Typologie(ën)

fabriek

Ontwerper(s)

Joseph VAN NECKarchitect1904-1928

Stijlen

Modernisme
Eclectisme
Neoclassicisme

Inventaris(sen)

  • Actualisatie van de Urgentie-Inventaris (Sint-Lukasarchief - 1993-1994)
  • Inventaris van de Industriële Architectuur (AAM - 1980-1982)
  • Actualisatie van het inventarisatieproject van het Bouwkundig Erfgoed (DMS-DML - 1995-1998)
  • Permanente actualisatie van de inventaris van het Bouwkundig Erfgoed (DPC-DCE)
  • Het monumentale erfgoed van België. Anderlecht-Kuregem (Archistory - 2017-2019)

Dit (deze) goed(eren) bezit(ten) de volgende waarde(n)

  • Artistiek
  • Esthetisch
  • Historisch
  • Wetenschappelijk
  • Sociaal
  • Technisch
  • Stedenbouwkundig

Onderzoek en redactie

2016, 2019

id

Urban : 39895
lees meer

Beschrijving

Geheel bestaande uit woningen en gebouwen bestemd voor kantoren en werkplaatsen, vanaf 1904 ontworpen voor een onderneming gespecialiseerd in de fabricage van gereedschapswerktuigen voor houtbewerking, of toch door deze onderneming ingenomen, en dat zich tot rond 1930 geleidelijk binnen het huizenblok uitbreidde.

Geschiedenis

De onderneming vestigde zich in 1904 in de Veeartsenstraat, op het huidige nr. 53-55 en aan het linkeruiteinde van het huidige nr. 63, met werkplaatsen binnen het huizenblok aansluitend op deze drie nummers: een burgerhuis op nr. 53, zijn tuin op nr. 55, en een binnenplaats met toegang tot de werkplaatsen op nr. 63. De plannen werden door architect Joseph Van Neck getekend.
Rond 1914 kocht Charles Danckaert een aanpalend huis dat in 1907 links van zijn tuin was gebouwd (nr. 57). In 1923 breidde hij het geheel aanzienlijk uit door de overname, gevolgd door verbouwingen, van het huis en de magazijnen van de firma C. Machiels & Cie (ijzerwerk voor de bouwsector), in 1909 gevestigd op respectievelijk nr. 59 en 63. Kort nadien bouwde hij op zijn tuin (nr. 55) een magazijn-werkplaats.
Binnen het huizenblok had de firma Danckaert nog vóór 1910 terreinen achter haar werkplaatsen gekocht die tot aan de hoek gevormd door de omheiningsmuur van de Veeartsenijschool reikten, evenals een smal dwarsgelegen perceel dat halfweg het laatste straatdeel van de Barastraat uitmondde; daar trok de onderneming in 1910 een kleine werkplaats op. In 1920 nam ze aan deze zijde een werkplaats over die aan de linkerkant van voormeld perceel was gelegen en die werd ingenomen door de firma C. Machiels (zie boven). In twee fases, in 1923 en 1928, bouwde ze nadien langs de Barastraat een groot volume met werkplaatsen en kantoren, waarvan de nummering 173 tot 177 voor het eerst in de Almanach van 1935 werd vermeld. Dit noodzaakte de – wellicht gedeeltelijke – sloop van de werkplaats van Machiels, evenals de verwijdering van een dubbelhuisGebouw waarvan de kamers geordend zijn langs beide zijden van de centrale toegangsas. links ervan en een deel van de achterliggende werkplaatsen, die in 1910 voor stoelenfabrikant L. Barigant waren ontworpen door architect Charles Rifflart.
Vóór 1935 was het complex volledig gebouwd, met werkplaatsen die, in evenwijdige hallen, tot aan de muren van de Veeartsenijschool reikten. Ergens vóór 1974, breidde de firma Danckaert uit naar de Dokter Kubornstraat, met werkplaatsen die misschien al bestonden (verbouwd) en die vandaag nr. 8 van deze straat hebben.
In 1983 werd de firma bankroet verklaard. Een groot deel van haar gebouwen werd rond 1985 overgenomen door de S.A. Germeau (groothandel in bouwmaterialen, vooral hout), te weten nr. 53-55 van de Veeartsenstraat en nr. 173a-177 van de Barastraat, met zeven hallen met werkplaatsen. Een deel van de infrastructuren werd aan de Muntschouwburg verhuurd. In 2000 nam de maatschappij Home Shopping Center (teleshopping) de gebouwen aan de Barastraat in en vestigde er televisiestudio’s en opslagruimten. Enkele jaren later werd hetzelfde complex gekocht door het Brusselse Gewest om er de S.A. Pepibru (bedrijvencentrum, vooral in de audiovisuele sector) in onder te brengen, terwijl op de benedenverdieping een conferentie- en vergadercentrum werd gevestigd, The Egg. Nr. 53-55 wordt vandaag door het Consulaat-Generaal van Marokko ingenomen.

Beschrijving

Veeartsenijstraat

Op nr. 53-55, geheel in neoclassicistische stijl, het resultaat van de herverkaveling van drie gebouwen. Raamwerk grotendeels vernieuwd.
Op nr. 53, huis uit 1904, met drie bouwlagen. Bepleisterde gevel, met elementen in wit geschilderde hardsteen. Drie rondboogopeningen op de benedenverdieping met verdiepte schijnvoegenImitatievoeg in metsel - of pleisterwerk, aangebracht om regelmatige verdeling te bewerkstelligen of bijvoorbeeld natuurstenen parement (simili) te suggereren.: twee venstersLicht- en/of luchtopening in een muur. links en de oude deur rechts, verbouwd tot vensterLicht- en/of luchtopening in een muur.. Verdiepingen met imitatievoegen, geflankeerd door pilastersPlatte, weinig uitspringende muurpijler, vaak met basis en kapiteel. en belijnd door kordonlijsten, met rechthoekige muuropeningen. Op de eerste verdieping, drielicht met glasdeurDeur waarvan het grootste deel uit glas bestaat. onder entablementHoofdgestel of onderdeel ervan (vb. kroonlijst) als bekroning van muuropening; entablement vaak op consoles., achter een balkon met smeedijzeren borstwering waarvan de consolesVoornamelijk voluut- of S-vormig kraagstuk, soms ook louter decoratief. een sleutelSluitsteen van een opening; weerhoudt de gewelfstenen in een boog of gewelf. voor de onderliggende muuropeningen vormen. Op de tweede verdieping, drie gekoppeldeTwee of meerdere identieke bouwelementen (vensters, zuilen, pilasters) die tot een groter (symmetrisch) geheel zijn samengevoegd. venstersLicht- en/of luchtopening in een muur. tussen lichtjes uitspringende pilasters. Houten kroonlijstStelselmatig uitkragende geprofileerde lijst boven een muur of een ander belangrijk bouwdeel (entablement). op talrijke hoge consolesVoornamelijk voluut- of S-vormig kraagstuk, soms ook louter decoratief..
Binnen, oorspronkelijk, salon, eetkamer en veranda geflankeerd door een bijkeuken die toegang gaf tot de lager gelegen tuin.
Links, op de plaats van het huidige nr.55, beschikte het huis over een brede, achteraan terugwijkende tuin afgesloten door een muur met een poort.
Op nr. 55, magazijn-werkplaats daterend van kort na 1923, met drie bouwlagen onder zesledig sheddak met pannen. Aansluitend bij de gevel van nr. 53, gevel met brede inrijpoort links en vensterLicht- en/of luchtopening in een muur. rechts. Drie venstersLicht- en/of luchtopening in een muur. op elke verdieping, het centrale met moneelStenen vensterstijl..
Op nr. 57, ter vervanging van een klein huis uit 1907, uitbreiding naar het model van nr. 55, in 1949 verhoogd volgens de plannen van architect Campenart; drie bouwlagen en twee traveeënVerticale geleding van een gevel, bepaald door afstand tussen twee opeenvolgende steunpunten (vb. muurdammen, zuilen, ...), onder platform.

Op nr. 59 en 63, twee gebouwen in eclectische stijl – huis en werkplaatsen – in 1909 ontworpen voor de firma C. Machiels. Oorspronkelijke kroonlijsten, raamwerk vernieuwd.
Op nr. 59, opstand van drie gelijke traveeën en drie bouwlagen, de laatste niet volgens oorspronkelijk plan. Op een onderbouwHoge sokkel, reikend tot ongeveer het midden van de toegang; meestal in hardsteen. in breuksteen, gevel in crèmekleurige baksteen met elementen inoranje bakstenen, hardsteen en witsteen. Lichtjes inspringende deur en impostvensterVenster boven een deur en ervan gescheiden door een stenen dorpel, een entablement of een muurvlak. – de deur onder een halve maan met uitspringende sleutelSluitsteen van een opening; weerhoudt de gewelfstenen in een boog of gewelf. en een timpaanMonumentaal driehoekig of segmentvormig boogveld, meestal besloten in een fronton; vaak rijkelijk versierd. van witsteen, het impostvensterVenster boven een deur en ervan gescheiden door een stenen dorpel, een entablement of een muurvlak. gevormd door twee rondboogvensters onder archivolt – verbonden door een Toscaanse colonnet en met een zwikHoekstuk tussen een boog en de omlijsting waarin de boog gevat is. in witsteen. Het geheel wordt bekroond door een latei op kussenblokken1. Dekplaat dat ligt tussen de drager (kapiteel) en het gedragene (balk of boog); 2. Kwartronde kraagsteen van een venster- of deurboog. en met gebogen boogrugBuitenwelfvlak; buitenste kromming van een boog; wanneer deze boog getrapt is, spreekt men van een hanenkam. onder archivolt. Eenzelfde bekroning voor de venstersLicht- en/of luchtopening in een muur. naast de deur. Balkons met smeedijzeren borstwering. Muuropeningen op de eerste verdieping met latei op kussenblokken1. Dekplaat dat ligt tussen de drager (kapiteel) en het gedragene (balk of boog); 2. Kwartronde kraagsteen van een venster- of deurboog. en onder kroonlijstStelselmatig uitkragende geprofileerde lijst boven een muur of een ander belangrijk bouwdeel (entablement). en ontlastingsboogBoog boven een venster- of deuropening die druk van het muurwerk op de stijlen afwentelt en zo het linteel ontlast., op de tweede verdieping getoogd, op kussenblokken en onder archivoltGeprofileerde of versierde omlijsting van een boog.. Gerestaureerde kroonlijstStelselmatig uitkragende geprofileerde lijst boven een muur of een ander belangrijk bouwdeel (entablement).. Oorspronkelijke deur; impostvenster met glas-in-lood.
Op nr. 63, oude werkplaatsen, die aan de rechterkant gekocht rond 1920 en herwerkt in 1923, de werkplaats aan de linkerkant ontworpen in 1923.
Rechts, gevel van drie bouwlagen en zes traveeënVerticale geleding van een gevel, bepaald door afstand tussen twee opeenvolgende steunpunten (vb. muurdammen, zuilen, ...), in rode baksteen met elementen in oranje bakstenen en hardsteen. De vier linkertraveeën zijn oorspronkelijk, de twee laatste werden in 1923 toegevoegd, ten koste van een ingangshek, van een volume met kantoren aan de straatkant, van een binnenplaats en van een oude stalling aan de achterzijde van het perceel. Tot in 1947 werden alle venstersLicht- en/of luchtopening in een muur. op de lage benedenverdieping bekroond door een I-balkIJzeren latei met I-profiel.; in dat jaar werden twee brede getraliede venstersLicht- en/of luchtopening in een muur. geplaatst op de eerste traveeënVerticale geleding van een gevel, bepaald door afstand tussen twee opeenvolgende steunpunten (vb. muurdammen, zuilen, ...) en twee garagepoorten op de twee rechtertraveeën. Op de verdiepingen, getoogde vensters in overwegend oranjekleurige baksteen, met aanzetstenenGeprofileerd of versierd blok (natuur)steen waarop een boog of een strek steunt. in natuursteen. Achter deze gevel verrijzen drie hallen, evenwijdig aan de straat, met een metalen structuur en een dak dat vroeger met pannen was bedekt; de bredere centrale hal is voorzien van een doorlopende  lichtkap op haar twee vlakken, de overige hallen, die vier bouwlagen hoog zijn, hebben een sheddak.
Uiterst links bevond zich sinds 1904 een binnenplaats die toegang gaf tot de werkplaatsen van Danckaert. Al snel werd een inrijpoort geplaatst, aangevuld met een gelijkvloers kantoor verdieping. In 1923, tegelijkertijd met de wijzigingen aan de werkplaatsen van Machiels, werd op het perceel een dwarsgelegen werkplaats met metalen structuur gebouwd waarin de inrijpoort en het kantoor aan de ingang werden ingewerkt. Ze had drie bouwlagen met afnemende hoogte, onder zesledig sheddak. De gevel sluit aan bij die van de aanpalende werkplaatsen, maar dan met gele bakstenen. Op de benedenverdieping, gekoppeld onder eenzelfde I-balkIJzeren latei met I-profiel., links de ingang met impostvensterVenster boven een deur en ervan gescheiden door een stenen dorpel, een entablement of een muurvlak., rechts het getralied vensterLicht- en/of luchtopening in een muur., boven het keldervenster, van een stempelkantoor. Drie venstersLicht- en/of luchtopening in een muur. op de verdieping, het centrale van recentere datum. De sheddaken zijn thans met zink bekleed.

Barastraat nr. 173-177

Lang gebouw met werkplaatsen en kantoren met modernistische invloed en uitgevoerd in baksteen, metaal en beton, met drie bouwlagen met twee terugwijkende vleugels achteraan. Het gebouw werd in twee fases ontworpen door architect Joseph Van Neck: de twaalf traveeënVerticale geleding van een gevel, bepaald door afstand tussen twee opeenvolgende steunpunten (vb. muurdammen, zuilen, ...) rechts in 1923, de overige in 1928. Twintig traveeënVerticale geleding van een gevel, bepaald door afstand tussen twee opeenvolgende steunpunten (vb. muurdammen, zuilen, ...) aan de straatkant met, vandaag, vijf toegangsdeuren of inrijpoorten. Brede rechthoekige venstersLicht- en/of luchtopening in een muur., sommige lichtjes inspringend, allemaal met betonnen kruiskozijnen en een stenen onderdorpel. Brede cementband tussen de eerste twee bouwlagen, borstweringen1. Verhoogd gedeelte van een vestingsmuur waarachter men veilig kan lopen; - 2. Muurtje of hekwerk (balkon, terras); - 3. Deel van een muur tussen vloer en onderzijde van een venster; - 4. Verhoging van de buitenmuren van een huis boven de zolderbalken waarop een muurplaat rust. versierd met bakstenen in de laatste bouwlaag. Op de gootmuren achteraan en op de terugwijkende vleugels, analoge vensters op de verdiepingen; vier traveeënVerticale geleding van een gevel, bepaald door afstand tussen twee opeenvolgende steunpunten (vb. muurdammen, zuilen, ...) voor de terugwijkende linkervleugel, drie voor de rechte vleugel. Met pannen bedekte zadeldakenDak met twee hellende dakvlakken.. Fijne houten kroonlijsten op klossenKraagstuk van een kroonlijst met verfijnd uitgesneden en/of gefreesd hangend element of drop.. Volgens de oorspronkelijke plannen moest het gebouw een metalen structuur hebben: pijlers1. Muurstut zonder entasis (kromming), mogelijk met basis en kapiteel; - 2. Massief gemetseld of betonnen steunelement met gewoonlijk rechthoekige doorsnede (vb. bruggepijler,…), vloeren met troggewelven op liggers, gebinten.
Achter het gebouw staan thans acht lange hallen met een metalen gebinte, sommige onderbroken door moderne inrichtingen. De laatste vier aan de rechterkant behoren tot de eerste vestigingen binnen het huizenblok van de firma Danckaert, uit 1910 voor die links, uit 1904 voor de drie overige. Die laatste vormen een symmetrisch geheel, met laterale en wat bredere gelijkvloerse hallen en een centrale hal met twee verdiepingen met afnemende hoogte, op de eerste verdieping met vensters met betonnen kruiskozijnen.


Bronnen

Archieven
GAA/DS Veeartsenstraat 53-55: 10056 (21.11.1904), 11541 (08.11.1907), 16315 (09.12.1921), 33467 (26.04.1949), 44737bis (25.06.1974); Veeartsenstraat 5963: 12270 (11.08.1909), 16748 (05.01.1923), 32765 (27.01.1948); Barastraat 173-177:
 12076 (18.02.1909), 12662 (16.09.1910), 17005 (24.07.1923), 20626 (24.02.1928).

Publicaties en studies
CULOT, M. [dir.], Anderlecht 1. 
Inventaire visuel de l’architecture industrielle à Bruxelles, AAM, Brussel, 1980, fiche 99. 
DEDOBBELEER, A., HOUDÉ, Ch., Art Deco en Modernisme in Anderlecht. 6 architectuurwandelingen, uitgave van de gemeente, 2018, p. 18. 

Tijdschriften
Almanachs du Commerce et de l’Industrie
, “Vétérinaires (rue des)” en “Bara (rue)”, 1905 tot 1969.