Typologie(ën)

school

Ontwerper(s)

Juridisch statuut

Ingeschreven in de wettelijke inventaris op 19 augustus 2024

Stijlen

Eclectisme

Inventaris(sen)

  • Het monumentale erfgoed van België. Schaarbeek (Apeb - 2010-2015)

Dit (deze) goed(eren) bezit(ten) de volgende waarde(n)

Onderzoek en redactie

2012-2013

id

Urban : 22080
lees meer

Beschrijving

Schoolinstelling in eclectischeVeel voorkomende stijl (ca. 1850-1914) die inspiratie put uit verschillende architectuurstijlen uit het verleden. Komt door de combinatie van enerzijds verschillende stijlelementen en anderzijds nieuwe technieken en materialen tot een unieke eigentijdse creatie. stijl, ontworpen in 1913 door architect Frans Hemelsoet (nr. 31), waaraan later het aanpalende opbrengsthuis werd toegevoegd, uit hetzelfde jaar en in dezelfde stijl (nr. 33). School oorspronkelijk voor meisjes. Gesigneerd “FRANS HEMELSOET / ARCHITECTE” rechts van de toegang op nr. 31.

Op nr. 31, gebouw van oorspronkelijk drie bouwlagen, bestaande uit twee parallelle volumes onder zadeldakDak met twee hellende dakvlakken., waarin zich hoofdzakelijk klaslokalen bevinden, verbonden door een derde volume onder plat dak met daklichten en met de centrale gangen. Het achterste en het centrale volume werden na 1953 met twee bouwlagen onder plat dak verhoogd. Het volume achteraan loopt langs een kleine binnenplaats en is links voorzien van een bijgebouw, oorspronkelijk loodrecht, ook verhoogd.
Voorgevel in oranjekleurige baksteen met elementen in grijze baksteen en hardsteen. OpstandBouwkundige tekening op schaal van een verticaal vlak van een gevel, een binnenmuur,…; in ruime zin het verticaal vlak van een gevel of muur. van zeven traveeënVerticale geleding van een gevel, bepaald door afstand tussen twee opeenvolgende steunpunten (vb. muurdammen, zuilen, ...), per twee gekoppeldTwee of meerdere identieke bouwelementen (vensters, zuilen, pilasters) die tot een groter (symmetrisch) geheel zijn samengevoegd., gevat in een steekboogvormige arcadeEén of meerdere bogen, steunend op zuilen of pijlers; kan ook blind zijn. tussen pilastersPlatte, weinig uitspringende muurpijler, vaak met basis en kapiteel., behalve de derde traveeVerticale geleding van een gevel, bepaald door afstand tussen twee opeenvolgende steunpunten (vb. muurdammen, zuilen, ...), waarin zich de toegang bevindt. Deze traveeVerticale geleding van een gevel, bepaald door afstand tussen twee opeenvolgende steunpunten (vb. muurdammen, zuilen, ...) is in risalietRisaliet (Italiaans, van risalto: uitstekend deel), vooruitspringend volume van een gevel dat over de hele hoogte doorloopt en soms hoger is; naar gelang de positie worden er midden-, zij- en hoekrisalieten onderscheiden. en wordt bekroond door een topgevelHoogste deel van een gevel, vaak driehoekig en/of getrapt. met volutes met een spitsboogvormige  arcadeEén of meerdere bogen, steunend op zuilen of pijlers; kan ook blind zijn. waarin een versiering zou komen. Deur onder entablementHoofdgestel of onderdeel ervan (vb. kroonlijst) als bekroning van muuropening; entablement vaak op consoles. met boogvormige kroonlijstStelselmatig uitkragende geprofileerde lijst boven een muur of een ander belangrijk bouwdeel (entablement).; deurvleugels met decor van briefpanelen en getraliede ramenVast of bewegend houten of metalen omlijsting van een ruit binnen een kozijn.. KroonlijstStelselmatig uitkragende geprofileerde lijst boven een muur of een ander belangrijk bouwdeel (entablement). bekleed met pvc. Rechts, doorlopende  dakkapelUit het dakvlak opgaand venster; meestal in hout en vaak onder spitse kap. geplaatst vóór 1953. RaamwerkVast of bewegend houten of metalen omlijsting van een ruit binnen een kozijn. bewaard op de benedenverdieping.
Binnen, oorspronkelijk klaslokalen in de eerste twee bouwlagen, slaapzalen in de laatste en refters in de kelderverdieping.

Op nr. 33, opstandBouwkundige tekening op schaal van een verticaal vlak van een gevel, een binnenmuur,…; in ruime zin het verticaal vlak van een gevel of muur. van vier bouwlagen. Commerciële benedenverdieping met hardstenen pilastersPlatte, weinig uitspringende muurpijler, vaak met basis en kapiteel., thans gewijzigd. Verdiepingen in oranjekleurige baksteen, met hardstenen elementen met rusticaIn oorsprong een gevelbehandeling waarbij ruwgehakte, rechthoekige blokken natuursteen uit de loodlijn steken en de gevel op die manier een fors, rustiek (rustica) karakter verleent; later op gevel vormelijk geïmiteerd door middel van uitspringend al dan niet bepleisterde bakstenen blokken of banden (doorlopende schijnvoegen).. Gestapelde houten erkerRechthoekig of veelhoekig uitbouwsel, als het ware op de gevel geplakt en daardoor deel uitmakend van de achterliggende ruimte; vaak over één of meer verdiepingen gestapeld. (vervangen) op de eerste twee verdiepingen. Breed vijflicht onder lateiBalkvormig element van hout, steen, beton of metaal dat een muuropening overspant en bovenliggend metselwerk steunt. en ontlastingsbogenBoog boven een venster- of deuropening die druk van het muurwerk op de stijlen afwentelt en zo het linteel ontlast. op de laatste verdieping. Bewaarde kroonlijstStelselmatig uitkragende geprofileerde lijst boven een muur of een ander belangrijk bouwdeel (entablement).. SchrijnwerkVerzameling van al het (niet-constructief) houten materiaal zoals deuren, vensterkozijnen, erkeronderdelen, kroonlijst, …; bij uitbreiding ook materiaal in aluminium, PVC, ...  vervangen.
Groot bijgebouw achteraan.

Achteraan, speelplaats met onregelmatige plattegrond, langs een overdekte speelplaats met galerijOverdekte gang, aan één of beide zijden geritmeerd door zuilen, kolommen of pijlers, bogengang genoemd indien geritmeerd door arcaden. en een gebouw met geknikte plattegrond uit de jaren 1950 of 1960.

Bronnen

Archieven
GAS/DS 164-31, 164-33.