Typologie(ën)

winkel
werkplaats (ambachtelijk)

Ontwerper(s)

Victor HORTAarchitect1909-1912

Statut juridique

Beschermd sinds 01 oktober 1981

Stijlen

Art nouveau

Inventaris(sen)

  • Bouwen door de eeuwen heen in Brussel. Stad Brussel (1989-1993)
  • Inventaris van het Industrieel Erfgoed (La Fonderie - 1993-1994)
  • Permanente actualisatie van de inventaris van het Bouwkundig Erfgoed (DPC-DCE)
  • Urgentie-inventaris van het bouwkundig erfgoed van de Brusselse agglomeratie (Sint-Lukasarchief 1979)

Dit (deze) goed(eren) bezit(ten) de volgende waarde(n)

  • Artistiek
  • Esthetisch
  • Historisch
  • Stedenbouwkundig

Onderzoek en redactie

2016

id

Urban : 33438
lees meer

Beschrijving

Kantoor- winkel- en ateliergebouw in art nouveauInternationale beweging (1893 - ca. 1914) als reactie op de ‘neo’-stijlen, maar met sterk lokale verschillen. In België kent de stijl twee stromingen, namelijk de florale art nouveau met Victor Horta als boegbeeld en anderzijds de geometrische art nouveau beïnvloed door Paul Hankar of de Wiener Secession. n.o.v. architect Victor Horta, 1909.

 Complex op onregelmatige - grosso modo L-vormige - plattegrond, volgens de richtlijnen van Philippe Wolfers ontworpen rondom twee rechthoekige binnenplaatsen. Oorspronkelijk winkelruimte en werkhuizen beneden, ateliers op tweede bouwlaag, kantoren op volgende twee verdiepingen, appartement ter hoogte van verdieping met loggiaOverdekte, halfopen ruimte; schaduwrijke inham in de gevel van een gebouw. en achteruitwijkende dakverdieping. Zeven traveeën brede gevel met zwarte granitobekleding voor benedenverdieping, witsteen voor de verdiepingen. Expressieve gevel met rijke materiaalkeuze en vloeiend lijnenspel, hoewel reeds behorend tot een meer klassieke fase binnen Horta’s
œuvre onder meer door het achterwege laten van decoratief smeedijzerwerk en de koppeling van de venstersLicht- en/of luchtopening in een muur. volgens repeterend ritme.

Originele gevelcompositie, met symmetrische travee-indeling verbroken door asymmetrisch geplaatste en bredere convexe bow-windowErker (afk. Engels, van bow: buiging, en window: venster) die door haar gebogen vorm integrerend deel uitmaakt van de gevel en de achterliggende ruimte.; harmonische combinatie van horizontale en verticale lijnen respectievelijk door de rechte en gebogen waterlijsten en lekdrempels en de verdiepte penanten verhoogd door de sierlijke zuilen van de verdiepte bovenbouw met loggiaOverdekte, halfopen ruimte; schaduwrijke inham in de gevel van een gebouw.. Benedenverdieping met variërende raamhoogten en verspringende plinten volgens hoogteverschil; verfijnde detailuitvoering op penanten en sierlijke profilering als beëindiging van de puilijst; vitrines omlijnd door slanke metalen profielen; poort met vleugeldeur en markant ijzerwerkVerzameling van alle metalen elementen van een gebouw. met typische art nouveauvormgeving.

Oorspronkelijk winkelmeubilair van mahoniehout uit Honduras gefineerd met dito platen, ontworpen door Victor Horta en in 1912 uitgevoerd door de Londense firma Sage; in 1974 gedemonteerd en in 1977 overgebracht naar de Koninklijke Musea voor Kunst en Geschiedenis, departement Sierkunsten.

Geplande, doch niet gerealiseerde uitbreiding in Bergstraat waarvoor ontwerpen van V. Horta van 1930 : in eerste versie met acht bouwlagen hoge art decogevel, in tweede versie met neobarokkeNeobarok (ca 1860-1914): Historiserende architectuur die verwijst naar de barok (17e tot 18e eeuw) en die naar haar vormentaal teruggrijpt door middel van het gebruik van voluut- en klokgevels, kolossale pilasters, zware decoratie (bossage, zware omlijstingen, enz.). topgevelHoogste deel van een gevel, vaak driehoekig en/of getrapt..

Bronnen

Archieven
SAB/OW 5 (1909-1912), 40871 (1930).
Archief KCML, dossier 2.42.

Publicaties en studies
BORSI F., PORTOGHESI P., Victor Horta, Brussel, 1977, p. 105-107, 172.
DULIERE C., Victor Horta, Mémoires, Brussel, 1985, p. 120-124.
HAERENS J., Art Nouveau et Art Déco, le Magasin Wolfers, Brussel, 1983.
LOZE P., Guide de Bruxelles XIX' et Art Nouveau, Brussel, 1985, p. 49-50.