Typologie(ën)

woning

Ontwerper(s)

Jos OTTO1911

Juridisch statuut

Ingeschreven in de wettelijke inventaris op 19 augustus 2024

Stijlen

Eclectisme

Dit (deze) goed(eren) bezit(ten) de volgende waarde(n)

Onderzoek en redactie

2016-2017

id

Urban : 36157
lees meer

Beschrijving

Geheel van twee analoge huizen in eclectischeVeel voorkomende stijl (ca. 1850-1914) die inspiratie put uit verschillende architectuurstijlen uit het verleden. Komt door de combinatie van enerzijds verschillende stijlelementen en anderzijds nieuwe technieken en materialen tot een unieke eigentijdse creatie. stijl, het ene met kantoren, het andere als woning, ontworpen voor ingenieur Robert Otto, 1911. Signatuur en jaartal op de sokkelsHoge plint van een gevel; fungeert als voetstuk in ordonnantie van de gevel.: “ALOYS JOS. OTTO. / Architecte. / 1911”.

Nr.140 werd bekroond in de gevelwedstrijd die de gemeente Laken voor de jaren 1911-1912 organiseerde.

Deze huizen maken deel uit van een bijzonder homogene huizenrij met voortuintjes, van nr.86 tot nr. 150.

Benedenverdieping in rusticaIn oorsprong een gevelbehandeling waarbij ruwgehakte, rechthoekige blokken natuursteen uit de loodlijn steken en de gevel op die manier een fors, rustiek (rustica) karakter verleent; later op gevel vormelijk geïmiteerd door middel van uitspringend al dan niet bepleisterde bakstenen blokken of banden (doorlopende schijnvoegen). van hardsteen met witstenen elementen. BepleisterdeMuur of plafond bedekt met een laag mortel op basis van een mengsel van kalk, gips of cement en zand, met of zonder andere fijne toeslagmaterialen. verdiepingen met natuurstenen elementen, thans beschilderd. OpstandenBouwkundige tekening op schaal van een verticaal vlak van een gevel, een binnenmuur,…; in ruime zin het verticaal vlak van een gevel of muur. van twee gelijke traveeënVerticale geleding van een gevel, bepaald door afstand tussen twee opeenvolgende steunpunten (vb. muurdammen, zuilen, ...) en drie bouwlagen onder mansardedakGebroken kap of Frans dak met met steile ondervlakken en licht hellende bovenvlakken.. Korfboog- of rondboogvormigeBoog waarvan de kromming een halve cirkel beschrijft. muuropeningen, op de benedenverdieping tussen neggenAfwisselende opeenvolging van lange en korte zijden van natuurstenen hoekblokken of neggen (geprofileerd) in een bakstenen gevel.. Toegangsdeur op nr.138, inrijpoort op nr.140. De meeste venstersLicht- en/of luchtopening in een muur. op de verdiepingen zijn behandeld als gekoppeldeTwee of meerdere identieke bouwelementen (vensters, zuilen, pilasters) die tot een groter (symmetrisch) geheel zijn samengevoegd. arcadesEén of meerdere bogen, steunend op zuilen of pijlers; kan ook blind zijn. met zuil- of pijlervormige stijlenVerticale zijden van een opening waarop een boog of latei rust.. Op de hoofdtraveeBredere en rijker uitgewerkte travee, meestal van een huis met asymmetrische compositie; vaak in risaliet en onder bekronende topgevel., trapezoïdale erkerRechthoekig of veelhoekig uitbouwsel, als het ware op de gevel geplakt en daardoor deel uitmakend van de achterliggende ruimte; vaak over één of meer verdiepingen gestapeld. op consolesVoornamelijk voluut- of S-vormig kraagstuk, soms ook louter decoratief. of boogvormige bow-windowErker (afk. Engels, van bow: buiging, en window: venster) die door haar gebogen vorm integrerend deel uitmaakt van de gevel en de achterliggende ruimte. op een gewelfdeel, elk bekroond door een terras met stenen borstwering1. Verhoogd gedeelte van een vestingsmuur waarachter men veilig kan lopen; - 2. Muurtje of hekwerk (balkon, terras); - 3. Deel van een muur tussen vloer en onderzijde van een venster; - 4. Verhoging van de buitenmuren van een huis boven de zolderbalken waarop een muurplaat rust.. Twee houten dakkappelen met vleugelstukkenZijstuk, veelal in voluutvorm, van een topgevel, dakkapel of dakvenster. en een boogvormige bekroning, frontonDriehoekige of segmentvormige bekroning van een gevel of muuropening. of kroonlijstStelselmatig uitkragende geprofileerde lijst boven een muur of een ander belangrijk bouwdeel (entablement).. Bewaard schrijnwerkVerzameling van al het (niet-constructief) houten materiaal zoals deuren, vensterkozijnen, erkeronderdelen, kroonlijst, …; bij uitbreiding ook materiaal in aluminium, PVC, ... ; bovenlichtenBovenste gedeelte van een raam- of deurkozijn, gescheiden door een dwarsregel; soms voorzien van glas-in-lood en/of roeden. met roedeverdelingDunne houten of metalen staaf in een kozijn waarin glasruiten worden bevestigd.. Toegangsdeur met getraliede ramenVast of bewegend houten of metalen omlijsting van een ruit binnen een kozijn., inrijpoort met twee ronde ramenVast of bewegend houten of metalen omlijsting van een ruit binnen een kozijn..
Vierkante centrale trappenhuizenGedeelte van een gebouw waarin de trappen zijn ondergebracht. onder daklicht.

Op nr.138, op de rechtertravee van de eerste verdieping, gekoppeldeTwee of meerdere identieke bouwelementen (vensters, zuilen, pilasters) die tot een groter (symmetrisch) geheel zijn samengevoegd. venstersLicht- en/of luchtopening in een muur. gevat in eenzelfde arcadeEén of meerdere bogen, steunend op zuilen of pijlers; kan ook blind zijn.. Stenen borstwering1. Verhoogd gedeelte van een vestingsmuur waarachter men veilig kan lopen; - 2. Muurtje of hekwerk (balkon, terras); - 3. Deel van een muur tussen vloer en onderzijde van een venster; - 4. Verhoging van de buitenmuren van een huis boven de zolderbalken waarop een muurplaat rust. met postamenten1. Rechthoekig voetstuk van een standbeeld; - 2. Balkvormige stenen bekroning; - 3. Stenen zijstukken van een balkonborstwering. en smeedijzerenTaai, ‘kneedbaar’ ijzer dat ambachtelijk wordt ‘gesmeed’ (gehamerd bij hoge temperatuur) tot decoratieve bouwonderdelen als tuinhekken, borstweringen… traliewerk.

Op nr.140, op de rechtertravee van de eerste verdieping, loggiaOverdekte, halfopen ruimte; schaduwrijke inham in de gevel van een gebouw. met drielichtGroep van drie smalle vensters binnen dezelfde omlijsting, onderling gescheiden door deelzuiltjes of stijlen/monelen; centraal venster soms hoger dan beide andere.. Borstwering1. Verhoogd gedeelte van een vestingsmuur waarachter men veilig kan lopen; - 2. Muurtje of hekwerk (balkon, terras); - 3. Deel van een muur tussen vloer en onderzijde van een venster; - 4. Verhoging van de buitenmuren van een huis boven de zolderbalken waarop een muurplaat rust. van de bow-windowErker (afk. Engels, van bow: buiging, en window: venster) die door haar gebogen vorm integrerend deel uitmaakt van de gevel en de achterliggende ruimte., stenen borstwering1. Verhoogd gedeelte van een vestingsmuur waarachter men veilig kan lopen; - 2. Muurtje of hekwerk (balkon, terras); - 3. Deel van een muur tussen vloer en onderzijde van een venster; - 4. Verhoging van de buitenmuren van een huis boven de zolderbalken waarop een muurplaat rust. en borstwering1. Verhoogd gedeelte van een vestingsmuur waarachter men veilig kan lopen; - 2. Muurtje of hekwerk (balkon, terras); - 3. Deel van een muur tussen vloer en onderzijde van een venster; - 4. Verhoging van de buitenmuren van een huis boven de zolderbalken waarop een muurplaat rust. van de loggiaOverdekte, halfopen ruimte; schaduwrijke inham in de gevel van een gebouw. versierd met verdiepte of opengewerkteOpengewerkt, voorzien van een stelsel van kleine, decoratieve openingen. ovalen. Traliewerk van het vensterLicht- en/of luchtopening in een muur. op de benedenverdieping vervangen.

Hek van de voortuintjes bewaard.

Bronnen

Archieven
SAB/IP II 684 (1903-1915).
SAB/OW Laken 2635 (1911).