Charleroise Steenweg 119

Huis in modernistische stijl met art-deco-elementen, gesigneerd en gedateerd op gevel ‘Jacques Obozinski arch-1925'.
Resulterend uit grondige verbouwing van huis in neoclassicistische stijl n.o.v. meester-metser Huret, 1855.

Drie bouwlagen en op verdieping twee ongelijke traveeënVerticale geleding van een gevel, bepaald door afstand tussen twee opeenvolgende steunpunten (vb. muurdammen, zuilen, ...). Bakstenen (Boom) gevel op hardstenen sokkel. Rechthoekige venstersLicht- en/of luchtopening in een muur.. Op benedenverdieping centraal twee deuren (rechts 1945) gekoppeldTwee of meerdere identieke bouwelementen (vensters, zuilen, pilasters) die tot een groter (symmetrisch) geheel zijn samengevoegd. door tussendorpelStenen dorpel die een deur of venster horizontaal in tweeën deelt. van impostvenstersVenster boven een deur en ervan gescheiden door een stenen dorpel, een entablement of een muurvlak. met links vensterLicht- en/of luchtopening in een muur. en rechts garage onder driedelig impostvensterVenster boven een deur en ervan gescheiden door een stenen dorpel, een entablement of een muurvlak.; alle binnen hardstenen omlijsting; getraliede deuren en impostvenstersVenster boven een deur en ervan gescheiden door een stenen dorpel, een entablement of een muurvlak.. DrielichtenGroep van drie smalle vensters binnen dezelfde omlijsting, onderling gescheiden door deelzuiltjes of stijlen/monelen; centraal venster soms hoger dan beide andere. op hoofdtraveeBredere en rijker uitgewerkte travee, meestal van een huis met asymmetrische compositie; vaak in risaliet en onder bekronende topgevel. en venstersLicht- en/of luchtopening in een muur. op rechter traveeVerticale geleding van een gevel, bepaald door afstand tussen twee opeenvolgende steunpunten (vb. muurdammen, zuilen, ...) binnen dezelfde witstenen omlijsting en gescheiden door bakstenen borstwering1. Verhoogd gedeelte van een vestingsmuur waarachter men veilig kan lopen; - 2. Muurtje of hekwerk (balkon, terras); - 3. Deel van een muur tussen vloer en onderzijde van een venster; - 4. Verhoging van de buitenmuren van een huis boven de zolderbalken waarop een muurplaat rust. in blokverband. Witstenen band onder attiekmuur als gevelbekroning. Pseudomansardedak met vier dakkapellenUit het dakvlak opgaand venster; meestal in hout en vaak onder spitse kap..