Voormalig Voertuigenarsenaal
Louis Schmidtlaan 1-3-5-7
Witte Patersstraat 4, 6, 12
Waversesteenweg 950
Vrijwilligerslaan 2-4, 12
Typologie(ën)
kazerne
Ontwerper(s)
Henri VAN DIEVOET – architect – 1901
Juridisch statuut
Ingeschreven in de wettelijke inventaris op 19 augustus 2024
Stijlen
Neogotiek
Eclectisme
Inventaris(sen)
- Inventaris van de Industriële Architectuur (AAM - 1980-1982)
- Actualisatie van de Urgentie-Inventaris (Sint-Lukasarchief - 1993-1994)
- Actualisatie van het inventarisatieproject van het Bouwkundig Erfgoed (DMS-DML - 1995-1998)
- Het monumentale erfgoed van België. Etterbeek (DMS-DML - 1994-1997)
Dit (deze) goed(eren) bezit(ten) de volgende waarde(n)
- Artistiek Het ontwerp van een onroerend goed (gebouw) door een gerenommeerde kunstenaar (architect) kan maar zeer zelden als criterium worden beschouwd. Om het belang van de selectie van dit onroerend goed te beoordelen, en de plaats dat het inneemt in het oeuvre van een kunstenaar (architect), is dit een criterium dat moet worden afgewogen met de architectonische kwaliteit (compositie en interne structuur), de uitvoering (materialen, technische beheersing), de plaats in de architectuurgeschiedenis dewelke een getuigenis zijn van een fase of aspect van landschapsarchitectuur of de bouwkunst in het verleden. Zodoende gelden koppelingen naar volgende criteria: zeldzaamheid (typologie, stijl, materiaalgebruik, bronnen), representativiteit (idem) en integriteit (idem + kwaliteit van uitvoering).
- Esthetisch Het onroerend goed heeft een esthetische waarde als het de waarnemer zintuigelijk prikkelt op een positieve manier (‘ervaring van schoonheid). Historisch gezien werd deze waarde aangewend om waardevolle natuurlijke of semi-natuurlijke gebieden aan te duiden, maar het kan ook gelden voor grote gehelen van gebouwen in een stedelijk gebied, met of zonder natuurlijke elementen, of monumenten die het stadslandschap markeren. Automatisch dringt een afweging met andere waarden zich op, de artistieke in de eerste plaats, maar ook de landschappelijke (integratie van het werk in het stedelijk landschap, oriëntatiepunten in de stad) en stedenbouwkundige waarde (spontane of rationele stedelijke gehelen), en dienen koppelingen naar selectiecriteria worden gemaakt: representativiteit, ensemblewaarde en contextuele waarde. Criteria die met andere (met name artistieke) criteria moeten worden gecombineerd.
- Historisch Het onroerend goed heeft een historische waarde als het getuigt van een bijzondere periode in de geschiedenis van de streek of de gemeente, of als bijzonder belangrijke ouderdom en zeldzame ontwikkeling voor een periode (bv. tuinstad die representatief is voor een bouwwijze die werd toegepast in het kader van de grote bouwcampagnes na de Tweede Wereldoorlog; dorpskernen die de eerste gegroepeerde bouwwerken van de gemeenten van de tweede ring illustreren; Hallepoort als overblijfsel van de tweede omwalling; enz.), of als getuigenis van een bepaalde stedelijke (en/of landschappelijke) ontwikkeling van de stad (bv. gebouwen aan de centrale boulevards of in de Leopoldswijk), of wanneer het een band vertoont met een belangrijke historische figuur - met inbegrip van persoonlijke huizen van architecten en kunstenaarsateliers (b.v. het geboortehuis van Constantin Meunier, het huis van Magritte), of in verband kan worden gebracht met een belangrijke historische gebeurtenis (b.v. huizen van de wederopbouw na het bombardement van 1695, Congreskolom), of een typologische representativiteit vertoont die kenmerkend is voor een commerciële of culturele beroepsactiviteit (bv. kerken, bioscopen, industriële architectuur, apotheken).
- Wetenschappelijk Over het algemeen gebruikt om natuurlijke of semi-natuurlijke gebieden te waarderen in hun botanische kwaliteiten. Binnen de context van een onroerend goed kan het de aanwezigheid van een (bouw)element (bijzonder materiaal, experimenteel materiaal, bouwprocédé of -component) of getuigenis van een ruimtelijk-structurele ruimte (stedenbouwkundig) waarvan het behoud moet worden overwogen met het oog op wetenschappelijk onderzoek.
- Technisch Onder de technische waarde van een onroerend goed kan men het vroeg gebruik van een bepaald materiaal of een bepaalde techniek verstaan (> engineering), ook gebouwen met een constructief of technologisch belang, een technisch hoogstandje of een technologische innovatie kunnen in aanmerking komen. Het kan eveneens industrieel-archeologisch waardevol worden begrepen zoals getuigenissen van verouderde bouwmethodes. Vanzelfsprekend dringt een koppeling zich aan mbt een wetenschappelijke waarde.
- Stedenbouwkundig Sommige bouwkundige goederen spelen, meer dan andere bouwkundige goederen, een prominente rol in de planmatige inrichting van de bebouwde ruimte in het verleden. Meestal determineren zijn andere stedenbouwkundige (plan)vormen zodat er zich een wisselwerking voortdoet tussen bebouwde en niet-bebouwde (of open) ruimte. Die inrichting omvat ook de samenhang tussen verschillende schaalniveaus. Een onroerend goed heeft stedenbouwkundige waarde wanneer het hierin een rol speelt, bijvoorbeeld hoekgebouwen, coherente pleinen of (straatwanden), deskundig ingeplante torens (hoogbouw) en hun relatie tot hun onmiddellijke kwaliteitsvolle omgeving die coherent kan zijn, maar ook contrastrijk, maar ook relicten van stedenbouwkundige concepten en hoe deze architecturaal (en typologisch) zijn of werden ingevuld, zoals bijvoorbeeld de nog bewaarde eclectische stadspaleizen en/of herenhuizen in de Leopoldswijk.
Onderzoek en redactie
1993-1995
id
Urban : 14283
Beschrijving
Gebouwengroep opgetrokken in twee fasen. Vanaf 1901 m.m.v. H. VAN DIEVOET, voorts in 1930.
Gelegen tegenover de heden verdwenen kazerne Rolin.
Omvangrijk gebouwencomplex palend aan de Louis Schmidtlaan in het noorden, de Vrijwilligerslaan in het zuiden, de Waversesteenweg ten westen en de Witherenstraat ten oosten. Op trapeziumvormig grondplan en bestaande uit reeks gebouwen die rond een aantal binnenplaatsen gegroepeerd liggen. Het Arsenaal wordt over zijn ganse oppervlakte omgeven door een omheining met toegangspoorten.
Tot 1976, kazerne van het transportkorps en plaats voor het onderhoud en de herstelling van militaire voertuigen, aanvankelijk voor door paarden getrokken materiaal, later voor motorvoertuigen. In 1989 kocht de GOMB de twee beglaasde loodsen, het inkomgebouwtje en het hoekhuis gelegen langs de L. Schmidtlaan en startte een jaar later met de renovatie en verbouwing van de twee eerste tot bedrijfsruimten voor stadvriendelijke KMO 's, n.o.v. arch. TERLINDEN van arch. bureau GUS. Het overige deel van het terrein is eigendom van de nabijgelegen VUB die nog geen concrete herbestemming heeft gegeven aan het geheel.
De heden gerenoveerde loodsen (A en B) in neo-tudorstijl daterend uit de eerste bouwfase zijn identiek en werden opgetrokken in baksteen met veelvuldige verwerking van hardsteen o.m. voor de sokkel, vensterlijsten, hoekblokken, banden en kordons. De rechthoekige gebouwen met twee bouwlagen en vijf + elf traveeënVerticale geleding van een gevel, bepaald door afstand tussen twee opeenvolgende steunpunten (vb. muurdammen, zuilen, ...) liggen aan weerszijden van een grote binnenplaats geschikt; lijstgevels met horizontaliserende opstand geaccentueerd door brede puilijst, banden en kordons; voorgevels opengewerkt door rondbogige drielichtenGroep van drie smalle vensters binnen dezelfde omlijsting, onderling gescheiden door deelzuiltjes of stijlen/monelen; centraal venster soms hoger dan beide andere. met entablementHoofdgestel of onderdeel ervan (vb. kroonlijst) als bekroning van muuropening; entablement vaak op consoles. en borstwering1. Verhoogd gedeelte van een vestingsmuur waarachter men veilig kan lopen; - 2. Muurtje of hekwerk (balkon, terras); - 3. Deel van een muur tussen vloer en onderzijde van een venster; - 4. Verhoging van de buitenmuren van een huis boven de zolderbalken waarop een muurplaat rust. op de verdieping en gekanteelde bekroning; geflankeerd door twee monumentale vierkante gekanteelde hoektorens; dwars tegen de achtergevel is een lager gebouwtje aangebouwd. Aan hun binnenzijde werden de gebouwen in acht onafhankelijke eenheden ingedeeld die telkens bestaan uit een begane grond en een verdieping, te bereiken via een ruime metalen trap. De ijzeren borstwering1. Verhoogd gedeelte van een vestingsmuur waarachter men veilig kan lopen; - 2. Muurtje of hekwerk (balkon, terras); - 3. Deel van een muur tussen vloer en onderzijde van een venster; - 4. Verhoging van de buitenmuren van een huis boven de zolderbalken waarop een muurplaat rust. op de verdieping en de fraaie pijlers1. Muurstut zonder entasis (kromming), mogelijk met basis en kapiteel; - 2. Massief gemetseld of betonnen steunelement met gewoonlijk rechthoekige doorsnede (vb. bruggepijler,…) die deze steunen werden bewaard. De zijgevels zijn opengewerkt met drielichtenGroep van drie smalle vensters binnen dezelfde omlijsting, onderling gescheiden door deelzuiltjes of stijlen/monelen; centraal venster soms hoger dan beide andere., grote rechthoekige venstersLicht- en/of luchtopening in een muur. en beglaasde deuren. De centrale traveeVerticale geleding van een gevel, bepaald door afstand tussen twee opeenvolgende steunpunten (vb. muurdammen, zuilen, ...) bestaat uit een originele beglaasde overkoepeling die zorgt voor een bijkomende verlichting. Het dak bestaat uit metalen zelfdragende elementen met isolerende kern die zijn vastgehecht op de originele metalen structuur.
Het inkomgebouwtje (F), dat vooraan de binnenplaats tussen de twee hogervermelde loodsen ligt, wordt ermee verbonden door muren voorzien van poorten. Het gebouw van één bouwlaag en twee traveeënVerticale geleding van een gevel, bepaald door afstand tussen twee opeenvolgende steunpunten (vb. muurdammen, zuilen, ...) dateert van de eerste bouwfase en wordt door twee gekanteelde hoektorentjes geflankeerd. Na renovatie werd het eveneens als bedrijfsruimte ingericht.
Hoekgebouw (G) (hoek L. Schmidtlaan met Waversesteenweg) tevens uit de eerste bouwfase omvat twee bouwlagen en resp. twee traveeënVerticale geleding van een gevel, bepaald door afstand tussen twee opeenvolgende steunpunten (vb. muurdammen, zuilen, ...) + hoek + drie traveeënVerticale geleding van een gevel, bepaald door afstand tussen twee opeenvolgende steunpunten (vb. muurdammen, zuilen, ...); onder schilddakDak met twee driehoekige dakvlakken aan de smalle zijde en twee trapeziumvormige aan de lange zijde. (leien). Bakstenen lijstgevel met geaccentueerde horizontale registersVensterstrook in een topgevel. begane grond met hardstenen sokkel, puilijst en doorgetrokken lekdrempels; decoratief parementGevel- of muurbekleding. van hard stenen banden en hoekblokken. Voorgevel met rechthoekige venstersLicht- en/of luchtopening in een muur., getralied op benedenverd. Houten paneeldeur onder entablementHoofdgestel of onderdeel ervan (vb. kroonlijst) als bekroning van muuropening; entablement vaak op consoles. en impost. Geaccentueerde, afgeschuinde hoektraveeTravee op de hoek (meestal 45°) van een gebouw. met uitgewerkte balustradeHekwerk van spijlen of balusters. op verdieping en dakkapelUit het dakvlak opgaand venster; meestal in hout en vaak onder spitse kap. met bekronend frontonDriehoekige of segmentvormige bekroning van een gevel of muuropening.. Houten kroonlijstStelselmatig uitkragende geprofileerde lijst boven een muur of een ander belangrijk bouwdeel (entablement). met tandlijst en klossenKraagstuk van een kroonlijst met verfijnd uitgesneden en/of gefreesd hangend element of drop..
De overige gebouwen (waarvan C, D en E uit de eerste bouwperiode dateren en gebouwen N, P, I, J, L, M, Q, R, S, Z vanaf 1930) opgetrokken in baksteen vaak met gebruik van beton. Het gaat hier vnl. om voormalige onderhouds- en herstellingsloodsen, toegankelijk via hoge poorten; gebouw N was de vroegere smidse, gebouw I was de stookplaats met schoorsteen en C diende als opslagplaats. Gebouw E daarentegen heeft vermoedelijk een woonfunctie gehad.
Gelegen tegenover de heden verdwenen kazerne Rolin.
Omvangrijk gebouwencomplex palend aan de Louis Schmidtlaan in het noorden, de Vrijwilligerslaan in het zuiden, de Waversesteenweg ten westen en de Witherenstraat ten oosten. Op trapeziumvormig grondplan en bestaande uit reeks gebouwen die rond een aantal binnenplaatsen gegroepeerd liggen. Het Arsenaal wordt over zijn ganse oppervlakte omgeven door een omheining met toegangspoorten.
Tot 1976, kazerne van het transportkorps en plaats voor het onderhoud en de herstelling van militaire voertuigen, aanvankelijk voor door paarden getrokken materiaal, later voor motorvoertuigen. In 1989 kocht de GOMB de twee beglaasde loodsen, het inkomgebouwtje en het hoekhuis gelegen langs de L. Schmidtlaan en startte een jaar later met de renovatie en verbouwing van de twee eerste tot bedrijfsruimten voor stadvriendelijke KMO 's, n.o.v. arch. TERLINDEN van arch. bureau GUS. Het overige deel van het terrein is eigendom van de nabijgelegen VUB die nog geen concrete herbestemming heeft gegeven aan het geheel.
De heden gerenoveerde loodsen (A en B) in neo-tudorstijl daterend uit de eerste bouwfase zijn identiek en werden opgetrokken in baksteen met veelvuldige verwerking van hardsteen o.m. voor de sokkel, vensterlijsten, hoekblokken, banden en kordons. De rechthoekige gebouwen met twee bouwlagen en vijf + elf traveeënVerticale geleding van een gevel, bepaald door afstand tussen twee opeenvolgende steunpunten (vb. muurdammen, zuilen, ...) liggen aan weerszijden van een grote binnenplaats geschikt; lijstgevels met horizontaliserende opstand geaccentueerd door brede puilijst, banden en kordons; voorgevels opengewerkt door rondbogige drielichtenGroep van drie smalle vensters binnen dezelfde omlijsting, onderling gescheiden door deelzuiltjes of stijlen/monelen; centraal venster soms hoger dan beide andere. met entablementHoofdgestel of onderdeel ervan (vb. kroonlijst) als bekroning van muuropening; entablement vaak op consoles. en borstwering1. Verhoogd gedeelte van een vestingsmuur waarachter men veilig kan lopen; - 2. Muurtje of hekwerk (balkon, terras); - 3. Deel van een muur tussen vloer en onderzijde van een venster; - 4. Verhoging van de buitenmuren van een huis boven de zolderbalken waarop een muurplaat rust. op de verdieping en gekanteelde bekroning; geflankeerd door twee monumentale vierkante gekanteelde hoektorens; dwars tegen de achtergevel is een lager gebouwtje aangebouwd. Aan hun binnenzijde werden de gebouwen in acht onafhankelijke eenheden ingedeeld die telkens bestaan uit een begane grond en een verdieping, te bereiken via een ruime metalen trap. De ijzeren borstwering1. Verhoogd gedeelte van een vestingsmuur waarachter men veilig kan lopen; - 2. Muurtje of hekwerk (balkon, terras); - 3. Deel van een muur tussen vloer en onderzijde van een venster; - 4. Verhoging van de buitenmuren van een huis boven de zolderbalken waarop een muurplaat rust. op de verdieping en de fraaie pijlers1. Muurstut zonder entasis (kromming), mogelijk met basis en kapiteel; - 2. Massief gemetseld of betonnen steunelement met gewoonlijk rechthoekige doorsnede (vb. bruggepijler,…) die deze steunen werden bewaard. De zijgevels zijn opengewerkt met drielichtenGroep van drie smalle vensters binnen dezelfde omlijsting, onderling gescheiden door deelzuiltjes of stijlen/monelen; centraal venster soms hoger dan beide andere., grote rechthoekige venstersLicht- en/of luchtopening in een muur. en beglaasde deuren. De centrale traveeVerticale geleding van een gevel, bepaald door afstand tussen twee opeenvolgende steunpunten (vb. muurdammen, zuilen, ...) bestaat uit een originele beglaasde overkoepeling die zorgt voor een bijkomende verlichting. Het dak bestaat uit metalen zelfdragende elementen met isolerende kern die zijn vastgehecht op de originele metalen structuur.
Het inkomgebouwtje (F), dat vooraan de binnenplaats tussen de twee hogervermelde loodsen ligt, wordt ermee verbonden door muren voorzien van poorten. Het gebouw van één bouwlaag en twee traveeënVerticale geleding van een gevel, bepaald door afstand tussen twee opeenvolgende steunpunten (vb. muurdammen, zuilen, ...) dateert van de eerste bouwfase en wordt door twee gekanteelde hoektorentjes geflankeerd. Na renovatie werd het eveneens als bedrijfsruimte ingericht.
Hoekgebouw (G) (hoek L. Schmidtlaan met Waversesteenweg) tevens uit de eerste bouwfase omvat twee bouwlagen en resp. twee traveeënVerticale geleding van een gevel, bepaald door afstand tussen twee opeenvolgende steunpunten (vb. muurdammen, zuilen, ...) + hoek + drie traveeënVerticale geleding van een gevel, bepaald door afstand tussen twee opeenvolgende steunpunten (vb. muurdammen, zuilen, ...); onder schilddakDak met twee driehoekige dakvlakken aan de smalle zijde en twee trapeziumvormige aan de lange zijde. (leien). Bakstenen lijstgevel met geaccentueerde horizontale registersVensterstrook in een topgevel. begane grond met hardstenen sokkel, puilijst en doorgetrokken lekdrempels; decoratief parementGevel- of muurbekleding. van hard stenen banden en hoekblokken. Voorgevel met rechthoekige venstersLicht- en/of luchtopening in een muur., getralied op benedenverd. Houten paneeldeur onder entablementHoofdgestel of onderdeel ervan (vb. kroonlijst) als bekroning van muuropening; entablement vaak op consoles. en impost. Geaccentueerde, afgeschuinde hoektraveeTravee op de hoek (meestal 45°) van een gebouw. met uitgewerkte balustradeHekwerk van spijlen of balusters. op verdieping en dakkapelUit het dakvlak opgaand venster; meestal in hout en vaak onder spitse kap. met bekronend frontonDriehoekige of segmentvormige bekroning van een gevel of muuropening.. Houten kroonlijstStelselmatig uitkragende geprofileerde lijst boven een muur of een ander belangrijk bouwdeel (entablement). met tandlijst en klossenKraagstuk van een kroonlijst met verfijnd uitgesneden en/of gefreesd hangend element of drop..
De overige gebouwen (waarvan C, D en E uit de eerste bouwperiode dateren en gebouwen N, P, I, J, L, M, Q, R, S, Z vanaf 1930) opgetrokken in baksteen vaak met gebruik van beton. Het gaat hier vnl. om voormalige onderhouds- en herstellingsloodsen, toegankelijk via hoge poorten; gebouw N was de vroegere smidse, gebouw I was de stookplaats met schoorsteen en C diende als opslagplaats. Gebouw E daarentegen heeft vermoedelijk een woonfunctie gehad.
Bronnen
Publicaties en studies
Het Arsenaal, Brochure GOMB.
Tijdschriften
Industrieel Erfgoed in Vlaanderen, 21, 1991, pp. 11-12.
Tijdschriften
Industrieel Erfgoed in Vlaanderen, 21, 1991, pp. 11-12.