Typologie(ën)
burgerwoning
Ontwerper(s)
E. ALLARD – 1876
Stijlen
Eclectisme
Neoclassicisme
Inventaris(sen)
- Bouwen door de eeuwen heen in Brussel. Stad Brussel (1989-1993)
- Actualisatie van het inventarisatieproject van het Bouwkundig Erfgoed (DMS-DML - 1995-1998)
- Permanente actualisatie van de inventaris van het Bouwkundig Erfgoed (DPC-DCE)
Dit (deze) goed(eren) bezit(ten) de volgende waarde(n)
- Artistiek
- Esthetisch
- Historisch
- Stedenbouwkundig
Onderzoek en redactie
2016
id
Urban : 30670
Beschrijving
Burgerwoning in
eclectische stijl met neoclassicistische inslag en symmetrische compositieTypische gevelopstand bestaande uit drie gelijke traveeën; in Brussel komt dit geveltype vaak voor met drie bouwlagen volgens verkleinende ordonnantie; de centrale travee wordt in vele gevallen rijker uitgewerkt en benadrukt door haar licht te laten uitspringen en/of door één of meerdere balkons; het grondplan bestaat over het algemeen uit een aaneenschakeling van kamers.,
n.o.v. architect E. Allard, 1876.
Oorspronkelijk twee identieke woningen opgetrokken in de tuin van een neopalladiaanse villa (n.o.v. architect A. Engels, 1828,) die gelijktijdig werd verbouwd; begin 20e eeuw wederopgebouwd.
Bepleisterde en beschilderde gevel met doorlopende schijnvoegenImitatievoeg in metsel - of pleisterwerk, aangebracht om regelmatige verdeling te bewerkstelligen of bijvoorbeeld natuurstenen parement (simili) te suggereren. op benedenverdieping. Centrale risalietRisaliet (Italiaans, van risalto: uitstekend deel), vooruitspringend volume van een gevel dat over de hele hoogte doorloopt en soms hoger is; naar gelang de positie worden er midden-, zij- en hoekrisalieten onderscheiden. geaccentueerd door balkons met gietijzerenHard, bros en niet smeedbaar ijzer; gegoten in herbruikbare mallen; meestal gebruikt voor de borstwering van balkons. borstwering1. Verhoogd gedeelte van een vestingsmuur waarachter men veilig kan lopen; - 2. Muurtje of hekwerk (balkon, terras); - 3. Deel van een muur tussen vloer en onderzijde van een venster; - 4. Verhoging van de buitenmuren van een huis boven de zolderbalken waarop een muurplaat rust., en een bekronend frontonDriehoekige of segmentvormige bekroning van een gevel of muuropening.. Rechthoekige deur en venstersLicht- en/of luchtopening in een muur. met geriemde omlijsting en paneel onder de lekdrempel. Klassiek hoofdgestelHoog horizontaal lijstwerk ter bekroning van een gevel..
Oorspronkelijk twee identieke woningen opgetrokken in de tuin van een neopalladiaanse villa (n.o.v. architect A. Engels, 1828,) die gelijktijdig werd verbouwd; begin 20e eeuw wederopgebouwd.
Bepleisterde en beschilderde gevel met doorlopende schijnvoegenImitatievoeg in metsel - of pleisterwerk, aangebracht om regelmatige verdeling te bewerkstelligen of bijvoorbeeld natuurstenen parement (simili) te suggereren. op benedenverdieping. Centrale risalietRisaliet (Italiaans, van risalto: uitstekend deel), vooruitspringend volume van een gevel dat over de hele hoogte doorloopt en soms hoger is; naar gelang de positie worden er midden-, zij- en hoekrisalieten onderscheiden. geaccentueerd door balkons met gietijzerenHard, bros en niet smeedbaar ijzer; gegoten in herbruikbare mallen; meestal gebruikt voor de borstwering van balkons. borstwering1. Verhoogd gedeelte van een vestingsmuur waarachter men veilig kan lopen; - 2. Muurtje of hekwerk (balkon, terras); - 3. Deel van een muur tussen vloer en onderzijde van een venster; - 4. Verhoging van de buitenmuren van een huis boven de zolderbalken waarop een muurplaat rust., en een bekronend frontonDriehoekige of segmentvormige bekroning van een gevel of muuropening.. Rechthoekige deur en venstersLicht- en/of luchtopening in een muur. met geriemde omlijsting en paneel onder de lekdrempel. Klassiek hoofdgestelHoog horizontaal lijstwerk ter bekroning van een gevel..
Bronnen
Archieven
SAB/OW 24967 (1876), 24758 (1828).
