Typologie(ën)

burgerwoning

Ontwerper(s)

F. VAN ROELENarchitect1906

Stijlen

Eclectisme

Inventaris(sen)

  • Permanente actualisatie van de inventaris van het Bouwkundig Erfgoed (DPC-DCE)

Dit (deze) goed(eren) bezit(ten) de volgende waarde(n)

  • Artistiek
  • Esthetisch
  • Historisch
  • Stedenbouwkundig

Onderzoek en redactie

2016

id

Urban : 36216
lees meer

Beschrijving

Geheel van vier verschillend uitgewerkte burgerwoningen in eclectische stijl, ontworpen door architect F. Van Roelen voor de Lakense industrieel Gustave Schildknecht, 1906. Het geheel werd gelauwerd tijdens de gevelwedstrijd die de gemeente voor het jaar 1907 organiseerde.

Opstanden van twee bouwlagen, met drie symmetrische traveeënVerticale geleding van een gevel, bepaald door afstand tussen twee opeenvolgende steunpunten (vb. muurdammen, zuilen, ...) en twee traveeënVerticale geleding van een gevel, bepaald door afstand tussen twee opeenvolgende steunpunten (vb. muurdammen, zuilen, ...) die een op twee ongelijk zijn. Op de hoofdtraveeën, rechthoekige voorbouwen bekroond door een terras onder dakvenster of puntgevelGevel waarvan de top driehoekig is.. Gevels in rode baksteen (nr.12 en 16) of witte baksteen, thans beschilderd (nr.14 en 18), versierd met witte of rode baksteen en met witstenen en/of hardstenen elementen. Houten kroonlijsten op korbelen1. Diagonale houten balk ter ondersteuning van overkragende elementen zoals een luifel, een kroonlijst,…; 2. Balk om de verbinding tussen trekker en spantbeen in een kapspant te versterken..
Hek van het tuintje deels bewaard op nr. 12 en 14.

Op nr. 12 en 16, bredere centrale traveeVerticale geleding van een gevel, bepaald door afstand tussen twee opeenvolgende steunpunten (vb. muurdammen, zuilen, ...). Verhoogde benedenverdieping. Muuropeningen onder archivoltGeprofileerde of versierde omlijsting van een boog..
Op nr. 12, deur achter trappenpartij. Voorbouw bekroond door een terras met gemetselde wangenStenen zijkanten van schouwmantel, balkonborstwering, of andere. en smeedijzeren traliewerk. Links, trap naar de kelder. Dakkapel met vleugelstukken en schilddakDak met twee driehoekige dakvlakken aan de smalle zijde en twee trapeziumvormige aan de lange zijde. en voorzien van een vensterLicht- en/of luchtopening in een muur. met twee monelenStenen vensterstijl.. Op de eerste verdieping, bewaard raamwerkVast of bewegend houten of metalen omlijsting van een ruit binnen een kozijn. met bovenlichtenBovenste gedeelte van een raam- of deurkozijn, gescheiden door een dwarsregel; soms voorzien van glas-in-lood en/of roeden. met roedeverdeling.
Op nr. 16, oorspronkelijk, centrale voorbouw met houten structuur die een toegangsportiek vormde, bekroond door een terras, toegankelijk via een trap op de linkertravee; rechts, trap naar de kelder. Structuur verwijderd en onderbouwHoge sokkel, reikend tot ongeveer het midden van de toegang; meestal in hardsteen. vernieuwd in 1983. DakvensterUit het dakvlak opgaand stenen venster dat met de gevel in verbinding staat of er enkel door een kroonlijst van gescheiden is. onder puntgevelGevel waarvan de top driehoekig is. met zichtbare dakstoel en voorzien van een glasdeurDeur waarvan het grootste deel uit glas bestaat. met gebogen Frans balkonBorstwering tussen de dagkanten van een naar binnen openslaand venster dat tot de vloer doorloopt. met houten borstwering. Schrijnwerk vervangen.

Op nr. 14 en 18, opstanden volgens spiegelbeeldschema, met traveeënVerticale geleding van een gevel, bepaald door afstand tussen twee opeenvolgende steunpunten (vb. muurdammen, zuilen, ...) met verspringende bouwlagen. Muuropeningen onder stenen latei of I-balkIJzeren latei met I-profiel. op kussenblokken. Deur onder archivoltGeprofileerde of versierde omlijsting van een boog., bekroond door twee gestapelde vensters. Voorbouw bekroond door een terras met gemetselde wangen; houten borstwering1. Verhoogd gedeelte van een vestingsmuur waarachter men veilig kan lopen; - 2. Muurtje of hekwerk (balkon, terras); - 3. Deel van een muur tussen vloer en onderzijde van een venster; - 4. Verhoging van de buitenmuren van een huis boven de zolderbalken waarop een muurplaat rust. op nr. 18. PuntgevelGevel waarvan de top driehoekig is. met zichtbare dakstoelMeestal driehoekig samenstel van dragende onderdelen van een kap, in één vlak, haaks op het dakvlak en veelal opgebouwd uit één of meerdere elementen op elkaar (kapgebinten). en gebogen elementen. Sommige timpanenMonumentaal driehoekig of segmentvormig boogveld, meestal besloten in een fronton; vaak rijkelijk versierd. en borstweringen1. Verhoogd gedeelte van een vestingsmuur waarachter men veilig kan lopen; - 2. Muurtje of hekwerk (balkon, terras); - 3. Deel van een muur tussen vloer en onderzijde van een venster; - 4. Verhoging van de buitenmuren van een huis boven de zolderbalken waarop een muurplaat rust. zijn versierd met florale sgraffiti met art-nouveau-invloed.
Op nr. 14, schrijnwerk vervangen.
Op nr. 18, schrijnwerk vervangen.

Bronnen

Archieven
SAB/IP II 684 (1903-1915).

SAB/OW Laken 5909 (1906); 1618: 88301 (1983).