Louis Bertrandlaan 62-64

Op de hoek met de Hermanstraat, opbrengsthuis in eclectische stijl met neoclassicistische inslag en met commerciële benedenverdieping, ontworpen door architect D. Fastré voor eigen rekening, 1910.

Maakt deel uit van een bijzonder homogene huizenrij uit dezelfde periode, van nr. 2 tot nr. 94-96.

Gevel in similiBepleistering ter imitatie van natuursteen. met doorlopende  schijnvoegenImitatievoeg in metsel - of pleisterwerk, aangebracht om regelmatige verdeling te bewerkstelligen of bijvoorbeeld natuurstenen parement (simili) te suggereren. op de benedenverdieping, met witstenen en hardstenen elementen. Opstand van vijf bouwlagen, met twee traveeënVerticale geleding van een gevel, bepaald door afstand tussen twee opeenvolgende steunpunten (vb. muurdammen, zuilen, ...) in de Hermanstraat en vijf in de L. Bertrandlaan, verbonden door een hoektraveeTravee op de hoek (meestal 45°) van een gebouw..
Verdiepingen geritmeerd door pilastersPlatte, weinig uitspringende muurpijler, vaak met basis en kapiteel. aan de laan. Eén traveeVerticale geleding van een gevel, bepaald door afstand tussen twee opeenvolgende steunpunten (vb. muurdammen, zuilen, ...) aan de straat en vier aan de laan, met een gestapelde erkerRechthoekig of veelhoekig uitbouwsel, als het ware op de gevel geplakt en daardoor deel uitmakend van de achterliggende ruimte; vaak over één of meer verdiepingen gestapeld. over drie bouwlagen met boogvormige zijvlakken en voorzien van drielichtenGroep van drie smalle vensters binnen dezelfde omlijsting, onderling gescheiden door deelzuiltjes of stijlen/monelen; centraal venster soms hoger dan beide andere., in de eerste bouwlaag als serlianaDrielicht met centraal hoger venster onder rondboog en laterale vensters onder architraaf. met oculiKlein rond, ovaal of polygonaal venster.. Oorspronkelijk bekroond door een gebombeerdGebold; welvend oppervlak dat een gelijkmatige boogwerking vertoont. dak of een terras met metalen borstwering1. Verhoogd gedeelte van een vestingsmuur waarachter men veilig kan lopen; - 2. Muurtje of hekwerk (balkon, terras); - 3. Deel van een muur tussen vloer en onderzijde van een venster; - 4. Verhoging van de buitenmuren van een huis boven de zolderbalken waarop een muurplaat rust., allemaal verdwenen alsook de getande kroonlijstStelselmatig uitkragende geprofileerde lijst boven een muur of een ander belangrijk bouwdeel (entablement). ter bekroning van de eerste vier bouwlagen. Op de hoektraveeTravee op de hoek (meestal 45°) van een gebouw., Franse balkonsBorstwering tussen de dagkanten van een naar binnen openslaand venster dat tot de vloer doorloopt., thans zonder borstwering1. Verhoogd gedeelte van een vestingsmuur waarachter men veilig kan lopen; - 2. Muurtje of hekwerk (balkon, terras); - 3. Deel van een muur tussen vloer en onderzijde van een venster; - 4. Verhoging van de buitenmuren van een huis boven de zolderbalken waarop een muurplaat rust. op de eerste twee verdiepingen, het derde oorspronkelijk onder boogvormig frontonDriehoekige of segmentvormige bekroning van een gevel of muuropening.. Bewaarde kroonlijstStelselmatig uitkragende geprofileerde lijst boven een muur of een ander belangrijk bouwdeel (entablement).. SchrijnwerkVerzameling van al het (niet-constructief) houten materiaal zoals deuren, vensterkozijnen, erkeronderdelen, kroonlijst, …; bij uitbreiding ook materiaal in aluminium, PVC, ...  vervangen.