Typologie(ën)

herenhuis
bijgebouwen

Ontwerper(s)

Paul BONDUELLEarchitect1924

Juridisch statuut

Ingeschreven in de wettelijke inventaris op 19 augustus 2024

Stijlen

Beaux-Artsstijl
Neo-Lodewijk XV, neorococo

Dit (deze) goed(eren) bezit(ten) de volgende waarde(n)

Onderzoek en redactie

2005-2006

id

Urban : 16054
lees meer

Beschrijving

In Bossquare. Herenhuis in Beaux-ArtsstijlArchitectuurstroming (ca. 1905-1930) met reminiscenties aan de grote Franse architectuurstijlen uit de 18e eeuw. Rijk en zorgvuldig gedecoreerde gevels in natuursteen en/of simili of in combinatie met baksteen. Borstweringen en poorten in fraai uitgewerkt smeedwerk. met elementen van neo-Lodewijk XVHistoriserende architectuur die zich vanaf ca. 1910 ontwikkelt. Grijpt terug naar de vormentaal van de bouwkunst van het midden van de 18e eeuw. Gekenmerkt door specifieke rococo-ornamenten (onregelmatige schelpvormen, rocailles, enz.) en de voorliefde voor asymmetrische lijnen., n.o.v. arch. Paul Bonduelle, 1924. Op doorlopend  perceel met Legrandlaan nr. 24 (op Elsene), waarop garage n.o.v. zelfde arch., 1923.

Twee bouwlagen en vier symmetrische traveeënVerticale geleding van een gevel, bepaald door afstand tussen twee opeenvolgende steunpunten (vb. muurdammen, zuilen, ...) onder mansardedakGebroken kap of Frans dak met met steile ondervlakken en licht hellende bovenvlakken.. Witstenen gevel geritmeerd door monumentaleZuilen of pilasters die over de volle hoogte of over meer dan één verdieping opgaan, onafhankelijk van de door vensters en bouwlagen gegeven maten. pilastersPlatte, weinig uitspringende muurpijler, vaak met basis en kapiteel., in oranje baksteen, met elkaar verbonden door dubbele archivoltGeprofileerde of versierde omlijsting van een boog.. Houten deur met kunstig getralied bovenlichtBovenste gedeelte van een raam- of deurkozijn, gescheiden door een dwarsregel; soms voorzien van glas-in-lood en/of roeden.. VenstersLicht- en/of luchtopening in een muur. op benedenverdieping onder korfboogBoog samengesteld uit een aantal ineenvloeiende cirkelbogen die samen nagenoeg een liggende ellips vormen., op verdiepingen onder schouderboogBoog in de vorm van een driepas waarvan de middelste lob is vervangen door een rechte latei op twee korte verticale stukken; in ruime zin slaat de term ook op een boog met een in- en uitzwenkende lijnvoering.. Balkons op lampetNeerwaartse beëindiging, afhangende versiering als aanzet van een balkon of erker. in Lodewijk XV; smeedijzerenTaai, ‘kneedbaar’ ijzer dat ambachtelijk wordt ‘gesmeed’ (gehamerd bij hoge temperatuur) tot decoratieve bouwonderdelen als tuinhekken, borstweringen… borstweringen1. Verhoogd gedeelte van een vestingsmuur waarachter men veilig kan lopen; - 2. Muurtje of hekwerk (balkon, terras); - 3. Deel van een muur tussen vloer en onderzijde van een venster; - 4. Verhoging van de buitenmuren van een huis boven de zolderbalken waarop een muurplaat rust.. GetandeLijst met kleine repetitieve kubusvormige elementen (tanden); guttae hebben de vorm van een afgeknotte kegel en bevinden zich eerder onder aan een console of triglief. stenen kroonlijstStelselmatig uitkragende geprofileerde lijst boven een muur of een ander belangrijk bouwdeel (entablement)., doorlopend  met nr. 547, n.o.v. zelfde arch. DakkapellenUit het dakvlak opgaand venster; meestal in hout en vaak onder spitse kap. onder steekboogBoog die minder dan een halve cirkel beschrijft; boog in de vorm van een cirkelsegment. Bij vensters spreekt men dan van een getoogd venster of steekboogvenster.. IJzerwerkVerzameling van alle metalen elementen van een gebouw. en schrijnwerkVerzameling van al het (niet-constructief) houten materiaal zoals deuren, vensterkozijnen, erkeronderdelen, kroonlijst, …; bij uitbreiding ook materiaal in aluminium, PVC, ...  met kruiskozijnen oorspronkelijk.

Bronnen

Archieven
SAB/OW 31790 (1924).
GAE/OW 194-24.