Typologie(ën)

woning of opbrengsthuis (onbepaald)
gelijkvloers met handelszaak

Ontwerper(s)

Antoine MENNESSIERarchitect1874-1876

Paul HANKARarchitect1896

Juridisch statuut

Beschermd sinds 22 februari 1984, 17 februari 2011

Stijlen

Art nouveau
Neoclassicisme

Inventaris(sen)

Dit (deze) goed(eren) bezit(ten) de volgende waarde(n)

Onderzoek en redactie

2016

id

Urban : 30527
lees meer

Beschrijving

Hoekcomplex (Onderrichtsstraat nr. 2-8) met vier bouwlagen en respectievelijk zeven, drie en tien traveeënVerticale geleding van een gevel, bepaald door afstand tussen twee opeenvolgende steunpunten (vb. muurdammen, zuilen, ...) onder schilddakDak met twee driehoekige dakvlakken aan de smalle zijde en twee trapeziumvormige aan de lange zijde.. Oorspronkelijk een geheel van gekoppelde neoclassicistische woningen van ca. 1825, met drie bouwlagen, schijnvoegenImitatievoeg in metsel - of pleisterwerk, aangebracht om regelmatige verdeling te bewerkstelligen of bijvoorbeeld natuurstenen parement (simili) te suggereren. op de begane grond en entablementenHoofdgestel of onderdeel ervan (vb. kroonlijst) als bekroning van muuropening; entablement vaak op consoles. op de bel-etage. Na de aanleg van de Onze-Lieve-Vrouw-ter-Sneeuwwijk omgevormd tot een hoekgebouw met twee nieuwe gevelzijden, winkelpuien en een bijkomende vierde bouwlaag, naar ontwerp van architect A. Mennessier van 1874-1876.

Bepleisterde en beschilderde lijstgevel met regelmatige ordonnantie. Eerste twee verdiepingen geritmeerd door kolossale pilastersPlatte, weinig uitspringende muurpijler, vaak met basis en kapiteel., aan zijde Onderrichtsstraat door vier midden- en hoekrisalieten die de traveeënVerticale geleding van een gevel, bepaald door afstand tussen twee opeenvolgende steunpunten (vb. muurdammen, zuilen, ...) bundelen. Bovenste verdieping opgevat als attiekMuur of bouwlaag boven de kroonlijst die meestal het dak aan het gezicht onttrekt., met composiete pilastersPlatte, weinig uitspringende muurpijler, vaak met basis en kapiteel., de respectievelijk middenpartijen bekroond door entablementenHoofdgestel of onderdeel ervan (vb. kroonlijst) als bekroning van muuropening; entablement vaak op consoles. met consolesVoornamelijk voluut- of S-vormig kraagstuk, soms ook louter decoratief. en aan de lange gevelzijden brede driehoekige frontonsDriehoekige of segmentvormige bekroning van een gevel of muuropening. met klossenKraagstuk van een kroonlijst met verfijnd uitgesneden en/of gefreesd hangend element of drop., tandlijst en oculus in lauwerkrans. Rechthoekige venstersLicht- en/of luchtopening in een muur. in geriemde omlijsting, met bijkomend
entablement en ijzeren leuning, cf. de oorspronkelijke opstand, op de bel-etage, guirlandes op de hoogste verdieping. KroonlijstStelselmatig uitkragende geprofileerde lijst boven een muur of een ander belangrijk bouwdeel (entablement). met tandlijst op consolesVoornamelijk voluut- of S-vormig kraagstuk, soms ook louter decoratief. boven de tweede verdieping. Oorspronkelijk “klassieke” winkelpuien, meermaals verbouwd.

Nr. 13. Markante winkelpui van de voormalige hemdenwinkel Maison A. Niguet, in art nouveauInternationale beweging (1893 - ca. 1914) als reactie op de ‘neo’-stijlen, maar met sterk lokale verschillen. In België kent de stijl twee stromingen, namelijk de florale art nouveau met Victor Horta als boegbeeld en anderzijds de geometrische art nouveau beïnvloed door Paul Hankar of de Wiener Secession., naar ontwerp van architect Paul Hankar van 1896. Laatst overblijvend exemplaar van een belangrijke reeks gelijkaardige puien door Hankar uit de periode 1896-1901, gekenmerkt door een zelfde materiaalgebruik en een verwante, niettemin rijk gevarieerde, vloeiende lijnvoering, die veelvuldig werden geïmiteerd. Winkelpui met middeningang en entresol, voorzien van een doorlopende beglazing met fijne roedenverdeling en raamwerkVast of bewegend houten of metalen omlijsting van een ruit binnen een kozijn. in acajou. Drieledig, symmetrisch patroon overspannen door een brede gedrukte korfboogBoog samengesteld uit een aantal ineenvloeiende cirkelbogen die samen nagenoeg een liggende ellips vormen., bepaald door de inkom onder een rijk uitgewerkt bovenlichtBovenste gedeelte van een raam- of deurkozijn, gescheiden door een dwarsregel; soms voorzien van glas-in-lood en/of roeden., met kleine rastervormige roeden in het bovenste registerVensterstrook in een topgevel.. Trapezoïdaal inspringend portaal, met fraaie deur met geelkoperen beslagVerzameling van metalen elementen op een deur of raam., zijvitrines en plafond, en oorspronkelijk een mozaïekvloer met de huisnaam, die eveneens voorkwam op de rolluikkast. Oorspronkelijk volledig gelambriseerd winkelinterieur met dubbele rij wandkasten, galerij en loggiaOverdekte, halfopen ruimte; schaduwrijke inham in de gevel van een gebouw., en bijhorend meubilair, heden op enkele fragmenten na verdwenen.


Bronnen

Archieven
SAB/OW 20914 en 26325 (1874-1876); NPP, E 3.

Publicaties en studies
LOYER F., Paul Hankar. La Naissance de l’Art Nouveau, Brussel, 1986, pp. 154-155, 356-365.