Typologie(ën)

burgerwoning

Ontwerper(s)

Victor HORTAarchitect1893

Statut juridique

Beschermd sinds 30 maart 1976

Stijlen

Art nouveau

Inventaris(sen)

  • Actualisatie van de Urgentie-Inventaris (Sint-Lukasarchief - 1993-1994)
  • Actualisatie van het inventarisatieproject van het Bouwkundig Erfgoed (DMS-DML - 1995-1998)
  • Urgentie-inventaris van het bouwkundig erfgoed van de Brusselse agglomeratie (Sint-Lukasarchief 1979)
  • Het monumentale erfgoed van België. Schaarbeek (Apeb - 2010-2015)

Dit (deze) goed(eren) bezit(ten) de volgende waarde(n)

  • Artistiek
  • Esthetisch
  • Historisch
  • Landschappelijk
  • Sociaal
  • Stedenbouwkundig

Onderzoek en redactie

2012-2013

id

Urban : 22048
lees meer

Beschrijving

Eerste burgerhuis in art-nouveaustijl ontworpen door architect Victor Horta, i.o.v. ingenieur Eugène Autrique in 1893.

Maakt deel uit van een homogene huizenrij, overwegend in neoclassicistische stijl, van nr. 236 tot nr. 284.

Opstand van drie bouwlagen en twee traveeënVerticale geleding van een gevel, bepaald door afstand tussen twee opeenvolgende steunpunten (vb. muurdammen, zuilen, ...), in witsteen met rode voegen. Deur met tussendorpelStenen dorpel die een deur of venster horizontaal in tweeën deelt. en rondboogBoog waarvan de kromming een halve cirkel beschrijft. met spitsboogvormige boogrugBuitenwelfvlak; buitenste kromming van een boog; wanneer deze boog getrapt is, spreekt men van een hanenkam.. VenstersLicht- en/of luchtopening in een muur. van de kelder en de benedenverdieping met twee monelenStenen vensterstijl., die op de tweede verdieping als gietijzerenHard, bros en niet smeedbaar ijzer; gegoten in herbruikbare mallen; meestal gebruikt voor de borstwering van balkons. zuil; schuine sokkel op de benedenverdieping. Op de eerste verdieping, venstersLicht- en/of luchtopening in een muur. met moneelStenen vensterstijl. van fijne gietijzerenHard, bros en niet smeedbaar ijzer; gegoten in herbruikbare mallen; meestal gebruikt voor de borstwering van balkons. zuiltjes, onder lichtjes spitsboogvormige ontlastingsboogBoog boven een venster- of deuropening die druk van het muurwerk op de stijlen afwentelt en zo het linteel ontlast. met fijne waterlijstVooruitspringende rand in het gevelvlak die regenwater buiten gevel laat afdruppelen.; gekoofde onderdorpels. Op de tweede verdieping, ondiepe loggiaOverdekte, halfopen ruimte; schaduwrijke inham in de gevel van een gebouw. met houten latei op houten pijler1. Muurstut zonder entasis (kromming), mogelijk met basis en kapiteel; - 2. Massief gemetseld of betonnen steunelement met gewoonlijk rechthoekige doorsnede (vb. bruggepijler,…) rustend op een sokkel met gestileerd plantenmotief; op de latei rust een houten hoofdgestelHoog horizontaal lijstwerk ter bekroning van een gevel. op modillonsRechthoekig kraagstuk, ter versiering van een kroonlijst.; de nok van de kroonlijstStelselmatig uitkragende geprofileerde lijst boven een muur of een ander belangrijk bouwdeel (entablement). is lichtjes gebogen. Gevel bekroond door twee topstukken die het silhouet van de valk Horus evoceren. Muur van de loggiaOverdekte, halfopen ruimte; schaduwrijke inham in de gevel van een gebouw. en vensteromlijstingen gebogen; sgraffitodecor met lijn- en zweepslagmotieven. Onder de venstersLicht- en/of luchtopening in een muur. in de eerste twee bouwlagen, getraliede verluchtingsroosters met gebogen omlijsting. DakkapelUit het dakvlak opgaand venster; meestal in hout en vaak onder spitse kap. van latere datum. SchrijnwerkVerzameling van al het (niet-constructief) houten materiaal zoals deuren, vensterkozijnen, erkeronderdelen, kroonlijst, …; bij uitbreiding ook materiaal in aluminium, PVC, ...  bewaard; raamwerkVast of bewegend houten of metalen omlijsting van een ruit binnen een kozijn. met roedeverdeling, in de eerste twee bouwlagen met schuifraam. Smeedijzeren traliewerk van de onderbouwHoge sokkel, reikend tot ongeveer het midden van de toegang; meestal in hardsteen. en de ramen van de deur oorspronkelijk.

Interieur gerestaureerd tussen 2002 en 2004, de oorspronkelijke inrichting omgevormd tot museum. Op de benedenverdieping, drie in elkaar lopende kamers onder houten caissonplafond: salon met rookkamer vooraan, eetkamer en wintertuin, verbonden door vrije muuropeningen geflankeerd door pijlers1. Muurstut zonder entasis (kromming), mogelijk met basis en kapiteel; - 2. Massief gemetseld of betonnen steunelement met gewoonlijk rechthoekige doorsnede (vb. bruggepijler,…) onder metalen balk. Rookkamer afgeboord door pilastersPlatte, weinig uitspringende muurpijler, vaak met basis en kapiteel. aangevuld met een zuil; schoorsteen bekroond door een rondbogige arcadeEén of meerdere bogen, steunend op zuilen of pijlers; kan ook blind zijn. versierd met een spiegel; bank voor de keldertrap. De vloer van het trappenhuisGedeelte van een gebouw waarin de trappen zijn ondergebracht. is bekleed met witte en rode mozaïek met kronkellijnen; trap met leuning van exotisch hout en een aanzet met gestileerd plantenmotief. Op de eerste tussenverdiepingLage verdieping tussen twee bouwlagen; vaak boven commerciële benedenverdieping gelegen., daklicht met glas-in-loodramen die aardse en hemelse motieven voorstellen. Op de eerste verdieping, centrale kamer eveneens met houten caissonplafond.

Beschermd 30.03.1976.

Bronnen

Archieven
GAS/DS 129-266.

Publicaties en studies
PEETERS, B., SCHUITEN, F., De la maison Autrique à la maison imaginaire, Schuiten copyright s.a. en Les Piérides s.p.r.l., Brussel, 1997.
PEETERS, B., SCHUITEN, F., La maison Autrique. Métamorphoses d'une maison Art Nouveau, Les Impressions Nouvelles, Brussel, 2004.

Websites
Het Autrique-Huis