Typologie(ën)

burgerwoning

Ontwerper(s)

François (alias Frans) HEMELSOETarchitect1906

Stijlen

Art nouveau

Inventaris(sen)

  • Actualisatie van de Urgentie-Inventaris (Sint-Lukasarchief - 1993-1994)
  • Actualisatie van het inventarisatieproject van het Bouwkundig Erfgoed (DMS-DML - 1995-1998)
  • Urgentie-inventaris van het bouwkundig erfgoed van de Brusselse agglomeratie (Sint-Lukasarchief 1979)
  • Het monumentale erfgoed van België. Schaarbeek (Apeb - 2010-2015)

Dit (deze) goed(eren) bezit(ten) de volgende waarde(n)

  • Artistiek
  • Esthetisch
  • Historisch
  • Landschappelijk
  • Stedenbouwkundig

Onderzoek en redactie

2012-2013

id

Urban : 21761
lees meer

Beschrijving

Burgerhuis in art-nouveaustijl, gesigneerd op de sokkel “F(rans). HEMELSOET / ARCHITECTE”, 1906. Werd bekroond in de gevelwedstrijd van 1907-1908 georganiseerd door de gemeente Schaarbeek.

Maakt deel uit van een bijzonder homogene huizenrij uit dezelfde periode, van nr. 2 tot nr. 94-96.

Symmetrische opstand van vier bouwlagen, de lage benedenverdieping in groene zandsteen en hardsteen, de verdiepingen in grijsgekleurde baksteen van Modave, met elementen in hardsteen en groene zandsteen. Deur en vensterLicht- en/of luchtopening in een muur. onder boogConstructie waarvan de beschrijvende lijnen delen van cirkels of gebogen lijnen zijn en waarin alle drukkrachten optreden. met hoefijzerboogvormige boogrugBuitenwelfvlak; buitenste kromming van een boog; wanneer deze boog getrapt is, spreekt men van een hanenkam., gescheiden door een analoog maar smaller vensterLicht- en/of luchtopening in een muur. dat bovenaan een oculusKlein rond, ovaal of polygonaal venster. vormt. Imposante trapezoïdale erkerRechthoekig of veelhoekig uitbouwsel, als het ware op de gevel geplakt en daardoor deel uitmakend van de achterliggende ruimte; vaak over één of meer verdiepingen gestapeld. met holronde zijvlakken en een smal gietijzerenHard, bros en niet smeedbaar ijzer; gegoten in herbruikbare mallen; meestal gebruikt voor de borstwering van balkons. zuiltje in het midden, bekroond door een stenen schilddakDak met twee driehoekige dakvlakken aan de smalle zijde en twee trapeziumvormige aan de lange zijde., centraal doorbroken door een terras, voor een drielichtGroep van drie smalle vensters binnen dezelfde omlijsting, onderling gescheiden door deelzuiltjes of stijlen/monelen; centraal venster soms hoger dan beide andere. van muuropeningen met hanenkamVlakke samengestelde latei, waarvan de stenen als boogstenen functioneren; in ruime zin slaat de term ook op een boog met een getrapte (pseudo-) boogrug. op hoge kussenblokken1. Dekplaat dat ligt tussen de drager (kapiteel) en het gedragene (balk of boog); 2. Kwartronde kraagsteen van een venster- of deurboog.. Op de tweede verdieping, balkon voor een drielichtGroep van drie smalle vensters binnen dezelfde omlijsting, onderling gescheiden door deelzuiltjes of stijlen/monelen; centraal venster soms hoger dan beide andere. onder gemeenschappelijke rondboogBoog waarvan de kromming een halve cirkel beschrijft.. Lekdrempels met spuwerUitmonding van een goot of waterbekken waarlangs overtollig water wordt afgevoerd.. Op het hoofdgestelHoog horizontaal lijstwerk ter bekroning van een gevel., twee paar stenen topstukken rond de kroonlijstStelselmatig uitkragende geprofileerde lijst boven een muur of een ander belangrijk bouwdeel (entablement).; friesHorizontale band om een muurvlak in te delen of aan de bovenzijde te begrenzen; al dan niet beschilderd of versierd (terracotta, sgrafitto, cementtegels…). voorheen versierd met een sgraffitoSgraffito (Italiaans, van sgraffiare: krabben), decoratieve muurtechniek waarbij men een donkere pleisterlaag (doorgaans zwart, roetbruin of grijs) met een lichtgekleurde pleisterlaag bedekt; door de bovenste, nog niet verharde, laag weg te nemen volgens een vooraf bepaald grafisch ontwerp ontstaat een verdiepte tekening; de lichtgekleurde pleisterlaag kan bovendien gekleurd worden ‘al fresco’ (op de verse pleister) of ‘al secco’ (op de droge pleister). van Privat Livemont van vrouwenhoofden en margrieten. Opmerkelijk traliewerk op de benedenverdieping en smeedijzeren borstwering1. Verhoogd gedeelte van een vestingsmuur waarachter men veilig kan lopen; - 2. Muurtje of hekwerk (balkon, terras); - 3. Deel van een muur tussen vloer en onderzijde van een venster; - 4. Verhoging van de buitenmuren van een huis boven de zolderbalken waarop een muurplaat rust. met zweepslagmotief. Deur vervangen, oorspronkelijk met grote ramen, met bewerkte metalen structuur versierd met een glas-in-loodraam. Bewaard raamwerkVast of bewegend houten of metalen omlijsting van een ruit binnen een kozijn. met bovenlichtBovenste gedeelte van een raam- of deurkozijn, gescheiden door een dwarsregel; soms voorzien van glas-in-lood en/of roeden. met roostervormige roedeverdeling, stervormig op de benedenverdieping.

Louis Bertrandlaan 38, benedenverdieping ([i]Vers l'Art[/i], 1907, pl. 134).

Plan toont een centraal trappenhuisGedeelte van een gebouw waarin de trappen zijn ondergebracht. met vierkante plattegrond. Oorspronkelijk, benedenverdieping bestemd voor een advocatenkantoor, met vooraan een wachtzaal. Op de eerste verdieping, eetkamer vooraan, salon gevolgd door een biljartzaal achteraan.

Bronnen

Archieven
GAS/DS 176-38.

Publicaties en studies
GEMEENTE SCHAARBEEK, Concours de façades, manuscript bewaard in het lokaal fonds van het Huis der Kunsten van Schaarbeek.
SCHOONBROODT, B., Privat Livemont. Entre tradition et modernité au coeur de l'Art nouveau, Editions Racine, Brussel, 2007, p. 166.

Tijdschriften
Vers l'Art, 1907, 4 platen.