Typologie(ën)

woning

Ontwerper(s)

VERGOUTSarchitect1924

Juridisch statuut

Ingeschreven in de wettelijke inventaris op 19 augustus 2024

Stijlen

Beaux-Artsstijl

Dit (deze) goed(eren) bezit(ten) de volgende waarde(n)

Onderzoek en redactie

2018

id

Urban : 38434
lees meer

Beschrijving

Geheel van vier huizen in Beaux-ArtsstijlArchitectuurstroming (ca. 1905-1930) met reminiscenties aan de grote Franse architectuurstijlen uit de 18e eeuw. Rijk en zorgvuldig gedecoreerde gevels in natuursteen en/of simili of in combinatie met baksteen. Borstweringen en poorten in fraai uitgewerkt smeedwerk., identiek volgens spiegelbeeldschema twee per twee, n.o.v. architect Vergouts, nr. 32 en 36 voor een familielid, 1924.

Gevels in gevlamde baksteen van Orp-le-Grand, met elementen in similiBepleistering ter imitatie van natuursteen., Euvillesteen en hardsteen. Opstanden van drie bouwlagen, de laterale woningen met asymmetrische compositie, de centrale woningen met symmetrische compositieTypische gevelopstand bestaande uit drie gelijke traveeën; in Brussel komt dit geveltype vaak voor met drie bouwlagen volgens verkleinende ordonnantie; de centrale travee wordt in vele gevallen rijker uitgewerkt en benadrukt door haar licht te laten uitspringen en/of door één of meerdere balkons; het grondplan bestaat over het algemeen uit een aaneenschakeling van kamers. op de verdiepingen. Korfboogopeningen op de benedenverdieping, onder getande latei op de verdiepingen. Boogvormig Frans balkon met smeedijzeren borstwering1. Verhoogd gedeelte van een vestingsmuur waarachter men veilig kan lopen; - 2. Muurtje of hekwerk (balkon, terras); - 3. Deel van een muur tussen vloer en onderzijde van een venster; - 4. Verhoging van de buitenmuren van een huis boven de zolderbalken waarop een muurplaat rust. op de eerste verdieping. Kroonlijsten en smeedijzeren traliewerk van het tuintje bewaard.

Op nr. 32 en 38, hoofdtraveeBredere en rijker uitgewerkte travee, meestal van een huis met asymmetrische compositie; vaak in risaliet en onder bekronende topgevel. op de verdiepingen gevat in een arcadeEén of meerdere bogen, steunend op zuilen of pijlers; kan ook blind zijn. die de gewelfde kroonlijst doorbreekt. T-vormige glasdeurDeur waarvan het grootste deel uit glas bestaat. op de eerste verdieping, twee smalle gekoppeldeTwee of meerdere identieke bouwelementen (vensters, zuilen, pilasters) die tot een groter (symmetrisch) geheel zijn samengevoegd. rondboogvensters op de tweede. Bewaarde deur op nr. 32. Bewaard schrijnwerkVerzameling van al het (niet-constructief) houten materiaal zoals deuren, vensterkozijnen, erkeronderdelen, kroonlijst, …; bij uitbreiding ook materiaal in aluminium, PVC, ...  op nr. 38; raamwerkVast of bewegend houten of metalen omlijsting van een ruit binnen een kozijn. met bovenlichtenBovenste gedeelte van een raam- of deurkozijn, gescheiden door een dwarsregel; soms voorzien van glas-in-lood en/of roeden. met roedeverdeling en geel glas.

Op nr. 34 en 36, verdiepingen voorzien van drielichtenGroep van drie smalle vensters binnen dezelfde omlijsting, onderling gescheiden door deelzuiltjes of stijlen/monelen; centraal venster soms hoger dan beide andere. en geflankeerd door kolossale pilasters. Bewaard schrijnwerk op nr. 36, behalve de roedeverdeling van de bovenlichtenBovenste gedeelte van een raam- of deurkozijn, gescheiden door een dwarsregel; soms voorzien van glas-in-lood en/of roeden..

Bronnen

Archieven
SAB/OW 3236:
 54395 (1924); 3438: 52616 (1924).