Typologie(ën)

woning

Ontwerper(s)

Juridisch statuut

Beschermd sinds 03 juli 2008

Stijlen

Neoclassicisme

Inventaris(sen)

Dit (deze) goed(eren) bezit(ten) de volgende waarde(n)

Onderzoek en redactie

2016

id

Urban : 32619
lees meer

Beschrijving

Geheel van zestien enkelhuizen gegroepeerd in twee L-vormige bouwvolumes (hoek Fermerijstraat nr. 1 tot 7 en 2 tot 8). Neoclassicistisch ensemble naar ontwerp van architect H.L.F. Partoes van 1827, opgetrokken door het Bestuur der Godshuizen in 1828-1829.

Vormt de zuidzijde van de pleinvormige verbreding van de Grootgodshuisstraat - voorplein van het Groot Godshuis -, waarvan nr. 4 en 26 de noordhoeken innemen. Door inpassing in het bestaande begijnhofweefsel ongelijke, driehoekige bouwblokken: respectievelijk met negen woningen, vrijstaand en grenzend aan de Seringstraat en de Kastanjeboomstraat, en met zeven woningen grenzend aan de onpare percelen van de Begijnhofstraat.

Huizen overeenkomstig met onderling afwijkende plattegrond en afmetingen, een zestal per twee volgens spiegelbeeld gekoppeldTwee of meerdere identieke bouwelementen (vensters, zuilen, pilasters) die tot een groter (symmetrisch) geheel zijn samengevoegd., doch gemaskeerd door eenvormige gevelschermen.
Volkomen symmetrische gevelopstanden respectievelijk aan Grootgodshuisstraat en Fermerijstraat, telkens opgevat als monumentale eenheid, qua volume en gevelbehandeling refererend naar het ertegenover liggende Groot Godshuis dat zij omlijsten en accentueren. 

Heden witbepleisterde lijstgevels met vrijlating van de natuurstenen sokkel en de hardstenen onderdelen onder meer dorpelsHorizontaal bouwonderdeel van een venster of deur (onderdorpel, tussendorpel, bovendorpel)., kordons en balkons; oorspronkelijk uniform witbeschilderd vanaf grijsbeschilderde sokkel. Drie bouwlagen met lagere bovenste verdieping en telkens vijftien traveeënVerticale geleding van een gevel, bepaald door afstand tussen twee opeenvolgende steunpunten (vb. muurdammen, zuilen, ...) onder geknikte schilddakenDak met twee driehoekige dakvlakken aan de smalle zijde en twee trapeziumvormige aan de lange zijde.. Doorlopende  horizontale belijning door plint, puilijst en kordonvormende lekdrempels; hoofdgestel gevormd door architraafHoofdbalk; het onderste, dragende deel van een klassiek hoofdgestel, meestal geleed door banden., vlakke friesHorizontale band om een muurvlak in te delen of aan de bovenzijde te begrenzen; al dan niet beschilderd of versierd (terracotta, sgrafitto, cementtegels…). waarin steigergatenGat aan de bovenzijde van een gevel waarin de horizontale dwarsbalken van een steiger werden bevestigd; vaak afgedekt door smeedijzeren (sier)deksel. en kroonlijstStelselmatig uitkragende geprofileerde lijst boven een muur of een ander belangrijk bouwdeel (entablement).. Telkens bescheiden accent op de middenas, met gekoppeldeTwee of meerdere identieke bouwelementen (vensters, zuilen, pilasters) die tot een groter (symmetrisch) geheel zijn samengevoegd. deuren, aansluitend balkon met gegroefde consolesVoornamelijk voluut- of S-vormig kraagstuk, soms ook louter decoratief. en typisch ijzeren hek, en deurvenster met geriemde omlijsting en entablementHoofdgestel of onderdeel ervan (vb. kroonlijst) als bekroning van muuropening; entablement vaak op consoles.. Markerende hoekrisalieten van drie traveeënVerticale geleding van een gevel, bepaald door afstand tussen twee opeenvolgende steunpunten (vb. muurdammen, zuilen, ...), met op begane grond rondboogvensters omschreven door rondboognissen met doorgetrokken imposten, en aan zijde Grootgodshuisstraat bovendien centraal balkon en deurvenster zoals beschreven. Voorts regelmatige ordonnantie van rechthoekige deuren in vijfde, achtste en elfde traveeVerticale geleding van een gevel, bepaald door afstand tussen twee opeenvolgende steunpunten (vb. muurdammen, zuilen, ...) en venstersLicht- en/of luchtopening in een muur.

Oostblok met doorlopende  ordonnantie over respectievelijk tweemaal drie traveeënVerticale geleding van een gevel, bepaald door afstand tussen twee opeenvolgende steunpunten (vb. muurdammen, zuilen, ...) deels behandeld als hoekrisaliet, en vier traveeënVerticale geleding van een gevel, bepaald door afstand tussen twee opeenvolgende steunpunten (vb. muurdammen, zuilen, ...) met afgeschuinde hoek, verbonden door tuinmuren, aan zijde Kastanjeboomstraat en Seringstraat. 

Westblok aansluitend bij een ruim hoekhuis (Begijnhof, Begijnhofstraat nr. 5) van vier bij drie traveeënVerticale geleding van een gevel, bepaald door afstand tussen twee opeenvolgende steunpunten (vb. muurdammen, zuilen, ...), met regelmatige ordonnantie van rechthoekige venstersLicht- en/of luchtopening in een muur., haast vierkant op de lage bovenste verdieping, met lekdrempel en toegang aan de binnenplaats. Bewaard houtwerk van deuren met schijfvormig beslagVerzameling van metalen elementen op een deur of raam. en ijzeren roeden in het bovenlicht, ramen en luiken. 

In fasen gerenoveerd door O.C.M.W.-Brussel in de periode 1976-1984.


Bronnen

Archieven
OCMW-Brussel, Plannen van de Begijnhofwijk, 453 
A, B, C, E.


Publicaties en studies
Le Grand Hospice, pp. 231 à 246.