Typologie(ën)

burgerwoning

Ontwerper(s)

Adolphe VANDERHEGGENarchitect1877

Georges BRUGMANNbouwpromotor / vastgoedontwikkelaar1877

Juridisch statuut

Ingeschreven in de wettelijke inventaris op 19 augustus 2024

Stijlen

Neoclassicisme

Inventaris(sen)

Dit (deze) goed(eren) bezit(ten) de volgende waarde(n)

Onderzoek en redactie

2005-2007

id

Urban : 16868
lees meer

Beschrijving

Neoclassicistisch geheel bestaande uit 26 woningen i.o.v. Georges Brugmann en n.o.v. arch. Adolphe Vanderheggen, 1877.

Waterloosesteenweg 435-437 tot 457 (foto 2007).

G. Brugmann liet de woningen bouwen op zijn eigen gronden grenzend aan de Waterloosesteenweg. De hoekpanden en telkens twee woningen in de aanpalende straten vormden de eerste bebouwing in de straten die hij zelf had aangelegd en goedgekeurd waren bij K.B. van 08.07.1875, namelijk de huidige F. Merjay- en F. Neuraystraat.

Waterloosesteenweg 395-393, perceelsplan, GAE/DS 315-393 (1877).

Hoekpanden uitgezonderd, bestaat geheel uit paren van vijf verschillende geveltypes. Huizen van telkens drie bouwlagen en twee traveeënVerticale geleding van een gevel, bepaald door afstand tussen twee opeenvolgende steunpunten (vb. muurdammen, zuilen, ...). BepleisterdeMuur of plafond bedekt met een laag mortel op basis van een mengsel van kalk, gips of cement en zand, met of zonder andere fijne toeslagmaterialen. en geschilderde gevels op hardstenen onderbouwHoge sokkel, reikend tot ongeveer het midden van de toegang; meestal in hardsteen.. Muuropeningen volgens verkleinende ordonnantie. Op benedenverdieping houten vleugeldeur onder tweeledig bovenlichtBovenste gedeelte van een raam- of deurkozijn, gescheiden door een dwarsregel; soms voorzien van glas-in-lood en/of roeden. en venstersLicht- en/of luchtopening in een muur. met gietijzerenHard, bros en niet smeedbaar ijzer; gegoten in herbruikbare mallen; meestal gebruikt voor de borstwering van balkons. borstwering1. Verhoogd gedeelte van een vestingsmuur waarachter men veilig kan lopen; - 2. Muurtje of hekwerk (balkon, terras); - 3. Deel van een muur tussen vloer en onderzijde van een venster; - 4. Verhoging van de buitenmuren van een huis boven de zolderbalken waarop een muurplaat rust.. Op verdiepingen venstersLicht- en/of luchtopening in een muur. met geriemde omlijsting. Balkons op eerste verdieping. Bewaarde gietijzerenHard, bros en niet smeedbaar ijzer; gegoten in herbruikbare mallen; meestal gebruikt voor de borstwering van balkons. borstweringen1. Verhoogd gedeelte van een vestingsmuur waarachter men veilig kan lopen; - 2. Muurtje of hekwerk (balkon, terras); - 3. Deel van een muur tussen vloer en onderzijde van een venster; - 4. Verhoging van de buitenmuren van een huis boven de zolderbalken waarop een muurplaat rust..


Waterloosesteenweg 395-393 (foto 2005).

Nr. 393-395 en 435-437. Hoekpanden.
Opbrengsthuizen met vier bouwlagen en telkens twee traveeënVerticale geleding van een gevel, bepaald door afstand tussen twee opeenvolgende steunpunten (vb. muurdammen, zuilen, ...) aan weerzijden van hoektraveeTravee op de hoek (meestal 45°) van een gebouw.. TraveeënVerticale geleding van een gevel, bepaald door afstand tussen twee opeenvolgende steunpunten (vb. muurdammen, zuilen, ...) geleed door monumentale pilastersPlatte, weinig uitspringende muurpijler, vaak met basis en kapiteel.; gebost op benedenverdieping. Muuropeningen volgens verkleinende ordonnantie. HoektraveeTravee op de hoek (meestal 45°) van een gebouw. met balkon op eerste verdieping met gietijzerenHard, bros en niet smeedbaar ijzer; gegoten in herbruikbare mallen; meestal gebruikt voor de borstwering van balkons. borstwering1. Verhoogd gedeelte van een vestingsmuur waarachter men veilig kan lopen; - 2. Muurtje of hekwerk (balkon, terras); - 3. Deel van een muur tussen vloer en onderzijde van een venster; - 4. Verhoging van de buitenmuren van een huis boven de zolderbalken waarop een muurplaat rust.. Getande kroonlijstStelselmatig uitkragende geprofileerde lijst boven een muur of een ander belangrijk bouwdeel (entablement). op modillonsRechthoekig kraagstuk, ter versiering van een kroonlijst.. Handelspand op benedenverdieping, maar herhaaldelijk verbouwd op nr. 393-395, o.m. in 1934.
Nr. 393-395 uitgebreid in F. Merjaystraat met twee extra traveeënVerticale geleding van een gevel, bepaald door afstand tussen twee opeenvolgende steunpunten (vb. muurdammen, zuilen, ...) met gestapelde trapezoïdale erkersRechthoekig of veelhoekig uitbouwsel, als het ware op de gevel geplakt en daardoor deel uitmakend van de achterliggende ruimte; vaak over één of meer verdiepingen gestapeld. (n.o.v. arch. Jean Dedecker, 1931).


Waterloosesteenweg 395-393, opstand geveltype V, GAE/DS 315-393 (1877).

Nr. 397, 399 en 455, 457 en F. Merjaystraat nr. 8, 10 en F. Neuraystraat nr. 8, 10. Geveltype V.
Bossage op benedenverdieping. Getoogde muuropeningen; op benedenverdieping met sleutelSluitsteen van een opening; weerhoudt de gewelfstenen in een boog of gewelf. en gietijzerenHard, bros en niet smeedbaar ijzer; gegoten in herbruikbare mallen; meestal gebruikt voor de borstwering van balkons. borstwering1. Verhoogd gedeelte van een vestingsmuur waarachter men veilig kan lopen; - 2. Muurtje of hekwerk (balkon, terras); - 3. Deel van een muur tussen vloer en onderzijde van een venster; - 4. Verhoging van de buitenmuren van een huis boven de zolderbalken waarop een muurplaat rust.; op verdiepingen geriemd met orenUitstekend deel van sommige bouwelementen of -constructies, meestal louter decoratief.; op eerste verdieping als Frans balkonBorstwering tussen de dagkanten van een naar binnen openslaand venster dat tot de vloer doorloopt. en op tweede verdieping met neutenpaneelU-vormig sierpaneel. en vensterleuningLage, versierde leuning boven een onderdorpel, meestal in metaal.. Op nr. 457 doorlopend  balkon op eerste verdieping en Franse balkonsBorstwering tussen de dagkanten van een naar binnen openslaand venster dat tot de vloer doorloopt. op tweede verdieping.
Nr. 399 en F. Neuraystraat nr. 8, 10 helaas onherkenbaar verbouwd.


Waterloosesteenweg 395-393, opstand geveltype IV, GAE/DS 315-393 (1877).

Nr. 401, 403 en 443, 445. Geveltype IV.
Getoogde muuropeningen; op benedenverdieping met vlakke omlijsting; op verdiepingen geriemde omlijsting met versierde sleutelSluitsteen van een opening; weerhoudt de gewelfstenen in een boog of gewelf.. Doorlopend  balkon op eerste verdieping. Op tweede verdieping vensterdorpel op consolesVoornamelijk voluut- of S-vormig kraagstuk, soms ook louter decoratief..
Op nr. 403, verdwenen gietijzerenHard, bros en niet smeedbaar ijzer; gegoten in herbruikbare mallen; meestal gebruikt voor de borstwering van balkons. borstwering1. Verhoogd gedeelte van een vestingsmuur waarachter men veilig kan lopen; - 2. Muurtje of hekwerk (balkon, terras); - 3. Deel van een muur tussen vloer en onderzijde van een venster; - 4. Verhoging van de buitenmuren van een huis boven de zolderbalken waarop een muurplaat rust. op benedenverdieping en vervangen schrijnwerkVerzameling van al het (niet-constructief) houten materiaal zoals deuren, vensterkozijnen, erkeronderdelen, kroonlijst, …; bij uitbreiding ook materiaal in aluminium, PVC, ... . Nr. 443 en 445 helaas onherkenbaar verbouwd.


Waterloosesteenweg 395-393, opstand geveltype III, GAE/DS 315-393 (1877).

Nr. 405, 407 en 447, 449. Geveltype III.
Benedenverdieping geleed door pilastersPlatte, weinig uitspringende muurpijler, vaak met basis en kapiteel.. Getoogde muuropeningen. Doorlopend  balkon op eerste verdieping. Op verdiepingen rozettenfries binnen vensteromlijsting. VenstersLicht- en/of luchtopening in een muur. op neutenpaneelU-vormig sierpaneel. op tweede verdieping. Getande kroonlijstStelselmatig uitkragende geprofileerde lijst boven een muur of een ander belangrijk bouwdeel (entablement). op gekoppeldeTwee of meerdere identieke bouwelementen (vensters, zuilen, pilasters) die tot een groter (symmetrisch) geheel zijn samengevoegd. modillonsRechthoekig kraagstuk, ter versiering van een kroonlijst.. SchrijnwerkVerzameling van al het (niet-constructief) houten materiaal zoals deuren, vensterkozijnen, erkeronderdelen, kroonlijst, …; bij uitbreiding ook materiaal in aluminium, PVC, ...  vervangen op nr. 407. Nr. 449 verhoogd met één bouwlaag (1929) en schrijnwerkVerzameling van al het (niet-constructief) houten materiaal zoals deuren, vensterkozijnen, erkeronderdelen, kroonlijst, …; bij uitbreiding ook materiaal in aluminium, PVC, ...  vervangen in PVC.


Waterloosesteenweg 395-393, opstand geveltype II, GAE/DS 315-393 (1877).

Nr. 409, 411 en 451, 453. Geveltype II.
Benedenverdieping geleed door pilastersPlatte, weinig uitspringende muurpijler, vaak met basis en kapiteel. met schijnvoegenImitatievoeg in metsel - of pleisterwerk, aangebracht om regelmatige verdeling te bewerkstelligen of bijvoorbeeld natuurstenen parement (simili) te suggereren.. Rechthoekige muuropeningen. Op verdiepingen venstersLicht- en/of luchtopening in een muur. met versierde sleutelSluitsteen van een opening; weerhoudt de gewelfstenen in een boog of gewelf.. Doorlopend  balkon op eerste verdieping en Franse balkonsBorstwering tussen de dagkanten van een naar binnen openslaand venster dat tot de vloer doorloopt. op tweede verdieping. Getande kroonlijstStelselmatig uitkragende geprofileerde lijst boven een muur of een ander belangrijk bouwdeel (entablement). op modillonsRechthoekig kraagstuk, ter versiering van een kroonlijst.. Op nr. 411, borstwering1. Verhoogd gedeelte van een vestingsmuur waarachter men veilig kan lopen; - 2. Muurtje of hekwerk (balkon, terras); - 3. Deel van een muur tussen vloer en onderzijde van een venster; - 4. Verhoging van de buitenmuren van een huis boven de zolderbalken waarop een muurplaat rust. op benedenverdieping verdwenen en vervangen kroonlijstStelselmatig uitkragende geprofileerde lijst boven een muur of een ander belangrijk bouwdeel (entablement).. Op nr. 451, schrijnwerkVerzameling van al het (niet-constructief) houten materiaal zoals deuren, vensterkozijnen, erkeronderdelen, kroonlijst, …; bij uitbreiding ook materiaal in aluminium, PVC, ...  vervangen en versierde sleutels in hoogste bouwlaag verdwenen.


Waterloosesteenweg 395-393, opstand geveltype I, GAE/DS 315-393 (1877).

Nr. 413, 415 en 439, 441. Geveltype I.
Rechthoekige muuropeningen. Benedenverdieping geleed door geboste pilastersPlatte, weinig uitspringende muurpijler, vaak met basis en kapiteel.. Doorlopend  balkon op eerste verdieping en Franse balkonsBorstwering tussen de dagkanten van een naar binnen openslaand venster dat tot de vloer doorloopt. op tweede verdieping. Getande kroonlijstStelselmatig uitkragende geprofileerde lijst boven een muur of een ander belangrijk bouwdeel (entablement). op modillonsRechthoekig kraagstuk, ter versiering van een kroonlijst.. SchrijnwerkVerzameling van al het (niet-constructief) houten materiaal zoals deuren, vensterkozijnen, erkeronderdelen, kroonlijst, …; bij uitbreiding ook materiaal in aluminium, PVC, ...  vervangen op nr. 439.

Bronnen

Archieven
GAE/DS 315-393;315-397; 315-401; 315-403; 315-405; 315-407; 315-409; 315-411; 315-413; 315-415; 315-435-437; 315-439; 315-443; 315-445; 315-447; 315-449; 315-451; 315-453; 315-455; 315-457; 127-8-10.