Typologie(ën)

sociale woonblok
dokterscabinet - polykliniek

Ontwerper(s)

Paul BONDUELLEarchitect1920-1921

Jean-Baptiste DEWINarchitect1920-1921

Joseph VAN NECKarchitect1920-1921

Adolphe PUISSANTarchitect1920-1921

Paul ROBBERECHTS architect1920-1921

Maurice SELLYarchitect1920-1921

Joseph DIONGREarchitect1920-1921

Juridisch statuut

Beschermd sinds 16 maart 1995

Stijlen

Eclectisme
Art deco

Inventaris(sen)

Dit (deze) goed(eren) bezit(ten) de volgende waarde(n)

Onderzoek en redactie

2016

id

Urban : 35921
lees meer

Beschrijving

Geheel van negentien gebouwen met sociale woningen met invloed van de eclectischeVeel voorkomende stijl (ca. 1850-1914) die inspiratie put uit verschillende architectuurstijlen uit het verleden. Komt door de combinatie van enerzijds verschillende stijlelementen en anderzijds nieuwe technieken en materialen tot een unieke eigentijdse creatie. stijl en de art decoTendens tot de geometrisering van vormen en architecturale ornamenten die zich uitdrukt in het materiaal- en kleurgebruik., in 1920-1921 i.o.v. de Lakense Haard ontworpen door de architecten Paul Bonduelle, Joseph Diongre, Jean-Baptiste Dewin, Joseph Van Neck, Adolphe Puissant, evenals door Paul Robberechts en Maurice Selly.

Het complex neemt twee van de vier zijden van het bouwblok in en vult een geheel aan van vier “dubbele arbeidershuizen” op een derde zijde, aan de Mabillestraat, dat in 1911 werd ingehuldigd door het Bureau de Bienfaisance [Armenzorg] en vanaf 1920 door de Lakense Haard werd beheerd. In 1989 voorzag een ontwerp van het Atelier M. Vanden Bossche in de wederopbouw van de drie huizenrijen. Uiteindelijk werd alleen het geheel aan de Mabillestraat door nieuwe sociale woongebouwen vervangen. Op 16.03.1995 werd het bewaarde complex als monument beschermd, en begin jaren 2000 werd het gerenoveerd (Ateliers d’Architecture, 1999), waarbij de achtergevels en het interieur ingrijpend werden gewijzigd.

Binnen het bouwblok ontwierp architect Joseph Diongre in 1919 voor de Stad Brussel een kleuterschool, met toegangsgebouwen op nr.19 Fineaustraat en 118 Fransmanstraat. Dezelfde architect hernam dit plan in 1924, maar het werd nooit uitgevoerd. Op nr.19 Fineaustraat werd in 1928 een paviljoen ontworpen voor het “Oeuvre de la Goutte de Lait”, dat na 1996 werd gesloopt en vervangen door een appartementsgebouw dat rond 2010 werd gebouwd. Binnen het bouwblok werd in 1968 een gezondheidscentrum van één bouwlaag gevestigd (n.o.v. architecten Caberghs, De Meutter, Koning, Loix, Dekeuleneer en Favichevitch), toegankelijk via een conciërgewoning op nr.118 Fransmanstraat. Het geheel huisvestte tot voor kort een Nederlandstalige academie.

Merken we op dat de Lakense Haard in 2004 op het trottoir van nr.75 tot 87 van de Delvastraat het Straatlantaarnmuseum heeft ingehuldigd, een idee ontsproten aan de verbeelding van de Nathalie Mertens en Christophe Terlinden. Het gaat om zestien straatlantaarns uit verschillende periodes en in verschillende stijlenVerticale zijden van een opening waarop een boog of latei rust., op gas of op elektriciteit, die de geschiedenis van de openbare verlichting schetsen.

De meeste gebouwen hebben vier bouwlagen aan de Delvastraat en drie aan de Fineaustraat, onder een zadeldakDak met twee hellende dakvlakken. met een lichte helling.

Op nr.75 Delvastraat – 27 Fineaustraat, hoekgebouw met commerciële benedenverdieping, ontworpen door architect Joseph Diongre. De eerste twee bouwlagen zijn beraaptMet mortel ruw - niet gladgestreken - bepleisteren. en versierd met hardstenen elementen; bakstenen verdiepingen met witstenen elementen en hardsteen, het geheel versierd met lateienBalkvormig element van hout, steen, beton of metaal dat een muuropening overspant en bovenliggend metselwerk steunt. van gewassen kiezelbeton. Bijna symmetrische gevel aan weerszijden van een hoektraveeTravee op de hoek (meestal 45°) van een gebouw..
Op de hoek, drie etalages, de centrale met de toegangsdeur, met stijlenVerticale zijden van een opening waarop een boog of latei rust. in de vorm van gecanneleerdeParallelle, gootvormige decoratieve groeven op een zuil of pilaster. zuilenCilindervormig steunpunt; vaak voorzien van basis en kapiteel. De kleine en/of dunne variant ervan wordt colonnet genoemd. met kapiteelKopstuk van een zuil, pijler of pilaster; algemeen om de gedragen last op een smaller draagvlak over te brengen. met volute(n) onder doorlopende  lateiBalkvormig element van hout, steen, beton of metaal dat een muuropening overspant en bovenliggend metselwerk steunt.. Op de verdiepingen, trapezoïdale Franse balkonsBorstwering tussen de dagkanten van een naar binnen openslaand venster dat tot de vloer doorloopt. met opengewerkteOpengewerkt, voorzien van een stelsel van kleine, decoratieve openingen. bakstenen borstwering1. Verhoogd gedeelte van een vestingsmuur waarachter men veilig kan lopen; - 2. Muurtje of hekwerk (balkon, terras); - 3. Deel van een muur tussen vloer en onderzijde van een venster; - 4. Verhoging van de buitenmuren van een huis boven de zolderbalken waarop een muurplaat rust. op de hoektraveeTravee op de hoek (meestal 45°) van een gebouw., smalle gekoppeldeTwee of meerdere identieke bouwelementen (vensters, zuilen, pilasters) die tot een groter (symmetrisch) geheel zijn samengevoegd. venstersLicht- en/of luchtopening in een muur. op de zijtraveeën, elke traveeVerticale geleding van een gevel, bepaald door afstand tussen twee opeenvolgende steunpunten (vb. muurdammen, zuilen, ...) afgeboord door een kolossaleZuilen of pilasters die over de volle hoogte of over meer dan één verdieping opgaan, onafhankelijk van de door vensters en bouwlagen gegeven maten. pilasterPlatte, weinig uitspringende muurpijler, vaak met basis en kapiteel..
Aan elke verkeersas, centrale verspringende toegangstraveeTravee waarin de toegang is ondergebracht.. Deur gevat in een rondboogarcade met ronde stijlenVerticale zijden van een opening waarop een boog of latei rust.; spiegel1. Dunne (houten) plaat, gevat in een omlijsting van stijlen en regels van deuren, lambriseringen en plafonds; - 2. Gevelversiering in de vorm van een in- (spiegel) of uitspringende (paneel) rechthoekige omlijsting. met de initialen “F” en “L” en aanzetstenenGeprofileerd of versierd blok (natuur)steen waarop een boog of een strek steunt. met volute. Timpaan met het jaartal “.1920.”. Op de verdiepingen, gekoppeldeTwee of meerdere identieke bouwelementen (vensters, zuilen, pilasters) die tot een groter (symmetrisch) geheel zijn samengevoegd. venstersLicht- en/of luchtopening in een muur. tussen panelen1. Dunne (houten) plaat, gevat in een omlijsting van stijlen en regels van deuren, lambriseringen en plafonds; - 2. Gevelversiering in de vorm van een in- (spiegel) of uitspringende (paneel) rechthoekige omlijsting. van bakstenen zaagtandfriezen. Op de eerste traveeVerticale geleding van een gevel, bepaald door afstand tussen twee opeenvolgende steunpunten (vb. muurdammen, zuilen, ...) aan de Delvastraat en op de buitentraveeën aan de Fineaustraat, Franse balkonsBorstwering tussen de dagkanten van een naar binnen openslaand venster dat tot de vloer doorloopt. die identiek zijn aan die op de hoek.
Keldervensters met metalen plaat opengewerktOpengewerkt, voorzien van een stelsel van kleine, decoratieve openingen. met schijvenEen wiel waarvan de velg een of meer kabels draagt om beweging over te brengen. De aan de lieras bevestigde tractieschijf (of grijpschijf) brengt de kracht van de motor over op de tractiekabels van de liftkooi en het tegengewicht. Het afleidwiel wordt gebruikt om de kabels in lijn met de liftschacht en/of het tegengewicht af te buigen. De keerschijven boven de schacht ondersteunen de tractiekabels wanneer de machinerie beneden is geplaatst.. Hoofdgestel met geometrisch decor van bakstenen zaagtandfriezen en witstenen friesHorizontale band om een muurvlak in te delen of aan de bovenzijde te begrenzen; al dan niet beschilderd of versierd (terracotta, sgrafitto, cementtegels…). met canneluresParallelle, gootvormige decoratieve groeven op een zuil of pilaster.. Kroonlijst met kraagstenen et deuren bewaard. Raamwerk vervangen.
In elke bouwlaag, een appartement aan de Delvastraat, een appartement op de hoek en twee symmetrische appartementen aan de Fineaustraat. Meestal twee kamers vooraan, een derde kamer en een gemeenschappelijke ruimte achteraan die uitgeeft op een terras en een berghok.

Op nr.77 Delvastraat, gebouw ontworpen door de architecten Paul Robberechts en Maurice Selly. Bakstenen gevel versierd met similiBepleistering ter imitatie van natuursteen. en hardsteen. Symmetrische opstandBouwkundige tekening op schaal van een verticaal vlak van een gevel, een binnenmuur,…; in ruime zin het verticaal vlak van een gevel of muur. van drie traveeënVerticale geleding van een gevel, bepaald door afstand tussen twee opeenvolgende steunpunten (vb. muurdammen, zuilen, ...) geflankeerd door kolossaleZuilen of pilasters die over de volle hoogte of over meer dan één verdieping opgaan, onafhankelijk van de door vensters en bouwlagen gegeven maten. pilastersPlatte, weinig uitspringende muurpijler, vaak met basis en kapiteel. met veelhoekig topstuk, de centrale toegangstraveeTravee waarin de toegang is ondergebracht. verspringend en in risalietRisaliet (Italiaans, van risalto: uitstekend deel), vooruitspringend volume van een gevel dat over de hele hoogte doorloopt en soms hoger is; naar gelang de positie worden er midden-, zij- en hoekrisalieten onderscheiden.. Gekoppelde venstersLicht- en/of luchtopening in een muur. op de zijtraveeën. Achter een trappenpartij, steekboogdeur en sterk geprofileerde omlijsting. Vensters onder I-balkIJzeren latei met I-profiel.. Hoofdgestel met geprofileerd decor van bakstenen. Schrijnwerk vernieuwd naar oorspronkelijk ontwerp; raamwerkVast of bewegend houten of metalen omlijsting van een ruit binnen een kozijn. met roedeverdelingDunne houten of metalen staaf in een kozijn waarin glasruiten worden bevestigd., op de zijtraveeën ruitvormig.
Twee appartementen per bouwlaag. Kamer vooraan, “familieruimte” in het midden, uitgevend op een terras, en twee achter elkaar liggende kamers.

Op nr.79 en 81 Delvastraat, twee identieke gebouwen ontworpen door architect Jean-Baptiste Dewin, lichtjes inspringend t.o.v. de rooilijn. Gevels in oranjekleurige baksteen versierd met bepleisterdeMuur of plafond bedekt met een laag mortel op basis van een mengsel van kalk, gips of cement en zand, met of zonder andere fijne toeslagmaterialen. zones, witsteen en hardsteen. Symmetrische opstandenBouwkundige tekening op schaal van een verticaal vlak van een gevel, een binnenmuur,…; in ruime zin het verticaal vlak van een gevel of muur. van drie traveeënVerticale geleding van een gevel, bepaald door afstand tussen twee opeenvolgende steunpunten (vb. muurdammen, zuilen, ...), de centrale als toegangstraveeTravee waarin de toegang is ondergebracht., geflankeerd door kolossaleZuilen of pilasters die over de volle hoogte of over meer dan één verdieping opgaan, onafhankelijk van de door vensters en bouwlagen gegeven maten. pilastersPlatte, weinig uitspringende muurpijler, vaak met basis en kapiteel., de centrale versierd met panelen1. Dunne (houten) plaat, gevat in een omlijsting van stijlen en regels van deuren, lambriseringen en plafonds; - 2. Gevelversiering in de vorm van een in- (spiegel) of uitspringende (paneel) rechthoekige omlijsting. van tegels gekleurd glas met geometrisch decor. Uitspringende inkomportieken met zware pijlers1. Muurstut zonder entasis (kromming), mogelijk met basis en kapiteel; - 2. Massief gemetseld of betonnen steunelement met gewoonlijk rechthoekige doorsnede (vb. bruggepijler,…) onder een stenen kroonlijstStelselmatig uitkragende geprofileerde lijst boven een muur of een ander belangrijk bouwdeel (entablement). en een geveltop met een vensterLicht- en/of luchtopening in een muur. en een rondbogige bekroning. Gekoppelde venstersLicht- en/of luchtopening in een muur. op de zijtraveeën. Vierledige keldervensters voorzien van opengewerkteOpengewerkt, voorzien van een stelsel van kleine, decoratieve openingen. metalen platen met bijenmotief. Oorspronkelijke doorlopende  kroonlijstStelselmatig uitkragende geprofileerde lijst boven een muur of een ander belangrijk bouwdeel (entablement). en deuren. Raamwerk vervangen, het oorspronkelijke in metaal, met vleugels met verscheidene verdelingen.
Twee appartementen per bouwlaag. Op de benedenverdieping, kamer vooraan, keuken-gemeenschappelijke ruimte in het midden die toegang geeft tot een terras met toilet en tot een kinderkamer achteraan. Zelfde indeling op de verdiepingen, met een extra kamer voor de appartementen aan de rechterkant.

Op nr.83 Delvastraat, gebouw ontworpen door architect Joseph Diongre, analoog aan dat op de hoek met de Fineaustraat. De eerste twee bouwlagen zijn beraaptMet mortel ruw - niet gladgestreken - bepleisteren. en versierd met hardstenen elementen; de hogere verdiepingen zijn in baksteen, met witstenen elementen en hardsteen, en het geheel is versierd met lateienBalkvormig element van hout, steen, beton of metaal dat een muuropening overspant en bovenliggend metselwerk steunt. in gewassen kiezelbeton. Symmetrische opstandBouwkundige tekening op schaal van een verticaal vlak van een gevel, een binnenmuur,…; in ruime zin het verticaal vlak van een gevel of muur. van vier traveeënVerticale geleding van een gevel, bepaald door afstand tussen twee opeenvolgende steunpunten (vb. muurdammen, zuilen, ...), met op de verdiepingen van de middentravee trapezoïdale Franse balkonsBorstwering tussen de dagkanten van een naar binnen openslaand venster dat tot de vloer doorloopt. met opengewerkteOpengewerkt, voorzien van een stelsel van kleine, decoratieve openingen. bakstenen borstwering1. Verhoogd gedeelte van een vestingsmuur waarachter men veilig kan lopen; - 2. Muurtje of hekwerk (balkon, terras); - 3. Deel van een muur tussen vloer en onderzijde van een venster; - 4. Verhoging van de buitenmuren van een huis boven de zolderbalken waarop een muurplaat rust.. In het midden, deur met ronde stijlenVerticale zijden van een opening waarop een boog of latei rust. met kussenblok1. Dekplaat dat ligt tussen de drager (kapiteel) en het gedragene (balk of boog); 2. Kwartronde kraagsteen van een venster- of deurboog. met volutenSpiraalvormig ornament; meestal gebruikt als aanzetstuk van topgevels, bij deur- en vensteromlijstingen of als steunbeer.; daarop rust een uitspringende lateiBalkvormig element van hout, steen, beton of metaal dat een muuropening overspant en bovenliggend metselwerk steunt. die wordt bekroond door een piramidaal zaagtanddecor van bakstenen. Onder de kussenblokken1. Dekplaat dat ligt tussen de drager (kapiteel) en het gedragene (balk of boog); 2. Kwartronde kraagsteen van een venster- of deurboog., bas-reliëf met de opschriften “F.L” en “1920”. Keldervensters voorzien van een metalen plaat opengewerktOpengewerkt, voorzien van een stelsel van kleine, decoratieve openingen. met schijvenEen wiel waarvan de velg een of meer kabels draagt om beweging over te brengen. De aan de lieras bevestigde tractieschijf (of grijpschijf) brengt de kracht van de motor over op de tractiekabels van de liftkooi en het tegengewicht. Het afleidwiel wordt gebruikt om de kabels in lijn met de liftschacht en/of het tegengewicht af te buigen. De keerschijven boven de schacht ondersteunen de tractiekabels wanneer de machinerie beneden is geplaatst.. Hoofdgestel met geometrisch decor van bakstenen zaagtandfriezen en witstenen friesHorizontale band om een muurvlak in te delen of aan de bovenzijde te begrenzen; al dan niet beschilderd of versierd (terracotta, sgrafitto, cementtegels…). met canneluresParallelle, gootvormige decoratieve groeven op een zuil of pilaster.. Oorspronkelijke kroonlijstStelselmatig uitkragende geprofileerde lijst boven een muur of een ander belangrijk bouwdeel (entablement). met kraagstenen en deur. Raamwerk vervangen.
Twee appartementen per bouwlaag. Twee kamers vooraan, gemeenschappelijke ruimte achteraan, uitgevend op een terras met toilet en een berghok.

Op nr.85-87 Delvastraat – 9 Mabillestraat, imposant hoekgebouw ontworpen door architect Paul Bonduelle. Benedenverdieping in baksteen met decor van verdiepte schijnvoegenImitatievoeg in metsel - of pleisterwerk, aangebracht om regelmatige verdeling te bewerkstelligen of bijvoorbeeld natuurstenen parement (simili) te suggereren., voorzien van rondboogopeningen onder een hoge spitsboogvormige  boogrugBuitenwelfvlak; buitenste kromming van een boog; wanneer deze boog getrapt is, spreekt men van een hanenkam.. Bepleisterde verdiepingen met imitatievoegen, versierd met spiegels1. Dunne (houten) plaat, gevat in een omlijsting van stijlen en regels van deuren, lambriseringen en plafonds; - 2. Gevelversiering in de vorm van een in- (spiegel) of uitspringende (paneel) rechthoekige omlijsting. met een dambordpatroon van rode en crèmekleurige keramiek.
Aan de Mabillestraat, drie traveeënVerticale geleding van een gevel, bepaald door afstand tussen twee opeenvolgende steunpunten (vb. muurdammen, zuilen, ...). De eerste is voorzien van een deur in drielichtGroep van drie smalle vensters binnen dezelfde omlijsting, onderling gescheiden door deelzuiltjes of stijlen/monelen; centraal venster soms hoger dan beide andere. onder een ovale oculusKlein rond, ovaal of polygonaal venster. en, op de verdiepingen, smalle getrapteGevel met een driehoekige bekroning die trapsgewijs versmalt. venstersLicht- en/of luchtopening in een muur. die het trappenhuisGedeelte van een gebouw waarin de trappen zijn ondergebracht. verlichten. Inspringende trapezoïdale derde traveeVerticale geleding van een gevel, bepaald door afstand tussen twee opeenvolgende steunpunten (vb. muurdammen, zuilen, ...), voorzien van loggiaOverdekte, halfopen ruimte; schaduwrijke inham in de gevel van een gebouw. vormende terrassen met T-vormige muuropening.
Drie traveeënVerticale geleding van een gevel, bepaald door afstand tussen twee opeenvolgende steunpunten (vb. muurdammen, zuilen, ...) op de hoek, de zijtraveeën met afgesneden hoek. Twee deuren met een diepe afschuiningSchuine vlakke kant aan een houten of stenen bouwonderdeel. flankeren een etalage. Op de verdiepingen, venstersLicht- en/of luchtopening in een muur. met twee monelenStenen vensterstijl., die op zijtraveeën vergezeld van een klein vensterLicht- en/of luchtopening in een muur.. Centraal en op de hogere verdiepingen, gestapelde erkerRechthoekig of veelhoekig uitbouwsel, als het ware op de gevel geplakt en daardoor deel uitmakend van de achterliggende ruimte; vaak over één of meer verdiepingen gestapeld. met holronde hoeken die tot aan de kroonlijstStelselmatig uitkragende geprofileerde lijst boven een muur of een ander belangrijk bouwdeel (entablement). reikt.
Aan de Delvastraat, acht traveeënVerticale geleding van een gevel, bepaald door afstand tussen twee opeenvolgende steunpunten (vb. muurdammen, zuilen, ...), afwisselend inspringend en voorzien van loggia’s, en in risalietRisaliet (Italiaans, van risalto: uitstekend deel), vooruitspringend volume van een gevel dat over de hele hoogte doorloopt en soms hoger is; naar gelang de positie worden er midden-, zij- en hoekrisalieten onderscheiden. met afgeschuindeSchuine vlakke kant aan een houten of stenen bouwonderdeel. hoeken. De tweede en zesde traveeVerticale geleding van een gevel, bepaald door afstand tussen twee opeenvolgende steunpunten (vb. muurdammen, zuilen, ...) zijn voorzien van een deur onder een ovale oculusKlein rond, ovaal of polygonaal venster. en smalle venstersLicht- en/of luchtopening in een muur. die een trap verlichten op de verdiepingen; de zesde traveeVerticale geleding van een gevel, bepaald door afstand tussen twee opeenvolgende steunpunten (vb. muurdammen, zuilen, ...) is behandeld als toren waarvan de extra bouwlaag de kroonlijstStelselmatig uitkragende geprofileerde lijst boven een muur of een ander belangrijk bouwdeel (entablement). doorbreekt, onder een veelhoekige spits . De vierde en laatste traveeVerticale geleding van een gevel, bepaald door afstand tussen twee opeenvolgende steunpunten (vb. muurdammen, zuilen, ...) springen minder sterk uit en zijn voorzien van gekoppeldeTwee of meerdere identieke bouwelementen (vensters, zuilen, pilasters) die tot een groter (symmetrisch) geheel zijn samengevoegd. of enkelvoudige venstersLicht- en/of luchtopening in een muur. die berghokjes verlichten.
Loggia’s met traliewerk versierd met het monogram “FL”. Keldervensters voorzien van metalen platen opengewerktOpengewerkt, voorzien van een stelsel van kleine, decoratieve openingen. met schijvenEen wiel waarvan de velg een of meer kabels draagt om beweging over te brengen. De aan de lieras bevestigde tractieschijf (of grijpschijf) brengt de kracht van de motor over op de tractiekabels van de liftkooi en het tegengewicht. Het afleidwiel wordt gebruikt om de kabels in lijn met de liftschacht en/of het tegengewicht af te buigen. De keerschijven boven de schacht ondersteunen de tractiekabels wanneer de machinerie beneden is geplaatst. of bijenmotieven. Aan de Delvastraat, voortuintje met smeedijzerenTaai, ‘kneedbaar’ ijzer dat ambachtelijk wordt ‘gesmeed’ (gehamerd bij hoge temperatuur) tot decoratieve bouwonderdelen als tuinhekken, borstweringen… traliewerk. Gerestaureerde doorlopende  kroonlijstStelselmatig uitkragende geprofileerde lijst boven een muur of een ander belangrijk bouwdeel (entablement). die de uitsprongen van de gevel volgt. Raamwerk vervangen. Oorspronkelijke houten deur aan de Mabillestraat en beglaasde metalen deuren.
Vijf appartementen op de verdiepingen: een aan de Mabillestraat, een op hoek, toegankelijk via de Delvastraat, en drie aan de Delvastraat. De meeste kamers liggen achteraan; vooraan, gemeenschappelijke ruimte die uitgeeft op een terras met berghok en toilet.

Op nr.1 en 3 Fineaustraat, twee analoge gebouwen ontworpen door architect Adolphe Puissant. Bakstenen gevels versierd met beraapteMet mortel ruw - niet gladgestreken - bepleisteren. zones en met hardsteen. Drie symmetrische traveeënVerticale geleding van een gevel, bepaald door afstand tussen twee opeenvolgende steunpunten (vb. muurdammen, zuilen, ...) op nr.3, twee ongelijke traveeënVerticale geleding van een gevel, bepaald door afstand tussen twee opeenvolgende steunpunten (vb. muurdammen, zuilen, ...) op nr.1, gescheiden door beraapteMet mortel ruw - niet gladgestreken - bepleisteren. pilastersPlatte, weinig uitspringende muurpijler, vaak met basis en kapiteel. bekroond door bakstenen zaagtandfriezen. Verspringende toegangstraveeënTravee waarin de toegang is ondergebracht., met deur onder gewelfde kroonlijstStelselmatig uitkragende geprofileerde lijst boven een muur of een ander belangrijk bouwdeel (entablement).. De overige traveeënVerticale geleding van een gevel, bepaald door afstand tussen twee opeenvolgende steunpunten (vb. muurdammen, zuilen, ...) zijn voorzien van gekoppeldeTwee of meerdere identieke bouwelementen (vensters, zuilen, pilasters) die tot een groter (symmetrisch) geheel zijn samengevoegd. venstersLicht- en/of luchtopening in een muur. en worden geritmeerd door kolossaleZuilen of pilasters die over de volle hoogte of over meer dan één verdieping opgaan, onafhankelijk van de door vensters en bouwlagen gegeven maten. pilastersPlatte, weinig uitspringende muurpijler, vaak met basis en kapiteel.. Decor van bakstenen op de borstweringen1. Verhoogd gedeelte van een vestingsmuur waarachter men veilig kan lopen; - 2. Muurtje of hekwerk (balkon, terras); - 3. Deel van een muur tussen vloer en onderzijde van een venster; - 4. Verhoging van de buitenmuren van een huis boven de zolderbalken waarop een muurplaat rust. en op het hoofdgestelHoog horizontaal lijstwerk ter bekroning van een gevel.. Schrijnwerk vervangen.
Eén appartement per bouwlaag op nr.1, twee op nr.3. Twee kamers vooraan. Derde kamer achteraan en familieruimte uitgevend op een terras. Gang-vestiaire met toilet in de aslijn van het trappenhuisGedeelte van een gebouw waarin de trappen zijn ondergebracht..

Op nr.5 en 7 Fineaustraat, twee gebouwen die eenzelfde gevel delen, ontworpen door architect Paul Bonduelle. Opstand van vier gelijke traveeënVerticale geleding van een gevel, bepaald door afstand tussen twee opeenvolgende steunpunten (vb. muurdammen, zuilen, ...). Benedenverdieping in baksteen met decor van verdiepte schijnvoegenImitatievoeg in metsel - of pleisterwerk, aangebracht om regelmatige verdeling te bewerkstelligen of bijvoorbeeld natuurstenen parement (simili) te suggereren., voorzien van rondboogopeningen onder een hoge spitsboogvormige  boogrugBuitenwelfvlak; buitenste kromming van een boog; wanneer deze boog getrapt is, spreekt men van een hanenkam.. Centrale deuren. Verdiepingen in baksteen, thans beschilderd. Op de tweede verdieping, laterale glasdeurenDeur waarvan het grootste deel uit glas bestaat.; smeedijzerenTaai, ‘kneedbaar’ ijzer dat ambachtelijk wordt ‘gesmeed’ (gehamerd bij hoge temperatuur) tot decoratieve bouwonderdelen als tuinhekken, borstweringen… borstweringen1. Verhoogd gedeelte van een vestingsmuur waarachter men veilig kan lopen; - 2. Muurtje of hekwerk (balkon, terras); - 3. Deel van een muur tussen vloer en onderzijde van een venster; - 4. Verhoging van de buitenmuren van een huis boven de zolderbalken waarop een muurplaat rust. en leuningen met volutenSpiraalvormig ornament; meestal gebruikt als aanzetstuk van topgevels, bij deur- en vensteromlijstingen of als steunbeer.. Op de twee uiterste traveeënVerticale geleding van een gevel, bepaald door afstand tussen twee opeenvolgende steunpunten (vb. muurdammen, zuilen, ...), kleine gewelfde geveltop met ovale oculusKlein rond, ovaal of polygonaal venster.. Schrijnwerk vervangen.

Op nr.9 en 11 Fineaustraat, twee gebouwen identiek volgens spiegelbeeldschema, n.o.v. architecten Paul Robberechts en Maurice Selly. Opstanden van twee ongelijke traveeënVerticale geleding van een gevel, bepaald door afstand tussen twee opeenvolgende steunpunten (vb. muurdammen, zuilen, ...). Bakstenen gevels versierd met witsteen en hardsteen. Rondboogdeuren met uitspringende bakstenen omlijsting met stenen bossageIn oorsprong een gevelbehandeling waarbij ruwgehakte, rechthoekige blokken natuursteen uit de loodlijn steken en de gevel op die manier een fors, rustiek (rustica) karakter verleent; later op gevel vormelijk geïmiteerd door middel van uitspringend al dan niet bepleisterde bakstenen blokken of banden (doorlopende schijnvoegen). een op twee. Gekoppelde venstersLicht- en/of luchtopening in een muur. op de hoofdtraveeënBredere en rijker uitgewerkte travee, meestal van een huis met asymmetrische compositie; vaak in risaliet en onder bekronende topgevel.. Borstweringen1. Verhoogd gedeelte van een vestingsmuur waarachter men veilig kan lopen; - 2. Muurtje of hekwerk (balkon, terras); - 3. Deel van een muur tussen vloer en onderzijde van een venster; - 4. Verhoging van de buitenmuren van een huis boven de zolderbalken waarop een muurplaat rust. met decor van bakstenen en diamantkoppenPiramidaal ornament (3 of 4 zijden), onder andere gebruikt in banden en friezen.. Oorspronkelijke kroonlijstenStelselmatig uitkragende geprofileerde lijst boven een muur of een ander belangrijk bouwdeel (entablement).. SchrijnwerkVerzameling van al het (niet-constructief) houten materiaal zoals deuren, vensterkozijnen, erkeronderdelen, kroonlijst, …; bij uitbreiding ook materiaal in aluminium, PVC, ...  vervangen.

Op nr.13, 15 en 23, 25 Fineaustraat, vier analoge gebouwen ontworpen door architect Joseph Van Neck. OpstandenBouwkundige tekening op schaal van een verticaal vlak van een gevel, een binnenmuur,…; in ruime zin het verticaal vlak van een gevel of muur. met asymmetrische compositieTypische gevelopstand bestaande uit twee ongelijke traveeën; in Brussel komt dit geveltype vaak voor met drie bouwlagen volgens verkleinende ordonnantie; de hoofdtravee is meestal breder, rijker uitgewerkt en wordt verder benadrukt door licht vooruit te springen en/of door één of meer balkons; de kelders zijn meestal hoog, wat zich vertaalt in een hoge onderbouw; het grondplan bestaat over het algemeen uit een aaneenschakeling van kamers., behalve nr.13, met vier traveeënVerticale geleding van een gevel, bepaald door afstand tussen twee opeenvolgende steunpunten (vb. muurdammen, zuilen, ...). Smallere toegangstraveeënTravee waarin de toegang is ondergebracht.; deuren met inspringende stijlenVerticale zijden van een opening waarop een boog of latei rust. en onder lateiBalkvormig element van hout, steen, beton of metaal dat een muuropening overspant en bovenliggend metselwerk steunt. op kussenblokken1. Dekplaat dat ligt tussen de drager (kapiteel) en het gedragene (balk of boog); 2. Kwartronde kraagsteen van een venster- of deurboog.. Rondboogvensters op de benedenverdieping, op de derde traveeVerticale geleding van een gevel, bepaald door afstand tussen twee opeenvolgende steunpunten (vb. muurdammen, zuilen, ...) op nr.13 smaller en gevat in een arcadeEén of meerdere bogen, steunend op zuilen of pijlers; kan ook blind zijn.. Op de verdiepingen, venstersLicht- en/of luchtopening in een muur. per traveeVerticale geleding van een gevel, bepaald door afstand tussen twee opeenvolgende steunpunten (vb. muurdammen, zuilen, ...) inspringend. MuurdammenParement tussen twee muuropeningen (vensters of deuren) in dezelfde bouwlaag., hoofdgestelHoog horizontaal lijstwerk ter bekroning van een gevel. en borstweringen1. Verhoogd gedeelte van een vestingsmuur waarachter men veilig kan lopen; - 2. Muurtje of hekwerk (balkon, terras); - 3. Deel van een muur tussen vloer en onderzijde van een venster; - 4. Verhoging van de buitenmuren van een huis boven de zolderbalken waarop een muurplaat rust. versierd met een decor van gele bakstenen, sommige uitspringend. Oorspronkelijke kroonlijstenStelselmatig uitkragende geprofileerde lijst boven een muur of een ander belangrijk bouwdeel (entablement).. RaamwerkVast of bewegend houten of metalen omlijsting van een ruit binnen een kozijn. vervangen, met hergebruik van de glasramen van de bovenlichtenBovenste gedeelte van een raam- of deurkozijn, gescheiden door een dwarsregel; soms voorzien van glas-in-lood en/of roeden.. Deuren op nr.23 en 25 gerestaureerd.

Op nr.17 en 21 Fineaustraat, twee gebouwen identiek volgens spiegelbeeldschema, ontworpen door architect Joseph Diongre. OpstandenBouwkundige tekening op schaal van een verticaal vlak van een gevel, een binnenmuur,…; in ruime zin het verticaal vlak van een gevel of muur. met asymmetrische compositieTypische gevelopstand bestaande uit twee ongelijke traveeën; in Brussel komt dit geveltype vaak voor met drie bouwlagen volgens verkleinende ordonnantie; de hoofdtravee is meestal breder, rijker uitgewerkt en wordt verder benadrukt door licht vooruit te springen en/of door één of meer balkons; de kelders zijn meestal hoog, wat zich vertaalt in een hoge onderbouw; het grondplan bestaat over het algemeen uit een aaneenschakeling van kamers. en traveeënVerticale geleding van een gevel, bepaald door afstand tussen twee opeenvolgende steunpunten (vb. muurdammen, zuilen, ...) met verspringende bouwlagen. Gevels in oranjekleurige baksteen versierd met witstenen en hardstenen elementen, evenals met gewassen kiezelbeton op de lateienBalkvormig element van hout, steen, beton of metaal dat een muuropening overspant en bovenliggend metselwerk steunt.. De toegangstraveeTravee waarin de toegang is ondergebracht. doorbreekt de kroonlijstStelselmatig uitkragende geprofileerde lijst boven een muur of een ander belangrijk bouwdeel (entablement). en wordt bekroond door een geveltop met vleugelstukkenZijstuk, veelal in voluutvorm, van een topgevel, dakkapel of dakvenster. met volutenSpiraalvormig ornament; meestal gebruikt als aanzetstuk van topgevels, bij deur- en vensteromlijstingen of als steunbeer. en topstuk. Deur bekroond door een stenen spiegel1. Dunne (houten) plaat, gevat in een omlijsting van stijlen en regels van deuren, lambriseringen en plafonds; - 2. Gevelversiering in de vorm van een in- (spiegel) of uitspringende (paneel) rechthoekige omlijsting. met daarin gebeeldhouwd het monogram en jaartal “F.L / 1920”. Op de hoofdtraveeBredere en rijker uitgewerkte travee, meestal van een huis met asymmetrische compositie; vaak in risaliet en onder bekronende topgevel., onderbouwHoge sokkel, reikend tot ongeveer het midden van de toegang; meestal in hardsteen. voorzien van twee kelderramen met opengewerkteOpengewerkt, voorzien van een stelsel van kleine, decoratieve openingen. metalen platen. Op de eerste verdieping, glasdeurDeur waarvan het grootste deel uit glas bestaat. achter een trapezoïdaal balkon met opgewerkte stenen borstwering1. Verhoogd gedeelte van een vestingsmuur waarachter men veilig kan lopen; - 2. Muurtje of hekwerk (balkon, terras); - 3. Deel van een muur tussen vloer en onderzijde van een venster; - 4. Verhoging van de buitenmuren van een huis boven de zolderbalken waarop een muurplaat rust.. Op de tweede verdieping, traveeVerticale geleding van een gevel, bepaald door afstand tussen twee opeenvolgende steunpunten (vb. muurdammen, zuilen, ...) geflankeerd door een kleine pilasterPlatte, weinig uitspringende muurpijler, vaak met basis en kapiteel. die de kroonlijstStelselmatig uitkragende geprofileerde lijst boven een muur of een ander belangrijk bouwdeel (entablement). doorbreekt, met topstuk met volute. Oorspronkelijke kroonlijstenStelselmatig uitkragende geprofileerde lijst boven een muur of een ander belangrijk bouwdeel (entablement). en deuren. RaamwerkVast of bewegend houten of metalen omlijsting van een ruit binnen een kozijn. vervangen.

Op nr. 94-96 Fransmanstraat, op de hoek met de Fineaustraat, gebouw met commerciële benedenverdieping ontworpen door Jean-Baptiste Dewin. Gebouw van vier bouwlagen, de laatste gedeeltelijk behandeld als onderschild. Gevel in oranjekleurige baksteen, versierd met “getint cement”, witsteen en hardsteen. Zes traveeënVerticale geleding van een gevel, bepaald door afstand tussen twee opeenvolgende steunpunten (vb. muurdammen, zuilen, ...) aan de Fineaustraat, een hoektraveeTravee op de hoek (meestal 45°) van een gebouw., en drie traveeënVerticale geleding van een gevel, bepaald door afstand tussen twee opeenvolgende steunpunten (vb. muurdammen, zuilen, ...) aan de Fransmanstraat, de laatste, met de toegang, verspringend. De eerste traveeVerticale geleding van een gevel, bepaald door afstand tussen twee opeenvolgende steunpunten (vb. muurdammen, zuilen, ...) en de drie traveeënVerticale geleding van een gevel, bepaald door afstand tussen twee opeenvolgende steunpunten (vb. muurdammen, zuilen, ...) die de hoek vormen, worden bekroond door een geveltop met boogvormige aandaken en bekroning. Aan elke straat, middentraveeën die inspringen op de verdiepingen, onder een kroonlijstStelselmatig uitkragende geprofileerde lijst boven een muur of een ander belangrijk bouwdeel (entablement). en een onderschild met houten dakkapellenUit het dakvlak opgaand venster; meestal in hout en vaak onder spitse kap.; smeedijzerenTaai, ‘kneedbaar’ ijzer dat ambachtelijk wordt ‘gesmeed’ (gehamerd bij hoge temperatuur) tot decoratieve bouwonderdelen als tuinhekken, borstweringen… leuningen op de eerste verdieping. Op de hoek, winkelingang achter een trappenpartij, geflankeerd door pilastersPlatte, weinig uitspringende muurpijler, vaak met basis en kapiteel. bekroond door drie zuiltjes; daarop rust een houten, luifelAfdak boven de ingang van een huis of handelszaak. vormende kroonlijstStelselmatig uitkragende geprofileerde lijst boven een muur of een ander belangrijk bouwdeel (entablement). onder frontonDriehoekige of segmentvormige bekroning van een gevel of muuropening., met een met rondbogige bekroning tussen topstukken en waarin het impostvensterVenster boven een deur en ervan gescheiden door een stenen dorpel, een entablement of een muurvlak. van de deur is ingewerkt. Aan weerszijden daarvan, twee etalages tussen pilastervormige stijlenVerticale zijden van een opening waarop een boog of latei rust. onder een gebeeldhouwd kapiteelKopstuk van een zuil, pijler of pilaster; algemeen om de gedragen last op een smaller draagvlak over te brengen. met twee uilen; de zuilenCilindervormig steunpunt; vaak voorzien van basis en kapiteel. De kleine en/of dunne variant ervan wordt colonnet genoemd. zijn in het midden gezwollen en hebben een gecanneleerdParallelle, gootvormige decoratieve groeven op een zuil of pilaster. bovendeel en een kapiteelKopstuk van een zuil, pijler of pilaster; algemeen om de gedragen last op een smaller draagvlak over te brengen. met geometrisch decor; op het geheel rust een doorlopende  houten kroonlijstStelselmatig uitkragende geprofileerde lijst boven een muur of een ander belangrijk bouwdeel (entablement). die een luifelAfdak boven de ingang van een huis of handelszaak. vormt die de impostvenstersVenster boven een deur en ervan gescheiden door een stenen dorpel, een entablement of een muurvlak. benadrukt. Het plan voorzag in etalages met de naam “Société Coopérative”. Op de friesHorizontale band om een muurvlak in te delen of aan de bovenzijde te begrenzen; al dan niet beschilderd of versierd (terracotta, sgrafitto, cementtegels…). op het hoofdgestelHoog horizontaal lijstwerk ter bekroning van een gevel., kleine spiegels1. Dunne (houten) plaat, gevat in een omlijsting van stijlen en regels van deuren, lambriseringen en plafonds; - 2. Gevelversiering in de vorm van een in- (spiegel) of uitspringende (paneel) rechthoekige omlijsting. versierd met een sgraffitoSgraffito (Italiaans, van sgraffiare: krabben), decoratieve muurtechniek waarbij men een donkere pleisterlaag (doorgaans zwart, roetbruin of grijs) met een lichtgekleurde pleisterlaag bedekt; door de bovenste, nog niet verharde, laag weg te nemen volgens een vooraf bepaald grafisch ontwerp ontstaat een verdiepte tekening; de lichtgekleurde pleisterlaag kan bovendien gekleurd worden ‘al fresco’ (op de verse pleister) of ‘al secco’ (op de droge pleister). van een uil. KroonlijstStelselmatig uitkragende geprofileerde lijst boven een muur of een ander belangrijk bouwdeel (entablement). bewaard aan de Fineaustraat, gedeeltelijk bewaard aan de Fransmanstraat. SchrijnwerkVerzameling van al het (niet-constructief) houten materiaal zoals deuren, vensterkozijnen, erkeronderdelen, kroonlijst, …; bij uitbreiding ook materiaal in aluminium, PVC, ...  vervangen; raamwerkVast of bewegend houten of metalen omlijsting van een ruit binnen een kozijn. met fijne metalen verdelingen bewaard.
Eén appartement op de benedenverdieping, twee per verdieping.

Bronnen

Archieven
AAM/fonds Adolphe Puissant. 
Archief van de Lakense Haard. 
SAB/OW Laken 5341 (1920), 90558 (1989); Fransmanstraat 94-96: 42371 (1921).

Publicaties en studies
CEL HISTORISCH ERFGOED VAN DE STAD BRUSSEL, Brusselse wandelingen. 3. Arbeiderswoningen en sociale huisvesting in Laken, 1998, p. 13.
MOUTURY, S., CORDEIRO, P., HEYMANS, V., Le logement ouvrier et social à Laeken. Etude historique et architecturale débouchant sur des propositions de mesures de protection, Cel Historisch Erfgoed van de Stad Brussel, Brussel, 1997, pp. 76-80.

Tijdschriften
ABEELS, G., “Laken: in de schaduw van het vredegerecht”, Liber Amicorum Robert Van den Haute, Ons Graafschap. Annalen van de Geschied- en Heemkundige Kring van het Graafschap Jette en Omgeving vzw, 27, 1998-2000, pp. 191-193, 198-199.
L’Emulation, jaargang XLVII, 3, maart 1927, pl. 9.
Travail et Savoir, 9, 1924.