Typologie(ën)
herenhuis
Ontwerper(s)
Émile JANLET – architect – 1904
Stijlen
Neoclassicisme
Inventaris(sen)
- Bouwen door de eeuwen heen in Brussel. Stad Brussel (1989-1993)
- Permanente actualisatie van de inventaris van het Bouwkundig Erfgoed (DPC-DCE)
- Urgentie-inventaris van het bouwkundig erfgoed van de Brusselse agglomeratie (Sint-Lukasarchief 1979)
Dit (deze) goed(eren) bezit(ten) de volgende waarde(n)
- Artistiek
- Esthetisch
- Historisch
- Stedenbouwkundig
Onderzoek en redactie
2016
id
Urban : 30107
Beschrijving
Herenhuis
met dubbelhuisopstand, in een op het classicisme geïnspireerde stijl, naar
ontwerp van architect Émile Janlet van 1904, in opdracht van de familie Dutoict. Opgetrokken na
afbraak van een herenhuis uit laatste kwart 18e eeuw, identiek als nr. 23.
Lijstgevel van natuursteen en uitstekende delen van hardsteen, met geaccentueerde middenas, belijnd door de sokkel waarin rechthoekige keldermonden en de kroonlijstStelselmatig uitkragende geprofileerde lijst boven een muur of een ander belangrijk bouwdeel (entablement).; drie bouwlagen en vijf traveeënVerticale geleding van een gevel, bepaald door afstand tussen twee opeenvolgende steunpunten (vb. muurdammen, zuilen, ...) onder mansardedak (leien) met uitzicht van zadeldakDak met twee hellende dakvlakken. aan straatzijde. Opstand met overeenkomstige - verkleinende - ordonnantie en volume als de gesloopte constructie, afgezien van de bredere spatiëring van de eerste traveeVerticale geleding van een gevel, bepaald door afstand tussen twee opeenvolgende steunpunten (vb. muurdammen, zuilen, ...) door opheffing van de vroegere gemeenschappelijke blindnistravee met nr. 23. Slechts in details afwijkende gevelbehandeling, cf. versmalde poort, balkon, lekdrempels en dakkapellenUit het dakvlak opgaand venster; meestal in hout en vaak onder spitse kap.. Centrale rechthoekige poort met geriemde omlijsting, waarboven een balkon met acanthusconsoles en ijzeren borstwering1. Verhoogd gedeelte van een vestingsmuur waarachter men veilig kan lopen; - 2. Muurtje of hekwerk (balkon, terras); - 3. Deel van een muur tussen vloer en onderzijde van een venster; - 4. Verhoging van de buitenmuren van een huis boven de zolderbalken waarop een muurplaat rust.. Rechthoekige vensters met vlakke omlijsting en lekdrempel; ijzeren leuningen op de derde bouwlaag Twee afgewolfde dakkapellenUit het dakvlak opgaand venster; meestal in hout en vaak onder spitse kap..
Lijstgevel van natuursteen en uitstekende delen van hardsteen, met geaccentueerde middenas, belijnd door de sokkel waarin rechthoekige keldermonden en de kroonlijstStelselmatig uitkragende geprofileerde lijst boven een muur of een ander belangrijk bouwdeel (entablement).; drie bouwlagen en vijf traveeënVerticale geleding van een gevel, bepaald door afstand tussen twee opeenvolgende steunpunten (vb. muurdammen, zuilen, ...) onder mansardedak (leien) met uitzicht van zadeldakDak met twee hellende dakvlakken. aan straatzijde. Opstand met overeenkomstige - verkleinende - ordonnantie en volume als de gesloopte constructie, afgezien van de bredere spatiëring van de eerste traveeVerticale geleding van een gevel, bepaald door afstand tussen twee opeenvolgende steunpunten (vb. muurdammen, zuilen, ...) door opheffing van de vroegere gemeenschappelijke blindnistravee met nr. 23. Slechts in details afwijkende gevelbehandeling, cf. versmalde poort, balkon, lekdrempels en dakkapellenUit het dakvlak opgaand venster; meestal in hout en vaak onder spitse kap.. Centrale rechthoekige poort met geriemde omlijsting, waarboven een balkon met acanthusconsoles en ijzeren borstwering1. Verhoogd gedeelte van een vestingsmuur waarachter men veilig kan lopen; - 2. Muurtje of hekwerk (balkon, terras); - 3. Deel van een muur tussen vloer en onderzijde van een venster; - 4. Verhoging van de buitenmuren van een huis boven de zolderbalken waarop een muurplaat rust.. Rechthoekige vensters met vlakke omlijsting en lekdrempel; ijzeren leuningen op de derde bouwlaag Twee afgewolfde dakkapellenUit het dakvlak opgaand venster; meestal in hout en vaak onder spitse kap..
Bronnen
Archieven
SAB/OW 10303 (1904).