Typologie(ën)

architectenwoning
burgerwoning

Ontwerper(s)

Arthur NELISSENarchitect1905

Juridisch statuut

Beschermd sinds 23 februari 2006

Stijlen

Art nouveau

Dit (deze) goed(eren) bezit(ten) de volgende waarde(n)

Onderzoek en redactie

2014-2016

id

Urban : 29250
lees meer

Beschrijving

Persoonlijk woning van architect Arthur Nelissen in art nouveauInternationale beweging (1893 - ca. 1914) als reactie op de ‘neo’-stijlen, maar met sterk lokale verschillen. In België kent de stijl twee stromingen, namelijk de florale art nouveau met Victor Horta als boegbeeld en anderzijds de geometrische art nouveau beïnvloed door Paul Hankar of de Wiener Secession. gesigneerd op sokkelHoge plint van een gevel; fungeert als voetstuk in ordonnantie van de gevel., 1905.

Maakt deel uit van een homogene huizenrij van burgerwoningen in eclectischeVeel voorkomende stijl (ca. 1850-1914) die inspiratie put uit verschillende architectuurstijlen uit het verleden. Komt door de combinatie van enerzijds verschillende stijlelementen en anderzijds nieuwe technieken en materialen tot een unieke eigentijdse creatie. stijl gebouwd tussen 1904 en 1910, van nr. 1 tot nr. 6.

Originele gevel van drie bouwlagen in lichtgekleurde baksteen met groengekleurde bakstenen elementen en hardsteen. Asymmetrische hardstenen benedenverdieping met tweelichtTweedelige lichtopening, door deelzuiltje gesplitst. onder gemeenschappelijke getoogdeBoog die minder dan een halve cirkel beschrijft; boog in de vorm van een cirkelsegment. Bij vensters spreekt men dan van een getoogd venster of steekboogvenster. boogConstructie waarvan de beschrijvende lijnen delen van cirkels of gebogen lijnen zijn en waarin alle drukkrachten optreden. en deur met afgeronde hoeken; alledrie in gestileerde omlijstingen. In tweede bouwlaag hoefijzerboogvormige loggiaOverdekte, halfopen ruimte; schaduwrijke inham in de gevel van een gebouw. benadrukt door polychrome ontlastingsbogenBoog boven een venster- of deuropening die druk van het muurwerk op de stijlen afwentelt en zo het linteel ontlast. waarvan terras uitgeeft op hoefijzerboogvormig glasdeurDeur waarvan het grootste deel uit glas bestaat. met aangepast schrijnwerkVerzameling van al het (niet-constructief) houten materiaal zoals deuren, vensterkozijnen, erkeronderdelen, kroonlijst, …; bij uitbreiding ook materiaal in aluminium, PVC, ... . Klein centraal balkon in hoogste bouwlaag met smeedijzerenTaai, ‘kneedbaar’ ijzer dat ambachtelijk wordt ‘gesmeed’ (gehamerd bij hoge temperatuur) tot decoratieve bouwonderdelen als tuinhekken, borstweringen… borstwering1. Verhoogd gedeelte van een vestingsmuur waarachter men veilig kan lopen; - 2. Muurtje of hekwerk (balkon, terras); - 3. Deel van een muur tussen vloer en onderzijde van een venster; - 4. Verhoging van de buitenmuren van een huis boven de zolderbalken waarop een muurplaat rust. bekroond door halsvormig reliëf in similiBepleistering ter imitatie van natuursteen. tussen twee postamenten1. Rechthoekig voetstuk van een standbeeld; - 2. Balkvormige stenen bekroning; - 3. Stenen zijstukken van een balkonborstwering. die kroonlijstStelselmatig uitkragende geprofileerde lijst boven een muur of een ander belangrijk bouwdeel (entablement). doorbreekt. Twee zijdelingse venstersLicht- en/of luchtopening in een muur. met afgeronde onderdorpels en schuine bovenlichtenBovenste gedeelte van een raam- of deurkozijn, gescheiden door een dwarsregel; soms voorzien van glas-in-lood en/of roeden. onder boogvormige waterlijstVooruitspringende rand in het gevelvlak die regenwater buiten gevel laat afdruppelen. onderbroken door centraal boogvormige glasdeurDeur waarvan het grootste deel uit glas bestaat.. ZwikkenHoekstuk tussen een boog en de omlijsting waarin de boog gevat is. en borstweringen1. Verhoogd gedeelte van een vestingsmuur waarachter men veilig kan lopen; - 2. Muurtje of hekwerk (balkon, terras); - 3. Deel van een muur tussen vloer en onderzijde van een venster; - 4. Verhoging van de buitenmuren van een huis boven de zolderbalken waarop een muurplaat rust. voorzien van rozenreliëf aangebracht in de jaren 1920. KroonlijstStelselmatig uitkragende geprofileerde lijst boven een muur of een ander belangrijk bouwdeel (entablement). op uitgelengde korbelen1. Diagonale houten balk ter ondersteuning van overkragende elementen zoals een luifel, een kroonlijst,…; 2. Balk om de verbinding tussen trekker en spantbeen in een kapspant te versterken. die samen een boogConstructie waarvan de beschrijvende lijnen delen van cirkels of gebogen lijnen zijn en waarin alle drukkrachten optreden. vormen. Bewaard smeedwerkTaai, ‘kneedbaar’ ijzer dat ambachtelijk wordt ‘gesmeed’ (gehamerd bij hoge temperatuur) tot decoratieve bouwonderdelen als tuinhekken, borstweringen… en schrijnwerkVerzameling van al het (niet-constructief) houten materiaal zoals deuren, vensterkozijnen, erkeronderdelen, kroonlijst, …; bij uitbreiding ook materiaal in aluminium, PVC, ...  met uitzondering van centrale glasdeurDeur waarvan het grootste deel uit glas bestaat. in hoogste bouwlaag.

Interieur. Rijk interieur met centrale bordestrap verlicht door zenitaal daklicht. Twee vertrekken per verdieping; burelen op de benedenverdieping, woonvertrekken op de verdiepingen.

Beschermd op 23.02.2006.

Bronnen

Archieven
GAV/DS 3791 (1905).

Publicaties en studies
BORSI, F., WIESER, H., Bruxelles capitale de l’Art nouveau, Mark Vokaer ed., Brussel, 1992 (collection Europe 1900): pp 43-44.