Typologie(ën)

woning

Ontwerper(s)

René CAUWEarchitect1911

Stijlen

Neo-Vlaamse renaissance

Inventaris(sen)

  • Actualisatie van de Urgentie-Inventaris (Sint-Lukasarchief - 1993-1994)
  • Actualisatie van het inventarisatieproject van het Bouwkundig Erfgoed (DMS-DML - 1995-1998)
  • Permanente actualisatie van de inventaris van het Bouwkundig Erfgoed (DPC-DCE)
  • Urgentie-inventaris van het bouwkundig erfgoed van de Brusselse agglomeratie (Sint-Lukasarchief 1979)

Dit (deze) goed(eren) bezit(ten) de volgende waarde(n)

  • Artistiek
  • Esthetisch
  • Historisch
  • Stedenbouwkundig

Onderzoek en redactie

2016-2017

id

Urban : 36146
lees meer

Beschrijving

Imposante woning in neo-Vlaamse renaissancestijl, n.o.v. architect René Cauwe, gedateerd “ANNO / 1911” op de verdieping en vanaf 1912 bewoond door een vertegenwoordiger van een brouwerij.

Het huis werd bekroond in de gevelwedstrijd die de gemeente Laken voor de jaren 1911-1912 organiseerde.

Deze woning maakt deel uit van een bijzonder homogene huizenrij met voortuintjes, van nr.86 tot nr.150.

Aan de laan, twee tegen elkaar aangebouwde volumes. Links, lang smal volume loodrecht op de straat, met twee bouwlagen onder trapgevelGevel met een driehoekige bekroning die trapsgewijs versmalt.. Rechts, hoofdvolume van twee bouwlagen en twee traveeënVerticale geleding van een gevel, bepaald door afstand tussen twee opeenvolgende steunpunten (vb. muurdammen, zuilen, ...) onder een L-vormig zadeldakDak met twee hellende dakvlakken. met twee trapgevels, waarvan de tweede de tweede traveeVerticale geleding van een gevel, bepaald door afstand tussen twee opeenvolgende steunpunten (vb. muurdammen, zuilen, ...) bekroont. Achteraan, achter wat oorspronkelijk een binnenplaats moest zijn, thans overdekt, derde volume, L-vormig, ook met twee bouwlagen onder zadeldakDak met twee hellende dakvlakken. en met twee topgevelsHoogste deel van een gevel, vaak driehoekig en/of getrapt.. In de hoek van de L, klein volume van één bouwlaag.

Bakstenen gevels versierd met witsteen en hardsteen. Trapgevels.

Toegang op de traveeVerticale geleding van een gevel, bepaald door afstand tussen twee opeenvolgende steunpunten (vb. muurdammen, zuilen, ...) van het linkervolume. Tweede traveeVerticale geleding van een gevel, bepaald door afstand tussen twee opeenvolgende steunpunten (vb. muurdammen, zuilen, ...) van het rechtervolume in risalietRisaliet (Italiaans, van risalto: uitstekend deel), vooruitspringend volume van een gevel dat over de hele hoogte doorloopt en soms hoger is; naar gelang de positie worden er midden-, zij- en hoekrisalieten onderscheiden. en opengewerkt met gekoppeldeTwee of meerdere identieke bouwelementen (vensters, zuilen, pilasters) die tot een groter (symmetrisch) geheel zijn samengevoegd. venstersLicht- en/of luchtopening in een muur.. Rondboogdeur onder archivolt en een kleine aediculaVersieringsmotief, ontleend aan de klassieke bouwkunst, vormt samenstel van pijlers en een klassieke bekroning. met lantaarn, met vleugelstukken, pilastersPlatte, weinig uitspringende muurpijler, vaak met basis en kapiteel. en een lichtkoepel. VenstersLicht- en/of luchtopening in een muur. met een of twee monelenStenen vensterstijl. en/of tussendorpelStenen dorpel die een deur of venster horizontaal in tweeën deelt. op kussenblokken. TimpanenMonumentaal driehoekig of segmentvormig boogveld, meestal besloten in een fronton; vaak rijkelijk versierd. versierd met bas-reliëfs met cartouchesOmlijsting van een uitspringend vlak in de vorm van ingesneden en omkrullend papier of leer; vaak met opschrift of intern versierd., schelpen, mascarons, enz. Ankers. Rechts in de onderbouwHoge sokkel, reikend tot ongeveer het midden van de toegang; meestal in hardsteen., garagepoort uit 1947. Kleine houten dakkapelUit het dakvlak opgaand venster; meestal in hout en vaak onder spitse kap. onder geveltop met dakstoelMeestal driehoekig samenstel van dragende onderdelen van een kap, in één vlak, haaks op het dakvlak en veelal opgebouwd uit één of meerdere elementen op elkaar (kapgebinten).. Bewaarde deur, met ramen met balusters, waaiervormig in het bovenlichtBovenste gedeelte van een raam- of deurkozijn, gescheiden door een dwarsregel; soms voorzien van glas-in-lood en/of roeden., versierd met geel glas tussen loodstrips. RaamwerkVast of bewegend houten of metalen omlijsting van een ruit binnen een kozijn. van de bovenste bouwlagen vervangen.

Hek van het voortuintje vervangen.


Bronnen

Archieven
SAB/IP II 684 (1903-1915).
SAB/OW 57528 (1947).

Tijdschriften
Almanach du Commerce et de l’Industrie, “Richard Neybergh (rue)”, 1911, 1912.