIRLOT, A.-M., CULOT, M., ‘L’Orient des architectes’, Venus d’ailleurs, Brussels Hoofdstedelijk Gewest, Brussel, 2009, pp. 70-94.
Tijdschriften
Bruxelles Exposition 1897, officieel orgaan van de Internationale Tentoonstelling, Rossel, Brussel, 1897, pp. 85-89.
L’Émulation, 1898, pl. 30-32.
Websites
http://balat.kikirpa.be (met onder meer een lexicon van Belgische schilders van de 14de eeuw tot vandaag, Dictionnaire des Peintres belgesdu XIVe siècle à nos jours, 1994, digitale versie).
Opmerkelijke bomen in de nabijheid