Typologie(ën)

winkelgalerij

Ontwerper(s)

INCONNU - ONBEKEND1898

F. PETIT1899

Victor HORTAarchitect1903

Michel POLAKarchitect1926-1927

Alfred HOCHarchitect1934

Robert SCHUITENarchitect1971

Victor HORTAarchitect1913

Juridisch statuut

Ingeschreven in de wettelijke inventaris op 19 augustus 2024

Stijlen

Art deco
Eclectisme
Modernisme

Inventaris(sen)

Dit (deze) goed(eren) bezit(ten) de volgende waarde(n)

Onderzoek en redactie

2016

id

Urban : 30702
lees meer

Beschrijving

Voormalige Grand Bazar du Boulevard Anspach , later Galeries Anspach. Warenhuis geopend in 1898, gesloten in 1983; winkel- en beurscentrum Anspach Center vanaf 1984.

Complex dat vrijwel het gehele bouwblok Anspachlaan / Bisschopsstraat / Gretrystraat / Kleerkopersstraat inneemt. In meerdere fasen en in wisselende stijlen opgetrokken, gepaard met in- en uitwendige verbouwingen. Grondig aangepast voor nieuwe functie in 1984.
Linkerpand (nr. 24-26) bij de Bisschopsstraat. Heden deel uitmakend van het complex, oorspronkelijk evenwel huurhuis van het Haussmanniaanse type, in eclectische stijl, opgetrokken door J.-B.A. Mosnier, naar ontwerp van architect J. Olive (Parijs) van 1874. Symmetrisch opgebouwde lijstgevel van natuursteen, met gemarkeerde horizontale registersVensterstrook in een topgevel. met rechthoekige venstersLicht- en/of luchtopening in een muur.. Tweede bouwlaag als entresol met oorspronkelijk gebogen, heden verbrede openingen met sluitsteen, enkel in hoektraveeTravee op de hoek (meestal 45°) van een gebouw. omlijst door friezenHorizontale band om een muurvlak in te delen of aan de bovenzijde te begrenzen; al dan niet beschilderd of versierd (terracotta, sgrafitto, cementtegels…).. Beletage met deurvensters omlijst door pilastersPlatte, weinig uitspringende muurpijler, vaak met basis en kapiteel. en in hoektravee driehoekige, in middentravee gebogen frontonsDriehoekige of segmentvormige bekroning van een gevel of muuropening., en alternerend gietijzeren balkons en borstweringen1. Verhoogd gedeelte van een vestingsmuur waarachter men veilig kan lopen; - 2. Muurtje of hekwerk (balkon, terras); - 3. Deel van een muur tussen vloer en onderzijde van een venster; - 4. Verhoging van de buitenmuren van een huis boven de zolderbalken waarop een muurplaat rust.. Twee hoogste verdiepingen met geriemde vensteromlijstingen en friesHorizontale band om een muurvlak in te delen of aan de bovenzijde te begrenzen; al dan niet beschilderd of versierd (terracotta, sgrafitto, cementtegels…).. Vijfde bouwlaag als attiekMuur of bouwlaag boven de kroonlijst die meestal het dak aan het gezicht onttrekt. met gevelbrede gietijzeren borstwering1. Verhoogd gedeelte van een vestingsmuur waarachter men veilig kan lopen; - 2. Muurtje of hekwerk (balkon, terras); - 3. Deel van een muur tussen vloer en onderzijde van een venster; - 4. Verhoging van de buitenmuren van een huis boven de zolderbalken waarop een muurplaat rust. op kroonlijstStelselmatig uitkragende geprofileerde lijst boven een muur of een ander belangrijk bouwdeel (entablement). met klossenKraagstuk van een kroonlijst met verfijnd uitgesneden en/of gefreesd hangend element of drop., middenvenster omlijst door rijk bewerkte pilastersPlatte, weinig uitspringende muurpijler, vaak met basis en kapiteel. en driehoekig frontonDriehoekige of segmentvormige bekroning van een gevel of muuropening.. DakkapellenUit het dakvlak opgaand venster; meestal in hout en vaak onder spitse kap. met pseudofronton. Begane grond oorspronkelijk met privé-en winkelportaal aan weerszijden van driedelig winkelraam; heden verbouwd.

Hoofdgebouw (nr. 28-30, hoek Gretrystraat) en eerste vestiging in Anspachlaan, ter plaatse van het voormalige Hotel de Suède, in eclectische stijl, naar ontwerp van architect Fr. Petit (Luik) van 1897- 1898, met grote hal met twee galerijen en bovenlichtBovenste gedeelte van een raam- of deurkozijn, gescheiden door een dwarsregel; soms voorzien van glas-in-lood en/of roeden.; uitgebreid aan zijde Gretrystraat naar ontwerp van Petit van 1899; later aan zijde Anspachlaan, waarvoor bouwaanvraag van 1911; bedaking verhoogd naar ontwerp van architect Victor Horta van 1913. Lijstgevel van natuur- en hardsteen; drie bouwlagen + entresol onder recent vernieuwd mansardedakGebroken kap of Frans dak met met steile ondervlakken en licht hellende bovenvlakken. (leien). Oorspronkelijk symmetrische opstand met respectievelijk zeven en zes traveeënVerticale geleding van een gevel, bepaald door afstand tussen twee opeenvolgende steunpunten (vb. muurdammen, zuilen, ...) (1897-1898), rechterdeel verlengd met acht (1899), linkerdeel met drie traveeënVerticale geleding van een gevel, bepaald door afstand tussen twee opeenvolgende steunpunten (vb. muurdammen, zuilen, ...) (1911). Gemarkeerde horizontale registersVensterstrook in een topgevel. met rechthoekige venstersLicht- en/of luchtopening in een muur.. Alternerend brede risalieten doorgetrokken tot in de bedaking : oplopende drielichtenGroep van drie smalle vensters binnen dezelfde omlijsting, onderling gescheiden door deelzuiltjes of stijlen/monelen; centraal venster soms hoger dan beide andere. met composiete pilastersPlatte, weinig uitspringende muurpijler, vaak met basis en kapiteel. en deelzuilen, gebogen frontonDriehoekige of segmentvormige bekroning van een gevel of muuropening., balkons met balustradeHekwerk van spijlen of balusters., onderaan op uitgelengde consolesVoornamelijk voluut- of S-vormig kraagstuk, soms ook louter decoratief. met leeuwenkop en -klauw, en markerende dito kolossale pilastersPlatte, weinig uitspringende muurpijler, vaak met basis en kapiteel.. Entresol met schijnvoegenImitatievoeg in metsel - of pleisterwerk, aangebracht om regelmatige verdeling te bewerkstelligen of bijvoorbeeld natuurstenen parement (simili) te suggereren. en onder meer tweelichtenTweedelige lichtopening, door deelzuiltje gesplitst.. Bovenverdieping met oplopende vensteromlijstingen, beletage geaccentueerd door doorlopende balustradeHekwerk van spijlen of balusters. en gebroken frontonsFronton waarvan het middendeel is doorbroken., hoogste verdieping door entablementen. KroonlijstStelselmatig uitkragende geprofileerde lijst boven een muur of een ander belangrijk bouwdeel (entablement). met klossenKraagstuk van een kroonlijst met verfijnd uitgesneden en/of gefreesd hangend element of drop. en tandlijst boven friesHorizontale band om een muurvlak in te delen of aan de bovenzijde te begrenzen; al dan niet beschilderd of versierd (terracotta, sgrafitto, cementtegels…). en architraafHoofdbalk; het onderste, dragende deel van een klassiek hoofdgestel, meestal geleed door banden.. Alternerend grote en kleine dakkapellenUit het dakvlak opgaand venster; meestal in hout en vaak onder spitse kap. met frontonDriehoekige of segmentvormige bekroning van een gevel of muuropening. en bolornamenten, ingewerkt in attiekbalustrade. Oorspronkelijk beglaasde pui met gietijzerenHard, bros en niet smeedbaar ijzer; gegoten in herbruikbare mallen; meestal gebruikt voor de borstwering van balkons. zuilen en entablement met opschriften in achterglasschildering, onder luifelAfdak boven de ingang van een huis of handelszaak.; meermaals vernieuwd. Eenvoudiger gevelbehandeling in elf rechtertraveeën (Gretrystraat), laatste zes verhoogd.

Uitbreiding Bisschopsstraat / Gretrystraat, in art nouveau
, naar ontwerp van architect Victor Horta van 1903, waarbij vergroting van de centrale hal; aan zijde Gretrystraat verlengd naar ontwerp van Horta van 1913, gepaard met verhoging van de bedaking. Oorspronkelijk voorgevel in Bisschopsstraat : opengewerkte onderbouwHoge sokkel, reikend tot ongeveer het midden van de toegang; meestal in hardsteen. met luifelAfdak boven de ingang van een huis of handelszaak., drie oplopende ingezwenkte erkersRechthoekig of veelhoekig uitbouwsel, als het ware op de gevel geplakt en daardoor deel uitmakend van de achterliggende ruimte; vaak over één of meer verdiepingen gestapeld. in bovenbouw gesloopt in 1935. Behouden achtergevel in Gretrystraat nr. 16C- 18. Lijstgevel van natuur- en hardsteen; vier bouwlagen + entresol, oorspronkelijk vier (1903) doch verlengd tot zeven traveeënVerticale geleding van een gevel, bepaald door afstand tussen twee opeenvolgende steunpunten (vb. muurdammen, zuilen, ...) (1913) onder mansardedakGebroken kap of Frans dak met met steile ondervlakken en licht hellende bovenvlakken.. Geblokte hardstenen, onderbouwHoge sokkel, reikend tot ongeveer het midden van de toegang; meestal in hardsteen. met sokkel en puilijst. Ordonnantie van begane grond in oorspronkelijke versie met poort en hooggeplaatste venstertjes, in 1913 gewijzigd tot twee centrale poorten onder I-balkIJzeren latei met I-profiel. en zijvensters, in linkertravee inmiddels verbouwd tot bijkomende poort; gietijzeren luifel. Entresol met tweelichtenTweedelige lichtopening, door deelzuiltje gesplitst.. Bovenverdieping van natuursteen, geritmeerd door getoogde lisenenDecoratieve, uitspringende, verticale geleding, vaak met andere liseen verbonden door boog(fries). met geprofileerde imposten. Oplopende venstersLicht- en/of luchtopening in een muur. met houten raamwerk en gietijzerenHard, bros en niet smeedbaar ijzer; gegoten in herbruikbare mallen; meestal gebruikt voor de borstwering van balkons. lateien, voorzien van typische gesmeed ijzeren borstweringen. KroonlijstStelselmatig uitkragende geprofileerde lijst boven een muur of een ander belangrijk bouwdeel (entablement). boven bedekte steigergatenGat aan de bovenzijde van een gevel waarin de horizontale dwarsbalken van een steiger werden bevestigd; vaak afgedekt door smeedijzeren (sier)deksel.. Rechte dakkapellenUit het dakvlak opgaand venster; meestal in hout en vaak onder spitse kap., gedeeltelijk vervangen door latere attiekMuur of bouwlaag boven de kroonlijst die meestal het dak aan het gezicht onttrekt..

Uitbreiding Bisschopsstraat nr. 21-27, in art decoTendens tot de geometrisering van vormen en architecturale ornamenten die zich uitdrukt in het materiaal- en kleurgebruik., naar ontwerp van architect Michel Polak van 1926-1927, gepaard met aanpassing van de centrale hal. Langgerekt gebouw met zeven bouwlagen en zestien traveeënVerticale geleding van een gevel, bepaald door afstand tussen twee opeenvolgende steunpunten (vb. muurdammen, zuilen, ...) onder
pseudomansarde (leien). Lijstgevel van natuursteen en similiBepleistering ter imitatie van natuursteen. met gemarkeerde horizontale registersVensterstrook in een topgevel., geopend door brede drielichtenGroep van drie smalle vensters binnen dezelfde omlijsting, onderling gescheiden door deelzuiltjes of stijlen/monelen; centraal venster soms hoger dan beide andere. : winkelpui met marmerbekleding en vitrines; tweede bouwlaag met rozetten en bewerkte lijst; derde tot vijfde bouwlaag met oplopende ordonnantie, kolossale pilastersPlatte, weinig uitspringende muurpijler, vaak met basis en kapiteel., architraaf en kroonlijstStelselmatig uitkragende geprofileerde lijst boven een muur of een ander belangrijk bouwdeel (entablement).; zesde en zevende bouwlaag als attiekMuur of bouwlaag boven de kroonlijst die meestal het dak aan het gezicht onttrekt., laatste terugwijkend met ijzeren balustradeHekwerk van spijlen of balusters. met postamenten1. Rechthoekig voetstuk van een standbeeld; - 2. Balkvormige stenen bekroning; - 3. Stenen zijstukken van een balkonborstwering.. Vernieuwde luifelAfdak boven de ingang van een huis of handelszaak.; drie traveeën opengebroken voor aansluiting van loopbrug naar tegenoverliggend Administratief Centrum van de stad Brussel (1967-1971, architecten Jacques Cuisinier, Joseph Gilson, André en Jean Polak, Robert Schuiten).

Uitbreiding hoek
Bisschopsstraat nr. 39- 45 / Kleerkopersstraat nr. 46-48, in Nieuwe Zakelijkheid, naar ontwerp van Michel Polak, bijgestaan door architect Ch. Siclis (Parijs), van 1935, waarvoor sloop van de Hortagevel in de Bisschopsstraat ; voorafgaandelijk project in art decoTendens tot de geometrisering van vormen en architecturale ornamenten die zich uitdrukt in het materiaal- en kleurgebruik., door Michel Polak, bijgestaan door architect A. Hoch, van 1934, met hoekrotonde, waarbij behoud van de Hortagevel. Afgerond hoekgebouw met zeven bouwlagen, hoogste terugwijkend. Markant voorbeeld van vooruitstrevende functionele warenhuisarchitectuur, met publicitair karakter. Structuur van gewapend beton. Oorspronkelijk beglaasde stalen gordijngevelNiet dragende gevel, meestal bestaande uit een opeenstapeling van vensterregisters. en dakkap ; pui met onyxbekleding onder luifelAfdak boven de ingang van een huis of handelszaak. met ingewerkte verlichting; hoekpartij geaccentueerd door embleem G A, bogenbekroning en vlaggenmast en neonverlichting. Volkomen gewijzigd door gevelvernieuwing in 1984.
Trappenhuis met schermgevelSchijngevel die de achterliggende constructie van een gebouw wil verbergen., hoek Anspachlaan / Bisschopsstraat, naar ontwerp van architect Robert Schuiten van 1971.

Bronnen

Archieven
SAB/OW 247 en 54945 (1874), 4385 (1897- 1898), 25552 (1899), 25553 (1911), 4285 (1903), 12043 (1913), 53431 (1926-1927), 45093 (1934- 1935), 82973 (1971).

Tijdschriften
FLOUQUET P.-L., Le grand magasin moderne (Bâtir, 1936, 41, p. 624-627).