Typologie(ën)

herenhuis

Ontwerper(s)

L. LAUREYS1897

Stijlen

Eclectisme
Neorenaissance
Neo-Lodewijk XVI

Inventaris(sen)

  • Bouwen door de eeuwen heen in Brussel. Stad Brussel (1989-1993)
  • Actualisatie van het inventarisatieproject van het Bouwkundig Erfgoed (DMS-DML - 1995-1998)
  • Permanente actualisatie van de inventaris van het Bouwkundig Erfgoed (DPC-DCE)

Dit (deze) goed(eren) bezit(ten) de volgende waarde(n)

  • Artistiek
  • Esthetisch
  • Historisch
  • Stedenbouwkundig

Onderzoek en redactie

2016

id

Urban : 30636
lees meer

Beschrijving

Herenhuis in eclectische stijl elementen uit de neo-renaissance en neo-Lodewijk XVI-stijl, n.o.v. architect L. Laureys, 1897.

Vier bouwlagen en vier traveeënVerticale geleding van een gevel, bepaald door afstand tussen twee opeenvolgende steunpunten (vb. muurdammen, zuilen, ...) onder plat dak. Natuurstenen gevel met schijnvoegen op de benedenverdieping op sokkel met bossageIn oorsprong een gevelbehandeling waarbij ruwgehakte, rechthoekige blokken natuursteen uit de loodlijn steken en de gevel op die manier een fors, rustiek (rustica) karakter verleent; later op gevel vormelijk geïmiteerd door middel van uitspringend al dan niet bepleisterde bakstenen blokken of banden (doorlopende schijnvoegen)., geleed door de puilijst en kordons. Rechthoekige venstersLicht- en/of luchtopening in een muur. in geriemde omlijsting, de hoge bel-etage gemarkeerd door cartouchesleutels, gebogen en driehoekige frontonsDriehoekige of segmentvormige bekroning van een gevel of muuropening., de zijtraveeën van de tweede verdieping door medaillonsRonde of ovale cartouche. met rankwerkVersiering bestaande uit een buigzame, slingerende tak, versierd met lofwerk.; balkons met ijzeren borstwering1. Verhoogd gedeelte van een vestingsmuur waarachter men veilig kan lopen; - 2. Muurtje of hekwerk (balkon, terras); - 3. Deel van een muur tussen vloer en onderzijde van een venster; - 4. Verhoging van de buitenmuren van een huis boven de zolderbalken waarop een muurplaat rust. met laurierkroon en slingermotief in de centrale traveeVerticale geleding van een gevel, bepaald door afstand tussen twee opeenvolgende steunpunten (vb. muurdammen, zuilen, ...). Rondboogpoort met cartouchesleutel in de rechter traveeVerticale geleding van een gevel, bepaald door afstand tussen twee opeenvolgende steunpunten (vb. muurdammen, zuilen, ...). Klassiek hoofdgestelHoog horizontaal lijstwerk ter bekroning van een gevel..
Rijk interieur met overwelfde hal en imposant trappenhuisGedeelte van een gebouw waarin de trappen zijn ondergebracht..
Stallingen en remise in baksteenbouw achteraan het perceel.

Bronnen

Archieven
SAB/OW 24848 (1897).