Typologie(ën)

herenhuis

Ontwerper(s)

Pierre MEEWISarchitect1904

Stijlen

Neorenaissance

Inventaris(sen)

  • Actualisatie van de Urgentie-Inventaris (Sint-Lukasarchief - 1993-1994)
  • Actualisatie van het inventarisatieproject van het Bouwkundig Erfgoed (DMS-DML - 1995-1998)
  • Permanente actualisatie van de inventaris van het Bouwkundig Erfgoed (DPC-DCE)
  • Urgentie-inventaris van het bouwkundig erfgoed van de Brusselse agglomeratie (Sint-Lukasarchief 1979)
  • Het monumentale erfgoed van België. Brussel Uitbreiding Zuid (Apeb - 2005-2008)

Dit (deze) goed(eren) bezit(ten) de volgende waarde(n)

  • Artistiek
  • Esthetisch
  • Historisch
  • Stedenbouwkundig

Onderzoek en redactie

2005-2006

id

Urban : 16021
lees meer

Beschrijving

Herenhuis met elementen in Italiaanse neorenaissanceArchitectuurstijl (ca. 1860-1914) die zich inspireert op de renaissance, een kunststroming ontstaan in het Italië van de 15e eeuw en die er o.m. op gericht was de bouwkunst van de Grieks-Romeinse oudheid te doen herleven., n.o.v. arch. Pierre Meewis, 1904.

Drie bouwlagen en vier traveeënVerticale geleding van een gevel, bepaald door afstand tussen twee opeenvolgende steunpunten (vb. muurdammen, zuilen, ...) onder mansardedakGebroken kap of Frans dak met met steile ondervlakken en licht hellende bovenvlakken.. Gevel in hardsteen en Gobertange. Benedenverdieping met bossageIn oorsprong een gevelbehandeling waarbij ruwgehakte, rechthoekige blokken natuursteen uit de loodlijn steken en de gevel op die manier een fors, rustiek (rustica) karakter verleent; later op gevel vormelijk geïmiteerd door middel van uitspringend al dan niet bepleisterde bakstenen blokken of banden (doorlopende schijnvoegen). en inrijpoort. In tweede bouwlaag links twee venstersLicht- en/of luchtopening in een muur. onder gebogen frontonDriehoekige of segmentvormige bekroning van een gevel of muuropening.; rechts erkerRechthoekig of veelhoekig uitbouwsel, als het ware op de gevel geplakt en daardoor deel uitmakend van de achterliggende ruimte; vaak over één of meer verdiepingen gestapeld. met balustersVaasvormige spijl van een borstwering. in borstweringen1. Verhoogd gedeelte van een vestingsmuur waarachter men veilig kan lopen; - 2. Muurtje of hekwerk (balkon, terras); - 3. Deel van een muur tussen vloer en onderzijde van een venster; - 4. Verhoging van de buitenmuren van een huis boven de zolderbalken waarop een muurplaat rust. en op hoeken halfzuilenZuil die met het muurwerk verbonden is, maar slechts over de halve dikte uitspringt.. In derde bouwlaag rondboogvormige venstersLicht- en/of luchtopening in een muur. binnen rechthoekige omlijsting met pilastersPlatte, weinig uitspringende muurpijler, vaak met basis en kapiteel. en onder entablementHoofdgestel of onderdeel ervan (vb. kroonlijst) als bekroning van muuropening; entablement vaak op consoles.. Mansarde bedekt met leistenen; vier dakkapellenUit het dakvlak opgaand venster; meestal in hout en vaak onder spitse kap. onder gebogen frontonDriehoekige of segmentvormige bekroning van een gevel of muuropening.. Deur en kroonlijstStelselmatig uitkragende geprofileerde lijst boven een muur of een ander belangrijk bouwdeel (entablement). oorspronkelijk. SchrijnwerkVerzameling van al het (niet-constructief) houten materiaal zoals deuren, vensterkozijnen, erkeronderdelen, kroonlijst, …; bij uitbreiding ook materiaal in aluminium, PVC, ...  vervangen.

Bronnen

Archieven
SAB/OW 1223 (1904).