Typologie(ën)

burgerwoning

Ontwerper(s)

INCONNU - ONBEKEND1830-1840

Juridisch statuut

Ingeschreven in de wettelijke inventaris op 19 augustus 2024

Stijlen

Eclectisme
Neoclassicisme

Inventaris(sen)

Dit (deze) goed(eren) bezit(ten) de volgende waarde(n)

Onderzoek en redactie

2016

id

Urban : 30638
lees meer

Beschrijving

In oorsprong geheel van twee burgerwoningen in neoclassicistische stijl, volgens spiegelbeeldschema, ca. 1830.

Drie bouwlagen met attiekMuur of bouwlaag boven de kroonlijst die meestal het dak aan het gezicht onttrekt. en samen zes traveeënVerticale geleding van een gevel, bepaald door afstand tussen twee opeenvolgende steunpunten (vb. muurdammen, zuilen, ...) onder zadeldakDak met twee hellende dakvlakken.. BepleisterdeMuur of plafond bedekt met een laag mortel op basis van een mengsel van kalk, gips of cement en zand, met of zonder andere fijne toeslagmaterialen. en beschilderde gevel met registersVensterstrook in een topgevel. van rechthoekige venstersLicht- en/of luchtopening in een muur. volgens verkleinende ordonnantie, op de verdieping met geriemde omlijstingen en doorgetrokken lekdrempels. Respectievelijk centrale traveeVerticale geleding van een gevel, bepaald door afstand tussen twee opeenvolgende steunpunten (vb. muurdammen, zuilen, ...) geaccentueerd door een bijkomend
entablement en balkon op voluutconsoles. Typische ijzeren borstwering1. Verhoogd gedeelte van een vestingsmuur waarachter men veilig kan lopen; - 2. Muurtje of hekwerk (balkon, terras); - 3. Deel van een muur tussen vloer en onderzijde van een venster; - 4. Verhoging van de buitenmuren van een huis boven de zolderbalken waarop een muurplaat rust. en vensterleuningenLage, versierde leuning boven een onderdorpel, meestal in metaal. met spitsboogpatroon of gekruiste pijlen. KroonlijstStelselmatig uitkragende geprofileerde lijst boven een muur of een ander belangrijk bouwdeel (entablement). met klossenKraagstuk van een kroonlijst met verfijnd uitgesneden en/of gefreesd hangend element of drop., boven friesHorizontale band om een muurvlak in te delen of aan de bovenzijde te begrenzen; al dan niet beschilderd of versierd (terracotta, sgrafitto, cementtegels…). met bedekte steigergatenGat aan de bovenzijde van een gevel waarin de horizontale dwarsbalken van een steiger werden bevestigd; vaak afgedekt door smeedijzeren (sier)deksel.; attiekMuur of bouwlaag boven de kroonlijst die meestal het dak aan het gezicht onttrekt. met getoogde openingen. Oorspronkelijk deuren in de uiterste traveeënVerticale geleding van een gevel, bepaald door afstand tussen twee opeenvolgende steunpunten (vb. muurdammen, zuilen, ...) en vlak omlijste venstersLicht- en/of luchtopening in een muur. op de benedenverdieping, verbouwd.