Typologie(ën)

winkel

Ontwerper(s)

P. J. BORREMANSarchitect1912

Juridisch statuut

Ingeschreven in de wettelijke inventaris op 19 augustus 2024

Stijlen

Beaux-Artsstijl

Inventaris(sen)

  • Het monumentale erfgoed van België. Anderlecht-Kuregem (Archistory - 2017-2019)

Dit (deze) goed(eren) bezit(ten) de volgende waarde(n)

Onderzoek en redactie

2019

id

Urban : 39637
lees meer

Beschrijving

Voormalige groothandel en tussenhandel (ijzeren beslagVerzameling van metalen elementen op een deur of raam., verlichtingsartikelen, huisraad) in Beaux-Artsstijl, n.o.v. architect P. J. Borremans, 1912.

Gebouw bestaande uit twee volumes, dat aan de straat met vier bouwlagen onder plat dak, de tweede bouwlaag behandeld als tussenverdieping, en met vijf symmetrische traveeënVerticale geleding van een gevel, bepaald door afstand tussen twee opeenvolgende steunpunten (vb. muurdammen, zuilen, ...); het tweede volume is achteraan aangebouwd en is minder breed, maar heeft eveneens vier bouwlagen en vijf traveeën. Het zadeldakDak met twee hellende dakvlakken. werd na 1953 vervangen door een plat dak.

Straatgevel in similiBepleistering ter imitatie van natuursteen. en witsteen. Benedenverdieping verbouwd tot winkelpui in 1976 (n.o.v. architect Henri Vancoppenolle); oorspronkelijk bestond ze uit een voetgangersingang geflankeerd door twee venstersLicht- en/of luchtopening in een muur. en dan twee inrijpoorten. In de bovenste bouwlagen, traveeënVerticale geleding van een gevel, bepaald door afstand tussen twee opeenvolgende steunpunten (vb. muurdammen, zuilen, ...) geflankeerd door kolossale gecanneleerde pilastersPlatte, weinig uitspringende muurpijler, vaak met basis en kapiteel. met kapiteelKopstuk van een zuil, pijler of pilaster; algemeen om de gedragen last op een smaller draagvlak over te brengen. met volutenSpiraalvormig ornament; meestal gebruikt als aanzetstuk van topgevels, bij deur- en vensteromlijstingen of als steunbeer., met invloed van de renaissancestijl. Op de verdiepingen van de midden- en zijtraveeën, boogvormige Franse balkonsBorstwering tussen de dagkanten van een naar binnen openslaand venster dat tot de vloer doorloopt. met smeedijzeren borstweringen1. Verhoogd gedeelte van een vestingsmuur waarachter men veilig kan lopen; - 2. Muurtje of hekwerk (balkon, terras); - 3. Deel van een muur tussen vloer en onderzijde van een venster; - 4. Verhoging van de buitenmuren van een huis boven de zolderbalken waarop een muurplaat rust. met orthogonaal motief. Op de overige traveeënVerticale geleding van een gevel, bepaald door afstand tussen twee opeenvolgende steunpunten (vb. muurdammen, zuilen, ...), met guirlandes versierde borstweringen en smalle gekoppeldeTwee of meerdere identieke bouwelementen (vensters, zuilen, pilasters) die tot een groter (symmetrisch) geheel zijn samengevoegd. rondboogvensters op de laatste verdieping. Attiekmuurtje thans verdwenen. Kroonlijsten en raamwerkVast of bewegend houten of metalen omlijsting van een ruit binnen een kozijn. met bovenlichtBovenste gedeelte van een raam- of deurkozijn, gescheiden door een dwarsregel; soms voorzien van glas-in-lood en/of roeden. met roedeverdeling bewaard.

Links afgeboord door een koetsdoorgang (thans overdekt), achterbouw met bepleisterdeMuur of plafond bedekt met een laag mortel op basis van een mengsel van kalk, gips of cement en zand, met of zonder andere fijne toeslagmaterialen. gevel opengewerkt met brede muuropeningen onder I-balkIJzeren latei met I-profiel.. Achteraan was voorzien in een binnenplaats onder een beglaasd zadeldak met metalen gebinte, met daarin een verpakkingszaal (quai d’emballage).

Interieur. Zolderingen met bakstenen troggewelven en metalen balken die in het achtergebouw op een centrale rij gietijzerenHard, bros en niet smeedbaar ijzer; gegoten in herbruikbare mallen; meestal gebruikt voor de borstwering van balkons. zuilen rusten. Op de benedenverdieping, oorspronkelijk, inrijpoort links naar de binnenplaats, inrijpoort rechts naar het souterrainHoge kelder of half verzonken verdieping.. In het midden, door bureaus geflankeerde voetgangersingang die naar het trappenhuis leidt. Achteraan, bureau gescheiden van de winkel (grand magasin) door een beglaasde houten tussenwand. De winkel vormde oorspronkelijk een groot plateau met, links, een lange toonbank en een houten lift met metalen traliewerk naar alle bouwlagen, inclusief het dak (volume bewaard op dit niveau). Open trap tegen de linkermuur, oorspronkelijk ook tot aan het dak. Een stalling en koetshuis nemen de achterzijde van de benedenverdieping in en geven uit op de binnenplaats. Op de eerste verdieping, vier kamers langs een gang achteraan in het voorste volume. Groot winkelplateau met, achteraan, een lokaal voorbehouden voor de kostbare goederen en de zolderRuimte onder het dak. voor veevoeder, enkel toegankelijk via het onderliggende koetshuis. Magazijn dat de twee volumes op de laatste twee verdiepingen volledig inneemt.

Bronnen

Archieven
GAA/DS 13380 (23.04.1912), 44782 (04.05.1976).

Tijdschriften
Almanach du Commerce et de l’Industrie, “Limnander (rue)”, 1914.