Voormalige persoonlijke woning met atelier van decoratieschilder Gustave Losange-Salu
Richard Neyberghlaan 160
Typologie(ën)
woning met kunstenaarsatelier
Ontwerper(s)
Eugène LEMAN – architect – 1909
Juridisch statuut
Ingeschreven in de wettelijke inventaris op 19 augustus 2024
Stijlen
Eclectisme
Art nouveau
Inventaris(sen)
- Urgentie-inventaris van het bouwkundig erfgoed van de Brusselse agglomeratie (Sint-Lukasarchief 1979)
- Actualisatie van de Urgentie-Inventaris (Sint-Lukasarchief - 1993-1994)
- Actualisatie van het inventarisatieproject van het Bouwkundig Erfgoed (DMS-DML - 1995-1998)
- Permanente actualisatie van de inventaris van het Bouwkundig Erfgoed (DPC-DCE)
Dit (deze) goed(eren) bezit(ten) de volgende waarde(n)
- Artistiek Het ontwerp van een onroerend goed (gebouw) door een gerenommeerde kunstenaar (architect) kan maar zeer zelden als criterium worden beschouwd. Om het belang van de selectie van dit onroerend goed te beoordelen, en de plaats dat het inneemt in het oeuvre van een kunstenaar (architect), is dit een criterium dat moet worden afgewogen met de architectonische kwaliteit (compositie en interne structuur), de uitvoering (materialen, technische beheersing), de plaats in de architectuurgeschiedenis dewelke een getuigenis zijn van een fase of aspect van landschapsarchitectuur of de bouwkunst in het verleden. Zodoende gelden koppelingen naar volgende criteria: zeldzaamheid (typologie, stijl, materiaalgebruik, bronnen), representativiteit (idem) en integriteit (idem + kwaliteit van uitvoering).
- Esthetisch Het onroerend goed heeft een esthetische waarde als het de waarnemer zintuigelijk prikkelt op een positieve manier (‘ervaring van schoonheid). Historisch gezien werd deze waarde aangewend om waardevolle natuurlijke of semi-natuurlijke gebieden aan te duiden, maar het kan ook gelden voor grote gehelen van gebouwen in een stedelijk gebied, met of zonder natuurlijke elementen, of monumenten die het stadslandschap markeren. Automatisch dringt een afweging met andere waarden zich op, de artistieke in de eerste plaats, maar ook de landschappelijke (integratie van het werk in het stedelijk landschap, oriëntatiepunten in de stad) en stedenbouwkundige waarde (spontane of rationele stedelijke gehelen), en dienen koppelingen naar selectiecriteria worden gemaakt: representativiteit, ensemblewaarde en contextuele waarde. Criteria die met andere (met name artistieke) criteria moeten worden gecombineerd.
- Historisch Het onroerend goed heeft een historische waarde als het getuigt van een bijzondere periode in de geschiedenis van de streek of de gemeente, of als bijzonder belangrijke ouderdom en zeldzame ontwikkeling voor een periode (bv. tuinstad die representatief is voor een bouwwijze die werd toegepast in het kader van de grote bouwcampagnes na de Tweede Wereldoorlog; dorpskernen die de eerste gegroepeerde bouwwerken van de gemeenten van de tweede ring illustreren; Hallepoort als overblijfsel van de tweede omwalling; enz.), of als getuigenis van een bepaalde stedelijke (en/of landschappelijke) ontwikkeling van de stad (bv. gebouwen aan de centrale boulevards of in de Leopoldswijk), of wanneer het een band vertoont met een belangrijke historische figuur - met inbegrip van persoonlijke huizen van architecten en kunstenaarsateliers (b.v. het geboortehuis van Constantin Meunier, het huis van Magritte), of in verband kan worden gebracht met een belangrijke historische gebeurtenis (b.v. huizen van de wederopbouw na het bombardement van 1695, Congreskolom), of een typologische representativiteit vertoont die kenmerkend is voor een commerciële of culturele beroepsactiviteit (bv. kerken, bioscopen, industriële architectuur, apotheken).
- Stedenbouwkundig Sommige bouwkundige goederen spelen, meer dan andere bouwkundige goederen, een prominente rol in de planmatige inrichting van de bebouwde ruimte in het verleden. Meestal determineren zijn andere stedenbouwkundige (plan)vormen zodat er zich een wisselwerking voortdoet tussen bebouwde en niet-bebouwde (of open) ruimte. Die inrichting omvat ook de samenhang tussen verschillende schaalniveaus. Een onroerend goed heeft stedenbouwkundige waarde wanneer het hierin een rol speelt, bijvoorbeeld hoekgebouwen, coherente pleinen of (straatwanden), deskundig ingeplante torens (hoogbouw) en hun relatie tot hun onmiddellijke kwaliteitsvolle omgeving die coherent kan zijn, maar ook contrastrijk, maar ook relicten van stedenbouwkundige concepten en hoe deze architecturaal (en typologisch) zijn of werden ingevuld, zoals bijvoorbeeld de nog bewaarde eclectische stadspaleizen en/of herenhuizen in de Leopoldswijk.
Onderzoek en redactie
2016-2017
id
Urban : 36170
Beschrijving
Voormalige persoonlijke
woning met atelier van decoratieschilder Gustave Losange-Salu, in eclectische
stijl met invloed van de art nouveauInternationale beweging (1893 - ca. 1914) als reactie op de ‘neo’-stijlen, maar met sterk lokale verschillen. In België kent de stijl twee stromingen, namelijk de florale art nouveau met Victor Horta als boegbeeld en anderzijds de geometrische art nouveau beïnvloed door Paul Hankar of de Wiener Secession., gesigneerd op de benedenverdieping “Eug(ène).
LEMAN / Archte”, 1909.
Het huis werd bekroond in de gevelwedstrijd die de gemeente Laken in dat jaar organiseerde.
Het maakt deel uit van een bijzonder homogene huizenrij met voortuintjes, van nr.154 tot nr.180.
Gevel in Silezische baksteen met elementen in similiBepleistering ter imitatie van natuursteen. en witsteen, thans beschilderd, alsook met hardsteen. Opstand van drie bouwlagen en één traveeVerticale geleding van een gevel, bepaald door afstand tussen twee opeenvolgende steunpunten (vb. muurdammen, zuilen, ...) op de verdiepingen. Muuropeningen tussen neggen. Inrijpoort naar het achterliggende atelier. Bow-windowErker (afk. Engels, van bow: buiging, en window: venster) die door haar gebogen vorm integrerend deel uitmaakt van de gevel en de achterliggende ruimte. met holronde zijvlakken, op lampetNeerwaartse beëindiging, afhangende versiering als aanzet van een balkon of erker. en bekroond door een terras met smeedijzeren borstwering1. Verhoogd gedeelte van een vestingsmuur waarachter men veilig kan lopen; - 2. Muurtje of hekwerk (balkon, terras); - 3. Deel van een muur tussen vloer en onderzijde van een venster; - 4. Verhoging van de buitenmuren van een huis boven de zolderbalken waarop een muurplaat rust. met art-nouveaumotief. Glasdeur gevat in een rondboogarcade waarvan de zwikkenHoekstuk tussen een boog en de omlijsting waarin de boog gevat is. zijn versierd met een groot sgraffito in bruine, donkerrode en goudbruine tinten, waarschijnlijk naar een ontwerp van Losange. Het stelt twee vrouwen in profiel voor, tegen een achtergrond van kastanjetakken. De ene vrouw houdt een passer vast, onder het opschrift “ARCHITECTURA”, de andere een schilderspalet en penselen, onder het opschrift “PICTURA”. Patronen gevormd door volutenSpiraalvormig ornament; meestal gebruikt als aanzetstuk van topgevels, bij deur- en vensteromlijstingen of als steunbeer. en andere gebogen lijnen in simili. Houten dakkapelUit het dakvlak opgaand venster; meestal in hout en vaak onder spitse kap. met imposante vleugelstukken. KroonlijstStelselmatig uitkragende geprofileerde lijst boven een muur of een ander belangrijk bouwdeel (entablement). vervangen. Bewaarde deur, met roedeverdeling met japoniserend motief. RaamwerkVast of bewegend houten of metalen omlijsting van een ruit binnen een kozijn. met bovenlichtenBovenste gedeelte van een raam- of deurkozijn, gescheiden door een dwarsregel; soms voorzien van glas-in-lood en/of roeden. met roedeverdeling, vervangen naar oorspronkelijk ontwerp.
Hek van de achteruitbouwstrook, met art-nouveaumotief, verdwenen.
Binnen, veelhoekig centraal trappenhuisGedeelte van een gebouw waarin de trappen zijn ondergebracht. onder daklicht. Op de benedenverdieping, kantoor vooraan, ontbijtkamer en keuken achteraan. Op de eerste verdieping, eetkamer vooraan, keuken achteraan. Op de tweede, twee kamers, een kleine keuken en een toiletruimte; private gang tegen het trappenhuisGedeelte van een gebouw waarin de trappen zijn ondergebracht..
De interieurdecoratie vormt een ware staalkaart van de technieken die de schilder-decorateur toepaste: gang met geschilderde imitatie glas-in-loodramen in geometrische art-nouveaustijl, houten lambriseringenWandbetimmering, meestal bestaande uit paneelwerk, aangebracht tegen een binnenmuur (vaak het onderste gedeelte ervan); later ook in marmer, stucwerk, … en deuren geschilderd in imitatiehout, pilastersPlatte, weinig uitspringende muurpijler, vaak met basis en kapiteel. met marmerschildering. Kantoor met lambriseringWandbetimmering, meestal bestaande uit paneelwerk, aangebracht tegen een binnenmuur (vaak het onderste gedeelte ervan); later ook in marmer, stucwerk, … van beschilderd Lincrusta en plafond in beschilderd gips in imitatie-inlegwerk. Lambrisering van de ontbijtkamer in beschilderde keramiektegels in Delftse stijl. Trap oorspronkelijk met sjabloondecoratie. Op de eerste verdieping, eetkamer in Vlaamse renaissancestijl, met een deur met geschilderde glas-in-loodramen, een plafond met caissons bespannen met gemaroufleerde doeken – wild, deviezen in het Nederlands, een trompe-l’oeil hemel – deuren, lambriseringWandbetimmering, meestal bestaande uit paneelwerk, aangebracht tegen een binnenmuur (vaak het onderste gedeelte ervan); later ook in marmer, stucwerk, … en Lincrusta beschilderd in imitatiehout. RaamwerkVast of bewegend houten of metalen omlijsting van een ruit binnen een kozijn. versierd met glas-in-loodramen van F. Demarez, met motieven geïnspireerd op Rembrandt en Rubens. Kamer oorspronkelijk versierd met schilderijen van oude steden. Eetkamer in Lodewijk XVI-stijl, onder een plafond beschilderd met putti.
Achteraan, uitgevend op de spoorweg, bakstenen gebouw onder veelhoekige topgevel, met een magazijn op de benedenverdieping en een atelier op de verdieping.
Het huis werd bekroond in de gevelwedstrijd die de gemeente Laken in dat jaar organiseerde.
Het maakt deel uit van een bijzonder homogene huizenrij met voortuintjes, van nr.154 tot nr.180.
Gevel in Silezische baksteen met elementen in similiBepleistering ter imitatie van natuursteen. en witsteen, thans beschilderd, alsook met hardsteen. Opstand van drie bouwlagen en één traveeVerticale geleding van een gevel, bepaald door afstand tussen twee opeenvolgende steunpunten (vb. muurdammen, zuilen, ...) op de verdiepingen. Muuropeningen tussen neggen. Inrijpoort naar het achterliggende atelier. Bow-windowErker (afk. Engels, van bow: buiging, en window: venster) die door haar gebogen vorm integrerend deel uitmaakt van de gevel en de achterliggende ruimte. met holronde zijvlakken, op lampetNeerwaartse beëindiging, afhangende versiering als aanzet van een balkon of erker. en bekroond door een terras met smeedijzeren borstwering1. Verhoogd gedeelte van een vestingsmuur waarachter men veilig kan lopen; - 2. Muurtje of hekwerk (balkon, terras); - 3. Deel van een muur tussen vloer en onderzijde van een venster; - 4. Verhoging van de buitenmuren van een huis boven de zolderbalken waarop een muurplaat rust. met art-nouveaumotief. Glasdeur gevat in een rondboogarcade waarvan de zwikkenHoekstuk tussen een boog en de omlijsting waarin de boog gevat is. zijn versierd met een groot sgraffito in bruine, donkerrode en goudbruine tinten, waarschijnlijk naar een ontwerp van Losange. Het stelt twee vrouwen in profiel voor, tegen een achtergrond van kastanjetakken. De ene vrouw houdt een passer vast, onder het opschrift “ARCHITECTURA”, de andere een schilderspalet en penselen, onder het opschrift “PICTURA”. Patronen gevormd door volutenSpiraalvormig ornament; meestal gebruikt als aanzetstuk van topgevels, bij deur- en vensteromlijstingen of als steunbeer. en andere gebogen lijnen in simili. Houten dakkapelUit het dakvlak opgaand venster; meestal in hout en vaak onder spitse kap. met imposante vleugelstukken. KroonlijstStelselmatig uitkragende geprofileerde lijst boven een muur of een ander belangrijk bouwdeel (entablement). vervangen. Bewaarde deur, met roedeverdeling met japoniserend motief. RaamwerkVast of bewegend houten of metalen omlijsting van een ruit binnen een kozijn. met bovenlichtenBovenste gedeelte van een raam- of deurkozijn, gescheiden door een dwarsregel; soms voorzien van glas-in-lood en/of roeden. met roedeverdeling, vervangen naar oorspronkelijk ontwerp.
Hek van de achteruitbouwstrook, met art-nouveaumotief, verdwenen.
Binnen, veelhoekig centraal trappenhuisGedeelte van een gebouw waarin de trappen zijn ondergebracht. onder daklicht. Op de benedenverdieping, kantoor vooraan, ontbijtkamer en keuken achteraan. Op de eerste verdieping, eetkamer vooraan, keuken achteraan. Op de tweede, twee kamers, een kleine keuken en een toiletruimte; private gang tegen het trappenhuisGedeelte van een gebouw waarin de trappen zijn ondergebracht..
De interieurdecoratie vormt een ware staalkaart van de technieken die de schilder-decorateur toepaste: gang met geschilderde imitatie glas-in-loodramen in geometrische art-nouveaustijl, houten lambriseringenWandbetimmering, meestal bestaande uit paneelwerk, aangebracht tegen een binnenmuur (vaak het onderste gedeelte ervan); later ook in marmer, stucwerk, … en deuren geschilderd in imitatiehout, pilastersPlatte, weinig uitspringende muurpijler, vaak met basis en kapiteel. met marmerschildering. Kantoor met lambriseringWandbetimmering, meestal bestaande uit paneelwerk, aangebracht tegen een binnenmuur (vaak het onderste gedeelte ervan); later ook in marmer, stucwerk, … van beschilderd Lincrusta en plafond in beschilderd gips in imitatie-inlegwerk. Lambrisering van de ontbijtkamer in beschilderde keramiektegels in Delftse stijl. Trap oorspronkelijk met sjabloondecoratie. Op de eerste verdieping, eetkamer in Vlaamse renaissancestijl, met een deur met geschilderde glas-in-loodramen, een plafond met caissons bespannen met gemaroufleerde doeken – wild, deviezen in het Nederlands, een trompe-l’oeil hemel – deuren, lambriseringWandbetimmering, meestal bestaande uit paneelwerk, aangebracht tegen een binnenmuur (vaak het onderste gedeelte ervan); later ook in marmer, stucwerk, … en Lincrusta beschilderd in imitatiehout. RaamwerkVast of bewegend houten of metalen omlijsting van een ruit binnen een kozijn. versierd met glas-in-loodramen van F. Demarez, met motieven geïnspireerd op Rembrandt en Rubens. Kamer oorspronkelijk versierd met schilderijen van oude steden. Eetkamer in Lodewijk XVI-stijl, onder een plafond beschilderd met putti.
Achteraan, uitgevend op de spoorweg, bakstenen gebouw onder veelhoekige topgevel, met een magazijn op de benedenverdieping en een atelier op de verdieping.
Bronnen
Archieven
SAB/IP II 684 (1903-1915).
SAB/OW Laken 1738 (1909), Laken 6128 (1909).
Tijdschriften
DE PANGE, I., “Maison-atelier du peintre-décorateur Gustave Losange-Salu”, Les Nouvelles du Patrimoine, nr.125, september-oktober-november 2009, pp. 25-26.