Typologie(ën)

opbrengsthuis
gelijkvloers met handelszaak

Ontwerper(s)

Juridisch statuut

Ingeschreven in de wettelijke inventaris op 19 augustus 2024

Stijlen

Eclectisme
Neoromaans
Neogotiek

Inventaris(sen)

Dit (deze) goed(eren) bezit(ten) de volgende waarde(n)

Onderzoek en redactie

2016

id

Urban : 33231
lees meer

Beschrijving

Hoekgebouw (Nieuwbrug nr. 41) in eclectische stijl met neoromaanse en neogotische inslag, naar ontwerp van architect Ch. Licot (?) van 1874.

Drie bouwlagen + entresol en respectievelijk twee en vier traveeënVerticale geleding van een gevel, bepaald door afstand tussen twee opeenvolgende steunpunten (vb. muurdammen, zuilen, ...), onder in 1882 toegevoegd mansardedakGebroken kap of Frans dak met met steile ondervlakken en licht hellende bovenvlakken. (kunstleien). Verzorgde lijstgevel van bak- en hardsteen, met gemarkeerde registersVensterstrook in een topgevel., hoekpilasters en oplopende vensterpartijen. Begane grond oorspronkelijk overspannen door steekbogen, met winkelpui ; huidige toestand uit 1977. Voorgevel : getoogde entresolvensters met sluitsteen, pilastersPlatte, weinig uitspringende muurpijler, vaak met basis en kapiteel., doorgetrokken imposten en gietijzerenHard, bros en niet smeedbaar ijzer; gegoten in herbruikbare mallen; meestal gebruikt voor de borstwering van balkons. leuningen met rozetten. Op bovenverdieping tweelichtenTweedelige lichtopening, door deelzuiltje gesplitst. met pilastersPlatte, weinig uitspringende muurpijler, vaak met basis en kapiteel. met knopkapiteel, getande latei en getoogde hoogvelden, belijnd door gietijzerenHard, bros en niet smeedbaar ijzer; gegoten in herbruikbare mallen; meestal gebruikt voor de borstwering van balkons. balkons. Kroonlijst met klossenKraagstuk van een kroonlijst met verfijnd uitgesneden en/of gefreesd hangend element of drop. boven metopenAl of niet versierd vlak tussen de trigliefen van een fries. en trigliefenfries, cordon en tandlijst.

Zelfde opstand met éénlichten in eerste traveeVerticale geleding van een gevel, bepaald door afstand tussen twee opeenvolgende steunpunten (vb. muurdammen, zuilen, ...) van zijgevel, eenvoudiger met tweelichten met colonnetten op entresol en verdiepte bovenvensters in overige.



Bronnen

Archieven
SAB/OW 18133 (1874, 1882), 85728 (1977).