Typologie(ën)

burgerwoning

Ontwerper(s)

Pierre NETELSarchitect1924

Juridisch statuut

Ingeschreven in de wettelijke inventaris op 19 augustus 2024

Stijlen

Beaux-Artsstijl

Dit (deze) goed(eren) bezit(ten) de volgende waarde(n)

Onderzoek en redactie

2016-2017

id

Urban : 37807
lees meer

Beschrijving

Burgerhuis in Beaux-ArtsstijlArchitectuurstroming (ca. 1905-1930) met reminiscenties aan de grote Franse architectuurstijlen uit de 18e eeuw. Rijk en zorgvuldig gedecoreerde gevels in natuursteen en/of simili of in combinatie met baksteen. Borstweringen en poorten in fraai uitgewerkt smeedwerk. met asymmetrische compositieTypische gevelopstand bestaande uit twee ongelijke traveeën; in Brussel komt dit geveltype vaak voor met drie bouwlagen volgens verkleinende ordonnantie; de hoofdtravee is meestal breder, rijker uitgewerkt en wordt verder benadrukt door licht vooruit te springen en/of door één of meer balkons; de kelders zijn meestal hoog, wat zich vertaalt in een hoge onderbouw; het grondplan bestaat over het algemeen uit een aaneenschakeling van kamers., n.o.v. architect Pierre Netels, 1924.

Dit huis maakt deel uit van een bijzonder homogene huizenrij met voortuintjes, van nr.86 tot nr. 150.

Gevel in baksteen en similiBepleistering ter imitatie van natuursteen.. OnderbouwHoge sokkel, reikend tot ongeveer het midden van de toegang; meestal in hardsteen. in zandsteen. De meeste muuropeningen onder gedrukte boogBoog waarvan de kromming lager is dan de overeenkomstige rondboog., sommige met tussendorpelStenen dorpel die een deur of venster horizontaal in tweeën deelt.. Decor van neggenAfwisselende opeenvolging van lange en korte zijden van natuurstenen hoekblokken of neggen (geprofileerd) in een bakstenen gevel. en guirlandesGehouwen of gesneden slinger van bloemen, bladen of vruchten. Als festoen, vaak met linten en opgehangen aan strikken met neerhangende uiteinden. . Achter een trappenpartij, deur met sleutelSluitsteen van een opening; weerhoudt de gewelfstenen in een boog of gewelf. met mascaronGehouwen versiering onder de vorm van een (fantastisch) mensen- of dierenmasker.. OnderbouwHoge sokkel, reikend tot ongeveer het midden van de toegang; meestal in hardsteen. opengewerktOpengewerkt, voorzien van een stelsel van kleine, decoratieve openingen. met de dienstdeur en een garagepoort. Gewelfde gestapelde erkerRechthoekig of veelhoekig uitbouwsel, als het ware op de gevel geplakt en daardoor deel uitmakend van de achterliggende ruimte; vaak over één of meer verdiepingen gestapeld. bekroond door een terras met smeedijzerenTaai, ‘kneedbaar’ ijzer dat ambachtelijk wordt ‘gesmeed’ (gehamerd bij hoge temperatuur) tot decoratieve bouwonderdelen als tuinhekken, borstweringen… borstwering1. Verhoogd gedeelte van een vestingsmuur waarachter men veilig kan lopen; - 2. Muurtje of hekwerk (balkon, terras); - 3. Deel van een muur tussen vloer en onderzijde van een venster; - 4. Verhoging van de buitenmuren van een huis boven de zolderbalken waarop een muurplaat rust.. Bekronende kooflijst. Toegangsdeur onder impostvensterVenster boven een deur en ervan gescheiden door een stenen dorpel, een entablement of een muurvlak. met glas-in-loodraam, de dienstdeur en de garagepoort, alsook het raamwerkVast of bewegend houten of metalen omlijsting van een ruit binnen een kozijn. van de eerste twee bouwlagen, bewaard.

OnderbouwHoge sokkel, reikend tot ongeveer het midden van de toegang; meestal in hardsteen. van de afsluiting van de achteruitbouwstrook bewaard.

Bronnen

Archieven
SAB/OW 54328 (1924).