Typologie(ën)
herenhuis
bijgebouwen
bijgebouwen
Ontwerper(s)
R. & R. THÉRY – architect – 1930
J. DE WIT VAN DER HOOP – architect – 1930
Stijlen
Modern classicisme
Inventaris(sen)
- Actualisatie van de Urgentie-Inventaris (Sint-Lukasarchief - 1993-1994)
- Actualisatie van het inventarisatieproject van het Bouwkundig Erfgoed (DMS-DML - 1995-1998)
- Permanente actualisatie van de inventaris van het Bouwkundig Erfgoed (DPC-DCE)
- Het monumentale erfgoed van België. Brussel Uitbreiding Zuid (Apeb - 2005-2008)
Dit (deze) goed(eren) bezit(ten) de volgende waarde(n)
- Artistiek
- Esthetisch
- Historisch
- Stedenbouwkundig
Onderzoek en redactie
2006-2007
id
Urban : 16117
Beschrijving
Halfopen bebouwing met modernistische inslag n.o.v. arch. R. en R. Théry en J. de Wit van der Hoop, 1930. Bijgebouw met garage n.o.v. dezelfde arch, 1931.
Thans gebruikt door École de Commerce Solvay (ULB).
F. Rooseveltlaan nr. 21. Twee bouwlagen onder mansardedakGebroken kap of Frans dak met met steile ondervlakken en licht hellende bovenvlakken.. Bakstenen gevel met witstenen elementen. In F. Rooseveltlaan drie regelmatige traveeënVerticale geleding van een gevel, bepaald door afstand tussen twee opeenvolgende steunpunten (vb. muurdammen, zuilen, ...) met centrale toegangsdeur onder impostvensterVenster boven een deur en ervan gescheiden door een stenen dorpel, een entablement of een muurvlak. binnen getrapte omlijsting. Zijgevel met twee ongelijke traveeënVerticale geleding van een gevel, bepaald door afstand tussen twee opeenvolgende steunpunten (vb. muurdammen, zuilen, ...) en Engelse koer met dienstingangen. Verzorgde achtergevel met drie traveeënVerticale geleding van een gevel, bepaald door afstand tussen twee opeenvolgende steunpunten (vb. muurdammen, zuilen, ...), met op benedenverdieping centrale uitsprong met glasdeurDeur waarvan het grootste deel uit glas bestaat. bekroond door klein terras met smeedijzeren borstwering1. Verhoogd gedeelte van een vestingsmuur waarachter men veilig kan lopen; - 2. Muurtje of hekwerk (balkon, terras); - 3. Deel van een muur tussen vloer en onderzijde van een venster; - 4. Verhoging van de buitenmuren van een huis boven de zolderbalken waarop een muurplaat rust.. VenstersLicht- en/of luchtopening in een muur. op benedenverdieping met smalle inspringende omlijsting, die op verdieping binnen spaarveld en getrapte dagkantenBinnenkant (tussen muurvlak en kozijn) van de stijlen van een muuropeningen; soms geprofileerd of afgeschuind.. SchrijnwerkVerzameling van al het (niet-constructief) houten materiaal zoals deuren, vensterkozijnen, erkeronderdelen, kroonlijst, …; bij uitbreiding ook materiaal in aluminium, PVC, ... en metalen deuren oorspronkelijk.
Interieur. In voormalige eetkamer muren en deuren beschilderd in marmerimitatie; op verdieping badkamer met oorspronkelijk zwart marmeren meubilair in art decoTendens tot de geometrisering van vormen en architecturale ornamenten die zich uitdrukt in het materiaal- en kleurgebruik. (Moutury, S., 1998, s.p.).
Victorialaan nr. 6. Langwerpig volume één bouwlaag onder mansardedakGebroken kap of Frans dak met met steile ondervlakken en licht hellende bovenvlakken.; dezelfde stijl en materialen als hoofdgebouw. Thans verbouwd tot klaslokalen.
Thans gebruikt door École de Commerce Solvay (ULB).
F. Rooseveltlaan nr. 21. Twee bouwlagen onder mansardedakGebroken kap of Frans dak met met steile ondervlakken en licht hellende bovenvlakken.. Bakstenen gevel met witstenen elementen. In F. Rooseveltlaan drie regelmatige traveeënVerticale geleding van een gevel, bepaald door afstand tussen twee opeenvolgende steunpunten (vb. muurdammen, zuilen, ...) met centrale toegangsdeur onder impostvensterVenster boven een deur en ervan gescheiden door een stenen dorpel, een entablement of een muurvlak. binnen getrapte omlijsting. Zijgevel met twee ongelijke traveeënVerticale geleding van een gevel, bepaald door afstand tussen twee opeenvolgende steunpunten (vb. muurdammen, zuilen, ...) en Engelse koer met dienstingangen. Verzorgde achtergevel met drie traveeënVerticale geleding van een gevel, bepaald door afstand tussen twee opeenvolgende steunpunten (vb. muurdammen, zuilen, ...), met op benedenverdieping centrale uitsprong met glasdeurDeur waarvan het grootste deel uit glas bestaat. bekroond door klein terras met smeedijzeren borstwering1. Verhoogd gedeelte van een vestingsmuur waarachter men veilig kan lopen; - 2. Muurtje of hekwerk (balkon, terras); - 3. Deel van een muur tussen vloer en onderzijde van een venster; - 4. Verhoging van de buitenmuren van een huis boven de zolderbalken waarop een muurplaat rust.. VenstersLicht- en/of luchtopening in een muur. op benedenverdieping met smalle inspringende omlijsting, die op verdieping binnen spaarveld en getrapte dagkantenBinnenkant (tussen muurvlak en kozijn) van de stijlen van een muuropeningen; soms geprofileerd of afgeschuind.. SchrijnwerkVerzameling van al het (niet-constructief) houten materiaal zoals deuren, vensterkozijnen, erkeronderdelen, kroonlijst, …; bij uitbreiding ook materiaal in aluminium, PVC, ... en metalen deuren oorspronkelijk.
Interieur. In voormalige eetkamer muren en deuren beschilderd in marmerimitatie; op verdieping badkamer met oorspronkelijk zwart marmeren meubilair in art decoTendens tot de geometrisering van vormen en architecturale ornamenten die zich uitdrukt in het materiaal- en kleurgebruik. (Moutury, S., 1998, s.p.).
Victorialaan nr. 6. Langwerpig volume één bouwlaag onder mansardedakGebroken kap of Frans dak met met steile ondervlakken en licht hellende bovenvlakken.; dezelfde stijl en materialen als hoofdgebouw. Thans verbouwd tot klaslokalen.
Bronnen
Archieven
SAB/OW 39750 (1930).
Publicaties en studies
MOUTURY, S., CORDEIRO, P., HEYMANS, V., Les quartiers Franklin Roosevelt et Vert Chasseur, Cel Historisch Erfgoed, Stad Brussel, Brussel, 1998, s.p.
SAB/OW 39750 (1930).
Publicaties en studies
MOUTURY, S., CORDEIRO, P., HEYMANS, V., Les quartiers Franklin Roosevelt et Vert Chasseur, Cel Historisch Erfgoed, Stad Brussel, Brussel, 1998, s.p.
Opmerkelijke bomen in de nabijheid