Voormalige Lagere Gemeenteschool school nr. 3 voor jongens en oude gemeentelijke kleuterschool
Ropsy Chaudronstraat 7
Bergense Steenweg 145
Typologie(ën)
Ontwerper(s)
Georges HANSOTTE – 1884
Ernest S' JONGHERS – architect – 1887-1888
Juridisch statuut
Ingeschreven in de wettelijke inventaris op 19 augustus 2024
Stijlen
Inventaris(sen)
- Urgentie-inventaris van het bouwkundig erfgoed van de Brusselse agglomeratie (Sint-Lukasarchief 1979)
- Actualisatie van de Urgentie-Inventaris (Sint-Lukasarchief - 1993-1994)
- Actualisatie van het inventarisatieproject van het Bouwkundig Erfgoed (DMS-DML - 1995-1998)
- Permanente actualisatie van de inventaris van het Bouwkundig Erfgoed (DPC-DCE)
- Het monumentale erfgoed van België. Anderlecht-Kuregem (Archistory - 2017-2019)
Dit (deze) goed(eren) bezit(ten) de volgende waarde(n)
- Artistiek Het ontwerp van een onroerend goed (gebouw) door een gerenommeerde kunstenaar (architect) kan maar zeer zelden als criterium worden beschouwd. Om het belang van de selectie van dit onroerend goed te beoordelen, en de plaats dat het inneemt in het oeuvre van een kunstenaar (architect), is dit een criterium dat moet worden afgewogen met de architectonische kwaliteit (compositie en interne structuur), de uitvoering (materialen, technische beheersing), de plaats in de architectuurgeschiedenis dewelke een getuigenis zijn van een fase of aspect van landschapsarchitectuur of de bouwkunst in het verleden. Zodoende gelden koppelingen naar volgende criteria: zeldzaamheid (typologie, stijl, materiaalgebruik, bronnen), representativiteit (idem) en integriteit (idem + kwaliteit van uitvoering).
- Esthetisch Het onroerend goed heeft een esthetische waarde als het de waarnemer zintuigelijk prikkelt op een positieve manier (‘ervaring van schoonheid). Historisch gezien werd deze waarde aangewend om waardevolle natuurlijke of semi-natuurlijke gebieden aan te duiden, maar het kan ook gelden voor grote gehelen van gebouwen in een stedelijk gebied, met of zonder natuurlijke elementen, of monumenten die het stadslandschap markeren. Automatisch dringt een afweging met andere waarden zich op, de artistieke in de eerste plaats, maar ook de landschappelijke (integratie van het werk in het stedelijk landschap, oriëntatiepunten in de stad) en stedenbouwkundige waarde (spontane of rationele stedelijke gehelen), en dienen koppelingen naar selectiecriteria worden gemaakt: representativiteit, ensemblewaarde en contextuele waarde. Criteria die met andere (met name artistieke) criteria moeten worden gecombineerd.
- Historisch Het onroerend goed heeft een historische waarde als het getuigt van een bijzondere periode in de geschiedenis van de streek of de gemeente, of als bijzonder belangrijke ouderdom en zeldzame ontwikkeling voor een periode (bv. tuinstad die representatief is voor een bouwwijze die werd toegepast in het kader van de grote bouwcampagnes na de Tweede Wereldoorlog; dorpskernen die de eerste gegroepeerde bouwwerken van de gemeenten van de tweede ring illustreren; Hallepoort als overblijfsel van de tweede omwalling; enz.), of als getuigenis van een bepaalde stedelijke (en/of landschappelijke) ontwikkeling van de stad (bv. gebouwen aan de centrale boulevards of in de Leopoldswijk), of wanneer het een band vertoont met een belangrijke historische figuur - met inbegrip van persoonlijke huizen van architecten en kunstenaarsateliers (b.v. het geboortehuis van Constantin Meunier, het huis van Magritte), of in verband kan worden gebracht met een belangrijke historische gebeurtenis (b.v. huizen van de wederopbouw na het bombardement van 1695, Congreskolom), of een typologische representativiteit vertoont die kenmerkend is voor een commerciële of culturele beroepsactiviteit (bv. kerken, bioscopen, industriële architectuur, apotheken).
- Stedenbouwkundig Sommige bouwkundige goederen spelen, meer dan andere bouwkundige goederen, een prominente rol in de planmatige inrichting van de bebouwde ruimte in het verleden. Meestal determineren zijn andere stedenbouwkundige (plan)vormen zodat er zich een wisselwerking voortdoet tussen bebouwde en niet-bebouwde (of open) ruimte. Die inrichting omvat ook de samenhang tussen verschillende schaalniveaus. Een onroerend goed heeft stedenbouwkundige waarde wanneer het hierin een rol speelt, bijvoorbeeld hoekgebouwen, coherente pleinen of (straatwanden), deskundig ingeplante torens (hoogbouw) en hun relatie tot hun onmiddellijke kwaliteitsvolle omgeving die coherent kan zijn, maar ook contrastrijk, maar ook relicten van stedenbouwkundige concepten en hoe deze architecturaal (en typologisch) zijn of werden ingevuld, zoals bijvoorbeeld de nog bewaarde eclectische stadspaleizen en/of herenhuizen in de Leopoldswijk.
Onderzoek en redactie
id
Beschrijving
Geschiedenis
In 1882 verwierf de gemeente een terrein van meer dan 60 are op de hoek van de Bergensesteenweg met het oog op de bouw van een nieuwe jongensschool. Het plan dat Hansotte in 1884 opstelde, werd in januari 1886 door de Bestendige Deputatie aangenomen, en in augustus van datzelfde jaar werd de bouw van de kleuterschool goedgekeurd. Het was toen dat gemeentearchitect S’Jongers de bouw van de lagere school overnam.
De school werd in 24.09.1888 ingehuldigd en lag in de verlenging, toen nog in aanbouw, van de Duitslandstraat, een straatdeel dat na de Eerste Wereldoorlog tot Ropsy Chaudronstraat werd omgedoopt. Met uitzondering van de twee bijgebouwen vooraan moest de instelling schuin t.o.v. de rooilijn van de straat worden ingeplant, want ze werd begrensd door de bochtige loop van de Kleine Zenne die nog niet in noordwestelijke richting was rechtgetrokken. Na het rechttrekken van de rivier in 1889 werd op het vrijgekomen terrein aan de linkerkant een speelplaats aangelegd waarop na 1970 een paviljoen met klaslokalen verrees. Na 1945 huisvestte de instelling de middelbare school Joseph Bracops, het latere Atheneum van Anderlecht, die al snel werd aangevuld met de Nederlandstalige afdeling van het Technisch Instituut Marius Renard. In 1996 moest de school echter haar deuren sluiten bij gebrek aan leerlingen. Nadat het gebouw door de gemeente was overgekocht, vestigden er zich diverse verenigingen, onder de naam Curo-Hall; nadien werd dit het Huis van de Sociale Samenhang van Anderlecht. In 2017 vestigde er zich een nieuwe school, de Nederlandstalige lagere gemeenteschool Kameleon.
Het goedgekeurde ontwerp voor de kleuterschool behelsde acht klaslokalen, een overdekte speelplaats, latrines en urinoirs, een conciërgewoning en een kabinet voor de directrice. In de jaren 1920 werd de instelling een Centrale School van de vierde graad voor jongens. Het gebouw wordt thans ingenomen door de ateliers van vrijetijdscentrum Beeldenstorm.
Beschrijving
Ropsy Chaudronstraat 7
Buitenkant
Complex in baksteen en hardsteen, grotendeels gewit in de jaren 1960, bestaande uit een groot volume met klaslokalen van twee bouwlagen rond een overdekte speelplaats met omlopende galerij. Dit rechthoekige volume is rechts ingewerkt in de bijgebouwen van de gebouwen aan de Bergensesteenweg. Het grote, met zink bedekte zadeldakDak met twee hellende dakvlakken. wordt aan de kant van de klaslokalen doorsneden door halve schilden vooraan en achteraan, en boven de speelplaats wordt het bekroond door een overlangs daklicht met beglaasde zijden.
Aan de straat ligt dit volume achter een met traliewerk afgeboorde binnenplaats en, in de as van de klaslokalen, een conciërgewoning links en een gebouw met kantoren rechts, allebei met twee minder hoge bouwlagen, onder een dak met een leien onderschild en een bovenschild. Rechts ligt een kleine binnenplaats achter een omheiningsmuur met twee deuren. Achteraan wordt het volume over de hele breedte geflankeerd door een turnzaal onder zinken schilddakDak met twee driehoekige dakvlakken aan de smalle zijde en twee trapeziumvormige aan de lange zijde. die bereikbaar is via een klein schuin ingeplant bijgebouw.
De opstanden aan straatzijde zijn het best uitgewerkt. De gelede onderbouwHoge sokkel, reikend tot ongeveer het midden van de toegang; meestal in hardsteen., een entablement tussen de twee bouwlagen waarin de onderdorpels zijn ingewerkt en de omlijsting met orenUitstekend deel van sommige bouwelementen of -constructies, meestal louter decoratief. van de ingang en die van de twee zijvensters zijn allemaal in hardsteen uitgevoerd, terwijl witsteen is gebruikt om alle omlijstingen van de muuropeningen, een-op-twee met bossageIn oorsprong een gevelbehandeling waarbij ruwgehakte, rechthoekige blokken natuursteen uit de loodlijn steken en de gevel op die manier een fors, rustiek (rustica) karakter verleent; later op gevel vormelijk geïmiteerd door middel van uitspringend al dan niet bepleisterde bakstenen blokken of banden (doorlopende schijnvoegen)., te versieren en te verbinden tot een compact geheel van horizontale kettingen. De drie muuropeningen van de verdieping van de overdekte speelplaats hebben een volledig stenen omlijsting met kroonlijstStelselmatig uitkragende geprofileerde lijst boven een muur of een ander belangrijk bouwdeel (entablement)., de centrale op consolesVoornamelijk voluut- of S-vormig kraagstuk, soms ook louter decoratief.. De conciërgewoning en het volume met kantoren ertegenover hebben elk twee traveeënVerticale geleding van een gevel, bepaald door afstand tussen twee opeenvolgende steunpunten (vb. muurdammen, zuilen, ...) met venstersLicht- en/of luchtopening in een muur. aan straatzijde. Het huis – een dubbelhuisGebouw waarvan de kamers geordend zijn langs beide zijden van de centrale toegangsas. met een binnenplaatsje achterin – heeft drie traveeënVerticale geleding van een gevel, bepaald door afstand tussen twee opeenvolgende steunpunten (vb. muurdammen, zuilen, ...) aan de kant van de binnenplaats, de middentravee risaliterend; de ertegenover liggende kantoren hebben slechts één traveeVerticale geleding van een gevel, bepaald door afstand tussen twee opeenvolgende steunpunten (vb. muurdammen, zuilen, ...) met venstersLicht- en/of luchtopening in een muur., met hetzelfde risaliet. De twee zijpanelen van het hek van de binnenplaats vooraan, dat in bewerkt smeedijzerTaai, ‘kneedbaar’ ijzer dat ambachtelijk wordt ‘gesmeed’ (gehamerd bij hoge temperatuur) tot decoratieve bouwonderdelen als tuinhekken, borstweringen… is uitgevoerd, zijn in een hardstenen sokkel verankerd. Het hek heeft twee openslaande vleugels en wordt verstevigd door vier gietijzeren colonnetten bekroond door een bol met scherpe punten.
De overige opstanden van het complex hebben enkelvoudige getoogde muuropeningen. Er zijn veertien traveeënVerticale geleding van een gevel, bepaald door afstand tussen twee opeenvolgende steunpunten (vb. muurdammen, zuilen, ...) voor de zes klassen aan de linkerkant en de overeenkomstige centrale ruimten voor de toiletten, een reeks van acht traveeën voor de klassen en lokalen rechts, onderbroken door de inbouw van de aanpalende eigendommen; de venstersLicht- en/of luchtopening in een muur. aan de linkerkant, die vanaf de straat zichtbaar zijn, zijn met witsteen versierd. Achteraan, venstersLicht- en/of luchtopening in een muur. in drielichtGroep van drie smalle vensters binnen dezelfde omlijsting, onderling gescheiden door deelzuiltjes of stijlen/monelen; centraal venster soms hoger dan beide andere. voor de verlichting van de overdekte speelplaats, en twee kleinere venstersLicht- en/of luchtopening in een muur. voor de twee aangrenzende klassen op de verdieping. De kelders van het linkervolume, die in 1947 als fietsenstalling werden ingericht, hebben talrijke kelderramen en zijn toegankelijk via een inrit aan de buitenkant. In de smalle zijden van de turnzaal bevinden zich een centrale deur en twee venstersLicht- en/of luchtopening in een muur..
De houten kroonlijstenStelselmatig uitkragende geprofileerde lijst boven een muur of een ander belangrijk bouwdeel (entablement). van het geheel zijn, enkel aan straatzijde, onderdeel van een hoofdgestelHoog horizontaal lijstwerk ter bekroning van een gevel. met architraafHoofdbalk; het onderste, dragende deel van een klassiek hoofdgestel, meestal geleed door banden. in witsteen en een friesHorizontale band om een muurvlak in te delen of aan de bovenzijde te begrenzen; al dan niet beschilderd of versierd (terracotta, sgrafitto, cementtegels…). in baksteen; op de twee bijgebouwen worden de friezenHorizontale band om een muurvlak in te delen of aan de bovenzijde te begrenzen; al dan niet beschilderd of versierd (terracotta, sgrafitto, cementtegels…). verlevendigd door panelen uitgevoerd in dezelfde steen, en de kroonlijstenStelselmatig uitkragende geprofileerde lijst boven een muur of een ander belangrijk bouwdeel (entablement). met tandfriezen. Bijna al het raamwerkVast of bewegend houten of metalen omlijsting van een ruit binnen een kozijn. is vervangen, maar van de ingang van de overdekte speelplaats en die van de conciërgewoning is het rijk geprofileerde schrijnwerkVerzameling van al het (niet-constructief) houten materiaal zoals deuren, vensterkozijnen, erkeronderdelen, kroonlijst, …; bij uitbreiding ook materiaal in aluminium, PVC, ... bewaard.
De omheiningsmuur van het rechter binnenplaatsje aan straatzijde is kennelijk in het midden van de vorige eeuw volledig herbouwd in metselwerk verlevendigd met kettingen in witsteen, met een centrale portiek1. Open galerij of zuilengang waarvan het dak op zuilen of arcades rust; - 2. Classicistische ruimte vóór een toegangsdeur die terugspringt of niet gelijk is met de voorgevel; - 3. Samenstel van twee zuilen onder architraaf die overgang tussen twee ruimtes accentueert. met een hardstenen omlijsting en hoog hoofdgestelHoog horizontaal lijstwerk ter bekroning van een gevel.. Deze kettingen worden thans onderbroken door twee lichtjes inspringende toegangsdeuren onder impostvensterVenster boven een deur en ervan gescheiden door een stenen dorpel, een entablement of een muurvlak..
Interieur
De wit bepleisterdeMuur of plafond bedekt met een laag mortel op basis van een mengsel van kalk, gips of cement en zand, met of zonder andere fijne toeslagmaterialen. gevels van de overdekte speelplaats zijn rijk geprofileerd. De lange zijden worden in de twee bouwlagen geritmeerd door lichtjes uitspringende pilastersPlatte, weinig uitspringende muurpijler, vaak met basis en kapiteel. die, op de verdieping, een uitkragende fries doorbreken. Ze flankeren veertien traveeënVerticale geleding van een gevel, bepaald door afstand tussen twee opeenvolgende steunpunten (vb. muurdammen, zuilen, ...) met deuren en venstersLicht- en/of luchtopening in een muur.; de zes centrale traveeënVerticale geleding van een gevel, bepaald door afstand tussen twee opeenvolgende steunpunten (vb. muurdammen, zuilen, ...) op de rechtergevel, die met de al vermelde inbouw van de aanpalende eigendommen overeenstemmen, zijn onecht. Alle muuropeningen worden omrand door een doorlopende archivoltGeprofileerde of versierde omlijsting van een boog.. De traveeënVerticale geleding van een gevel, bepaald door afstand tussen twee opeenvolgende steunpunten (vb. muurdammen, zuilen, ...) worden bovenaan versierd door rijen spiegels belijnd door een fijn entablementHoofdgestel of onderdeel ervan (vb. kroonlijst) als bekroning van muuropening; entablement vaak op consoles.. De topgevelsHoogste deel van een gevel, vaak driehoekig en/of getrapt., met drie traveeën, hebben een bijpassend decor.
De galerij, met gewelfbogen op liggers, wordt aan de lange zijden gedragen door twaalf metalen consolesVoornamelijk voluut- of S-vormig kraagstuk, soms ook louter decoratief. op stenen kraagstenen, versierd met een cirkel; de borstwering is van smeedijzerTaai, ‘kneedbaar’ ijzer dat ambachtelijk wordt ‘gesmeed’ (gehamerd bij hoge temperatuur) tot decoratieve bouwonderdelen als tuinhekken, borstweringen… gemaakt. Boven de ingang van de overdekte speelplaats wordt de galerij ondersteund door twee gietijzerenHard, bros en niet smeedbaar ijzer; gegoten in herbruikbare mallen; meestal gebruikt voor de borstwering van balkons. kolommen met knopkapiteel.
Ertegenover ontplooit zich een monumentale stenen wenteltrapTrap die rond een centrale, verticale as of opening spiraalvormig omhoog loopt. met vijf rechte trapdelen, het eerste trapdeel centraal, met een opengewerkte leuning verstevigd door zware pijlers1. Muurstut zonder entasis (kromming), mogelijk met basis en kapiteel; - 2. Massief gemetseld of betonnen steunelement met gewoonlijk rechthoekige doorsnede (vb. bruggepijler,…). Onder de laatste trapdelen bevinden zich de toegangen tot de turnzaal.
In de overdekte speelplaats zijn de gele tegels, de lambriseringWandbetimmering, meestal bestaande uit paneelwerk, aangebracht tegen een binnenmuur (vaak het onderste gedeelte ervan); later ook in marmer, stucwerk, … van de onderbouw en het schrijnwerkVerzameling van al het (niet-constructief) houten materiaal zoals deuren, vensterkozijnen, erkeronderdelen, kroonlijst, …; bij uitbreiding ook materiaal in aluminium, PVC, ... bewaard gebleven. Het volledig metalen zichtbare gebinte is van het Polonceautype. Het glazen dak met ijzeren roedeverdeling wordt geritmeerd door getoogde arcadesEén of meerdere bogen, steunend op zuilen of pijlers; kan ook blind zijn. met metalen colonnetten.
Een tweede trap, in dezelfde stijl als de eerste, neemt in de voorste hoek van het gebouw een ruimte ter grootte van een klaslokaal in; rond een rechthoekig trapgat geven de drie rechte trapdelen toegang tot het kleine volume met kantoren aan de straat en tot de galerij.
De klassen en andere lokalen zijn op dezelfde manier betegeld als de overdekte speelplaats en hebben allemaal plafonds met gewelfbogen op metalen balken.
Ook de turnzaal wordt overspannen door een Polonceauspant.
Bergensesteenweg 145
Buitenzijde
De instelling bestaat uit twee evenwijdige gelijkvloerse volumes onder een pannen zadeldakDak met twee hellende dakvlakken., oorspronkelijk elk met vier klaslokalen. Gevels in baksteen en hardsteen. De symmetrische volumes met klaslokalen, haaks op de steenweg, worden in U-vorm verbonden door een lage vleugel aan straatzijde, onder platform, met de conciërgewoning en een cabinet voor de directrice. Op die aldus gevormde speelplaats zijn bomen geplant.
Aan straatzijde hebben de klaslokalen een trapgevelGevel met een driehoekige bekroning die trapsgewijs versmalt. versierd met ankers met voluten en een grote blindeZonder opening; blind venster, schijnopening. getoogde arcadeEén of meerdere bogen, steunend op zuilen of pijlers; kan ook blind zijn. met pilastersPlatte, weinig uitspringende muurpijler, vaak met basis en kapiteel. op aanzetstenenGeprofileerd of versierd blok (natuur)steen waarop een boog of een strek steunt. en een sleutel in steen. Deze arcadeEén of meerdere bogen, steunend op zuilen of pijlers; kan ook blind zijn. omsluit twee gekoppeldeTwee of meerdere identieke bouwelementen (vensters, zuilen, pilasters) die tot een groter (symmetrisch) geheel zijn samengevoegd. venstersLicht- en/of luchtopening in een muur. met dezelfde structuur, verbonden door een moneelStenen vensterstijl. in hetzelfde materiaal. De muuropeningen van de linker trapgevelGevel met een driehoekige bekroning die trapsgewijs versmalt. zijn door drie kleine venstersLicht- en/of luchtopening in een muur. vervangen. De lage vleugel in het midden heeft een centrale deur onder een boogConstructie waarvan de beschrijvende lijnen delen van cirkels of gebogen lijnen zijn en waarin alle drukkrachten optreden. die analoog is aan de vorige, met een rechthoekige bekroning waarop de functie van het gebouw wordt aangegeven. De zijmuren worden verlevendigd door een groot paneel met een venster van latere datum, onder latei. SchrijnwerkVerzameling van al het (niet-constructief) houten materiaal zoals deuren, vensterkozijnen, erkeronderdelen, kroonlijst, …; bij uitbreiding ook materiaal in aluminium, PVC, ... vervangen.
Aan de kant van de binnenplaats zijn de twee volumes voorzien van gangdeuren en uitspringende getoogde venstersLicht- en/of luchtopening in een muur. die door een getande friesHorizontale band om een muurvlak in te delen of aan de bovenzijde te begrenzen; al dan niet beschilderd of versierd (terracotta, sgrafitto, cementtegels…). worden verbonden. De meeste muuropeningen zijn gedicht of gewijzigd, onder meer door de invoeging van een gemetselde tussendorpelStenen dorpel die een deur of venster horizontaal in tweeën deelt., wellicht met het oog op de herinrichting van de binnenruimte. Ook de achterzijde van de toegangsvleugel is bijgewerkt, maar hij heeft nog altijd een vensterLicht- en/of luchtopening in een muur. dat analoog is aan de voorgaande, vergezeld van dezelfde friesHorizontale band om een muurvlak in te delen of aan de bovenzijde te begrenzen; al dan niet beschilderd of versierd (terracotta, sgrafitto, cementtegels…).. De daken worden afgeboord door een houten kroonlijstStelselmatig uitkragende geprofileerde lijst boven een muur of een ander belangrijk bouwdeel (entablement). met lambrekijn. Het geheel is gekalkt. Het meeste raamwerkVast of bewegend houten of metalen omlijsting van een ruit binnen een kozijn. is oud.
Bronnen
Archieven
GAA/Propriétés communales [Gemeentelijke eigendommen].
SAB/OW 105525 (1889).
ARA, T148, Provinciebestuur van Brabant, Plannen van de Technische Dienst der Gebouwen, inv. nr. 1506 (1904), 2743 (1895), 2744 (1903), 2785 (1903), 4727-4733 (1885-1888).
Publicaties en studies
Anderlecht, ses écoles, ses institutions complémentaires de l’école, ses oeuvres protectrices de l’enfance, Impr. J. De Vroegh, Anderlecht, 1922, p. 10.
Tijdschriften
Almanachs du Commerce et de l’Industrie, “Mons (chaussée de)”, 1889, 1890.
DE CORTE, G., “Curo-Hall, passé, présent, avenir”, Anderlechtensia, december 2011, pp. 20-31.