Typologie(ën)

opbrengsthuis
gelijkvloers met handelszaak

Ontwerper(s)

Juridisch statuut

Ingeschreven in de wettelijke inventaris op 19 augustus 2024

Stijlen

Neo-Vlaamse renaissance

Inventaris(sen)

Dit (deze) goed(eren) bezit(ten) de volgende waarde(n)

Onderzoek en redactie

2016, 2019

id

Urban : 37099
lees meer

Beschrijving

Geheel van twee opbrengstpanden in neo-Vlaamse renaissancestijl, dat op de hoek met café op de benedenverdieping, wellicht ontworpen omstreeks 1900.

Met eenzelfde gevel, gebouwen van drie bouwlagen onder mansardedakGebroken kap of Frans dak met met steile ondervlakken en licht hellende bovenvlakken.. Gevel in baksteen in rode tinten, met elementen in witsteen en hardsteen. Vijf ongelijke traveeënVerticale geleding van een gevel, bepaald door afstand tussen twee opeenvolgende steunpunten (vb. muurdammen, zuilen, ...) aan weerszijden van een brede hoektraveeTravee op de hoek (meestal 45°) van een gebouw.. TraveeënVerticale geleding van een gevel, bepaald door afstand tussen twee opeenvolgende steunpunten (vb. muurdammen, zuilen, ...) geflankeerd door kolossaleZuilen of pilasters die over de volle hoogte of over meer dan één verdieping opgaan, onafhankelijk van de door vensters en bouwlagen gegeven maten. pilastersPlatte, weinig uitspringende muurpijler, vaak met basis en kapiteel. of behandeld in risalietRisaliet (Italiaans, van risalto: uitstekend deel), vooruitspringend volume van een gevel dat over de hele hoogte doorloopt en soms hoger is; naar gelang de positie worden er midden-, zij- en hoekrisalieten onderscheiden.. De meeste muuropeningen onder I-balkIJzeren latei met I-profiel. op kussenblokken1. Dekplaat dat ligt tussen de drager (kapiteel) en het gedragene (balk of boog); 2. Kwartronde kraagsteen van een venster- of deurboog. en ontlastingsboogBoog boven een venster- of deuropening die druk van het muurwerk op de stijlen afwentelt en zo het linteel ontlast. met diamantkopsleutel. Derde traveeVerticale geleding van een gevel, bepaald door afstand tussen twee opeenvolgende steunpunten (vb. muurdammen, zuilen, ...) aan elke verkeersweg en hoektraveeTravee op de hoek (meestal 45°) van een gebouw. elk met twee balkons in verkleinende ordonnantie en met een balustradeHekwerk van spijlen of balusters. met postamenten1. Rechthoekig voetstuk van een standbeeld; - 2. Balkvormige stenen bekroning; - 3. Stenen zijstukken van een balkonborstwering. onder een bol. Aan elke verkeersweg, vier gemetselde dakkapellenUit het dakvlak opgaand venster; meestal in hout en vaak onder spitse kap. met trapgevelGevel met een driehoekige bekroning die trapsgewijs versmalt., anker(Smeedijzeren) bouwonderdeel waarmee de uiteinden van een balk in een muur worden bevestigd; soms ook louter decoratief. en bolvormig topstuk; de hoektraveeTravee op de hoek (meestal 45°) van een gebouw. wordt bekroond door een grote trapgevelGevel met een driehoekige bekroning die trapsgewijs versmalt. en toppilastersOverhoekse pilaster ter bekroning van gevel.. SchrijnwerkVerzameling van al het (niet-constructief) houten materiaal zoals deuren, vensterkozijnen, erkeronderdelen, kroonlijst, …; bij uitbreiding ook materiaal in aluminium, PVC, ...  vervangen.
Op nr. 827, laatste twee traveeënVerticale geleding van een gevel, bepaald door afstand tussen twee opeenvolgende steunpunten (vb. muurdammen, zuilen, ...) met respectievelijk een smalle toegangsdeur en een inrijpoort. Oorspronkelijke kroonlijstStelselmatig uitkragende geprofileerde lijst boven een muur of een ander belangrijk bouwdeel (entablement). met tollenHangende elementen aan de klossen van een kroonlijst..
Op nr. 829 – Veeweidestraat 168, eerste traveeVerticale geleding van een gevel, bepaald door afstand tussen twee opeenvolgende steunpunten (vb. muurdammen, zuilen, ...), met toegang, smal en met verspringende bouwlagen; deur onder tussendorpelStenen dorpel die een deur of venster horizontaal in tweeën deelt. en rondboogBoog waarvan de kromming een halve cirkel beschrijft.. HoektraveeTravee op de hoek (meestal 45°) van een gebouw. met drielichtenGroep van drie smalle vensters binnen dezelfde omlijsting, onderling gescheiden door deelzuiltjes of stijlen/monelen; centraal venster soms hoger dan beide andere., het eerste met centrale deur en doorlopende  tussendorpelStenen dorpel die een deur of venster horizontaal in tweeën deelt.. Twee gekoppeldeTwee of meerdere identieke bouwelementen (vensters, zuilen, pilasters) die tot een groter (symmetrisch) geheel zijn samengevoegd. venstersLicht- en/of luchtopening in een muur. in de geveltop. Aan weerszijden, deur naar het café.