Typologie(ën)

burgerwoning

Ontwerper(s)

INCONNU - ONBEKEND1876-1894

Louis DE CONTINIglazenier1876-1894

Victor VAN DYCKschilder1907

Statut juridique

Beschermd sinds 02 maart 2023

Stijlen

Eclectisme
Neoclassicisme

Inventaris(sen)

  • Het monumentale erfgoed van België. Schaarbeek (Apeb - 2010-2015)

Dit (deze) goed(eren) bezit(ten) de volgende waarde(n)

  • Artistiek
  • Esthetisch
  • Historisch
  • Stedenbouwkundig

Onderzoek en redactie

2012-2013

id

Urban : 22043
lees meer

Beschrijving

Burgerhuis in eclectische stijl met neoclassicistische inslag en met symmetrische compositieTypische gevelopstand bestaande uit drie gelijke traveeën; in Brussel komt dit geveltype vaak voor met drie bouwlagen volgens verkleinende ordonnantie; de centrale travee wordt in vele gevallen rijker uitgewerkt en benadrukt door haar licht te laten uitspringen en/of door één of meerdere balkons; het grondplan bestaat over het algemeen uit een aaneenschakeling van kamers., tussen 1876 en 1894.

Maakt deel uit van een homogene huizenrij, overwegend in neoclassicistische stijl, van nr. 236 tot nr. 284.

Hardstenen benedenverdieping met bossageIn oorsprong een gevelbehandeling waarbij ruwgehakte, rechthoekige blokken natuursteen uit de loodlijn steken en de gevel op die manier een fors, rustiek (rustica) karakter verleent; later op gevel vormelijk geïmiteerd door middel van uitspringend al dan niet bepleisterde bakstenen blokken of banden (doorlopende schijnvoegen).. Witstenen verdiepingen met hardstenen elementen. Balkon met een stenen borstwering1. Verhoogd gedeelte van een vestingsmuur waarachter men veilig kan lopen; - 2. Muurtje of hekwerk (balkon, terras); - 3. Deel van een muur tussen vloer en onderzijde van een venster; - 4. Verhoging van de buitenmuren van een huis boven de zolderbalken waarop een muurplaat rust. opengewerkt met ovalen. GietijzerenHard, bros en niet smeedbaar ijzer; gegoten in herbruikbare mallen; meestal gebruikt voor de borstwering van balkons. vensterleuningenLage, versierde leuning boven een onderdorpel, meestal in metaal.. Borstweringen1. Verhoogd gedeelte van een vestingsmuur waarachter men veilig kan lopen; - 2. Muurtje of hekwerk (balkon, terras); - 3. Deel van een muur tussen vloer en onderzijde van een venster; - 4. Verhoging van de buitenmuren van een huis boven de zolderbalken waarop een muurplaat rust. versierd met cementtegelsTegel op basis van cement, vaak polychroom versierd en gebruikt voor vloeren, friezen en borstweringen. op de eerste verdieping, met knoppenRond of afgeplat bolvormig ornament. of een paneel op de tweede. KroonlijstStelselmatig uitkragende geprofileerde lijst boven een muur of een ander belangrijk bouwdeel (entablement). en deur met bovenlichtBovenste gedeelte van een raam- of deurkozijn, gescheiden door een dwarsregel; soms voorzien van glas-in-lood en/of roeden. met glas-in-loodraam bewaard.

Gaaf bewaard interieur; met marmer beklede traphal naar verhoogde benedenverdieping. Opeenvolging van drie aansluitende ruimtes met aan straatzijde een elegant salon in Lodewijk XVI-stijl bestaande uit beschilderingen op gemaroufleerd doek in omkaderde medaillons o.a. op de schoorsteenmantelHouten of natuurstenen bekleding rond de opening of mond van een schouw. en op de penant tussen de twee vensters. GroteskenVersiering, samengesteld uit grillige, fantastische figuren en krullen waarin dier- en mensengedaanten zijn verwerkt. op de houten deuren in Régence-stijl. Elegant schrijnwerk voor guirlandes voor de gordijnkasten en rondom de schilderingen. Plafond in stuc met opeenvolging van lijstwerk; blad- en tandlijst, consolesVoornamelijk voluut- of S-vormig kraagstuk, soms ook louter decoratief. en palmetfries. Bewaarde beschildering met accenten in goud. Dubbele vleugeldeur met roeden met glas-in-loodramen en gebrandschilderd glas in neo-classicistische stijl met profielen van vrouwen, sommigen gesigneerd met monogram ‘LDC’ verwijzend naar glaskunstenaar Louis De Contini.

Hierachter twee (eet)kamers in neo-Vlaamse renaissanceVlaams renaissance (vanaf 16e eeuw). Stijl die elementen uit de Italiaanse renaissance toepast op de traditionele bak- en zandsteenstijl. De neo-Vlaamse renaissance (ca 1860-1914) grijpt vanuit een nationalistische tendens terug naar de Vlaamse renaissance en haar specifieke ornamentiek. De stijl kenmerkt zich door een polychroom materiaalgebruik en een volumespel d.m.v. erkers, torentjes, trapgevels, enz.; rijkelijk gelambriseerde muren in eikenhout, met nagelvaste buffetkast in middelste ruimte, recht tegenover een imposante, zwart granieten schoorsteen met rood granieten zuilen. Op de boezemHet boven de stookplaats uitspringende en rookopvangende gedeelte van een schouw; of ook, het boven de schoorsteenmantel opgaande gedeelte van een schoorsteen tot aan de zoldering. hiervan een kader in fronton, waarin vermoedelijk een spiegel of schilderij was voorzien maar waar nu op de pleisterlaag een muurtekening is aangebracht met (in het Duits): “Gott Strafe England” [God straft Engeland] met vallende bommen op de kaart van Engeland (we lezen o.a. de steden Canterbury en Ramsgate).
Achterste ruimte eveneens met imposante schoorsteen waarin o.a. een pendule zit verwerkt, aan de overzijde een in de lambriseringWandbetimmering, meestal bestaande uit paneelwerk, aangebracht tegen een binnenmuur (vaak het onderste gedeelte ervan); later ook in marmer, stucwerk, … verwerkte dienstdeur naar de keuken en etenslift (mont-charge).

Naar de tuin een brede dubbele vleugeldeur met glas-in-loodramen en gebrandschilderd glas.
Beide ruimtes met decoratief plafond met schilderijen (respectievelijk rechthoekig en zeshoekig) op gemaroufleerd doek tussen casementen, beiden gesigneerd en gedateerd “Victor Van Dyck, 1907”.

 Elke tussenverdiepingLage verdieping tussen twee bouwlagen; vaak boven commerciële benedenverdieping gelegen., sommigen verspringend en met balustradeHekwerk van spijlen of balusters., met vleugeldeuren waarin gebrandschilderde vrouwenprofielen. Op elke verdieping verzorgde afwerking voor vloer, plafond en natuurstenen schoorsteenmantels.

Bronnen

Kaarten / plannen
Plan de la commune de Schaerbeek 1870, Nationaal Geografisch Instituut.
Bruxelles et ses environs, Militair Cartografisch Instituut, 1894.