Typologie(ën)

woning
werkplaats (ambachtelijk)

Ontwerper(s)

Ch. NEIRYNCK1902

Juridisch statuut

Ingeschreven in de wettelijke inventaris op 19 augustus 2024

Stijlen

Eclectisme

Inventaris(sen)

Dit (deze) goed(eren) bezit(ten) de volgende waarde(n)

Onderzoek en redactie

2014, 2019

id

Urban : 37022
lees meer

Beschrijving

Huis in eclectischeVeel voorkomende stijl (ca. 1850-1914) die inspiratie put uit verschillende architectuurstijlen uit het verleden. Komt door de combinatie van enerzijds verschillende stijlelementen en anderzijds nieuwe technieken en materialen tot een unieke eigentijdse creatie. stijl, ontworpen voor een zekere Jules Jourdain, met een achterliggende werkplaats die diende als tabak- en sigarenfabriek, n.o.v. architect Ch. Neirynck, 1902.

Opstand van drie bouwlagen (het oorspronkelijke plan voorzag in slechts twee bouwlagen onder mansardedak). Drie traveeënVerticale geleding van een gevel, bepaald door afstand tussen twee opeenvolgende steunpunten (vb. muurdammen, zuilen, ...), met inrijpoort op de eerste en toegangsdeur op de tweede, de derde traveeVerticale geleding van een gevel, bepaald door afstand tussen twee opeenvolgende steunpunten (vb. muurdammen, zuilen, ...) breder. Gevel in witsteen met hardstenen elementen. Eerste en laatste traveeVerticale geleding van een gevel, bepaald door afstand tussen twee opeenvolgende steunpunten (vb. muurdammen, zuilen, ...) geflankeerd door respectievelijk lisenenDecoratieve, uitspringende, verticale geleding, vaak met andere liseen verbonden door boog(fries). en kolossaleZuilen of pilasters die over de volle hoogte of over meer dan één verdieping opgaan, onafhankelijk van de door vensters en bouwlagen gegeven maten. pilastersPlatte, weinig uitspringende muurpijler, vaak met basis en kapiteel. die op het hoofdgestelHoog horizontaal lijstwerk ter bekroning van een gevel. worden verbonden door een gedrukte boogBoog waarvan de kromming lager is dan de overeenkomstige rondboog., de eerste op druiper ter hoogte van het impostvensterVenster boven een deur en ervan gescheiden door een stenen dorpel, een entablement of een muurvlak., de tweede met gebosseerde onderbouwHoge sokkel, reikend tot ongeveer het midden van de toegang; meestal in hardsteen. en een ring op de benedenverdieping. In de eerste en de laatste bouwlaag, getoogdeBoog die minder dan een halve cirkel beschrijft; boog in de vorm van een cirkelsegment. Bij vensters spreekt men dan van een getoogd venster of steekboogvenster. muuropeningen met archivoltGeprofileerde of versierde omlijsting van een boog. eindigend in volutenSpiraalvormig ornament; meestal gebruikt als aanzetstuk van topgevels, bij deur- en vensteromlijstingen of als steunbeer.; deur en inrijpoort met tussendorpelStenen dorpel die een deur of venster horizontaal in tweeën deelt.. Muuropeningen in de tweede bouwlaag onder lateiBalkvormig element van hout, steen, beton of metaal dat een muuropening overspant en bovenliggend metselwerk steunt. en entablementHoofdgestel of onderdeel ervan (vb. kroonlijst) als bekroning van muuropening; entablement vaak op consoles. met consolesVoornamelijk voluut- of S-vormig kraagstuk, soms ook louter decoratief.. In de eerste en laatste bouwlaag van de hoofdtraveeBredere en rijker uitgewerkte travee, meestal van een huis met asymmetrische compositie; vaak in risaliet en onder bekronende topgevel., gekoppeldeTwee of meerdere identieke bouwelementen (vensters, zuilen, pilasters) die tot een groter (symmetrisch) geheel zijn samengevoegd. venstersLicht- en/of luchtopening in een muur. gescheiden door respectievelijk een colonnetCilindervormig steunpunt; vaak voorzien van basis en kapiteel. De kleine en/of dunne variant ervan wordt colonnet genoemd. en een pilasterPlatte, weinig uitspringende muurpijler, vaak met basis en kapiteel.; pilastervormige stijlenVerticale zijden van een opening waarop een boog of latei rust. op de benedenverdieping. In de tweede bouwlaag, balkon met vervangen borstwering1. Verhoogd gedeelte van een vestingsmuur waarachter men veilig kan lopen; - 2. Muurtje of hekwerk (balkon, terras); - 3. Deel van een muur tussen vloer en onderzijde van een venster; - 4. Verhoging van de buitenmuren van een huis boven de zolderbalken waarop een muurplaat rust., op consolesVoornamelijk voluut- of S-vormig kraagstuk, soms ook louter decoratief. en een ronde gecanneleerdeParallelle, gootvormige decoratieve groeven op een zuil of pilaster. druiper. Ondergedeelte van de kroonlijstStelselmatig uitkragende geprofileerde lijst boven een muur of een ander belangrijk bouwdeel (entablement). bewaard. Oorspronkelijk schrijnwerkVerzameling van al het (niet-constructief) houten materiaal zoals deuren, vensterkozijnen, erkeronderdelen, kroonlijst, …; bij uitbreiding ook materiaal in aluminium, PVC, ...  op de benedenverdieping; deur en inrijpoort met bovenlichtBovenste gedeelte van een raam- of deurkozijn, gescheiden door een dwarsregel; soms voorzien van glas-in-lood en/of roeden. met zuilvormige roedeverdelingDunne houten of metalen staaf in een kozijn waarin glasruiten worden bevestigd..

Achteraan is de werkplaats verhoogd en behoort ze thans tot nr. 32-34 (zie dit nummer).

Bronnen

Archieven
GAA/DS
 9316 (10.03.1903).