Typologie(ën)

historische lift
appartementsgebouw
werkplaats (ambachtelijk)

Ontwerper(s)

Frans GREBERTarchitect1911

Walthère MICHELarchitect1936

Juridisch statuut

Ingeschreven in de wettelijke inventaris op 19 augustus 2024

Stijlen

Beaux-Artsstijl

Inventaris(sen)

Dit (deze) goed(eren) bezit(ten) de volgende waarde(n)

Onderzoek en redactie

2016, 2019

id

Urban : 34863
lees meer

Beschrijving

Gebouw in Beaux-ArtsstijlArchitectuurstroming (ca. 1905-1930) met reminiscenties aan de grote Franse architectuurstijlen uit de 18e eeuw. Rijk en zorgvuldig gedecoreerde gevels in natuursteen en/of simili of in combinatie met baksteen. Borstweringen en poorten in fraai uitgewerkt smeedwerk., bestemd voor woningen, een groothandel en een atelier, in 1911 ontworpen door ingenieur-architect Frans Grebert voor de firma J. Hupin & Cie, gespecialiseerd in mode en linnengoed voor kinderen. In 1936 werd het gebouw ingrijpend verbouwd door architect Walthère Michel, o.a.met Schindler liften, bewaard op nr 7.

Gebouw aan de straatkant van vijf bouwlagen onder mansardedakGebroken kap of Frans dak met met steile ondervlakken en licht hellende bovenvlakken., de laatste bouwlaag toegevoegd in 1936. Achteraan, dwarsgelegen bijgebouw met dezelfde hoogte – eveneens verhoogd – maar onder plat dak; het verbindt het hoofdgebouw met een achterliggend, twee verdiepingen lager volume, ook onder plat dak.

Gevel aan straatzijde in witsteen, met drie symmetrische traveeënVerticale geleding van een gevel, bepaald door afstand tussen twee opeenvolgende steunpunten (vb. muurdammen, zuilen, ...) op de verdiepingen. De meeste muuropeningen zijn korfboogvormig, met sleutelSluitsteen van een opening; weerhoudt de gewelfstenen in een boog of gewelf. met cartoucheOmlijsting van een uitspringend vlak in de vorm van ingesneden en omkrullend papier of leer; vaak met opschrift of intern versierd. en een doorlopende  archivoltGeprofileerde of versierde omlijsting van een boog.. Links op de benedenverdieping, inrijpoort met keellijst, bekroond door de twee gekoppeldeTwee of meerdere identieke bouwelementen (vensters, zuilen, pilasters) die tot een groter (symmetrisch) geheel zijn samengevoegd. venstersLicht- en/of luchtopening in een muur. van de tussenverdiepingLage verdieping tussen twee bouwlagen; vaak boven commerciële benedenverdieping gelegen., gescheiden door een zuiltje. Centraal, drie gekoppeldeTwee of meerdere identieke bouwelementen (vensters, zuilen, pilasters) die tot een groter (symmetrisch) geheel zijn samengevoegd. venstersLicht- en/of luchtopening in een muur. en drie keldervensters met smeedijzerenTaai, ‘kneedbaar’ ijzer dat ambachtelijk wordt ‘gesmeed’ (gehamerd bij hoge temperatuur) tot decoratieve bouwonderdelen als tuinhekken, borstweringen… traliewerk. Rechts, venstersLicht- en/of luchtopening in een muur. die sinds 1936 een lage toegangsdeur bekronen. Op de verdiepingen, middentravee met drielichtenGroep van drie smalle vensters binnen dezelfde omlijsting, onderling gescheiden door deelzuiltjes of stijlen/monelen; centraal venster soms hoger dan beide andere., net als de laterale muuropeningen op de tweede verdieping. Gekoppelde laterale venstersLicht- en/of luchtopening in een muur. op de derde verdieping. Laterale venstersLicht- en/of luchtopening in een muur. op de eerste twee verdiepingen onder gewelfde kroonlijstStelselmatig uitkragende geprofileerde lijst boven een muur of een ander belangrijk bouwdeel (entablement).. Centraal, gestapelde erkerRechthoekig of veelhoekig uitbouwsel, als het ware op de gevel geplakt en daardoor deel uitmakend van de achterliggende ruimte; vaak over één of meer verdiepingen gestapeld. over drie bouwlagen, bekroond door een terras met balustradeHekwerk van spijlen of balusters.. De erkerRechthoekig of veelhoekig uitbouwsel, als het ware op de gevel geplakt en daardoor deel uitmakend van de achterliggende ruimte; vaak over één of meer verdiepingen gestapeld. heeft holronde zijvlakken in de eerste twee bouwlagen en is rechthoekig in de derde, waar de hoeken zijn versierd met zuilenCilindervormig steunpunt; vaak voorzien van basis en kapiteel. De kleine en/of dunne variant ervan wordt colonnet genoemd. onder Ionisch kapiteelKopstuk van een zuil, pijler of pilaster; algemeen om de gedragen last op een smaller draagvlak over te brengen.. Achter het terras, oud dakvensterUit het dakvlak opgaand stenen venster dat met de gevel in verbinding staat of er enkel door een kroonlijst van gescheiden is. onder klokgevelGevel waarvan de top klokvormig is. met twee glasdeurenDeur waarvan het grootste deel uit glas bestaat. en een oculusKlein rond, ovaal of polygonaal venster. met omlijsting met plantendecor; aandaken versierd met een schapenkop; gewelfde bekroning met volutenSpiraalvormig ornament; meestal gebruikt als aanzetstuk van topgevels, bij deur- en vensteromlijstingen of als steunbeer.. Laatste verdieping in similiBepleistering ter imitatie van natuursteen.. Oorspronkelijke kroonlijstStelselmatig uitkragende geprofileerde lijst boven een muur of een ander belangrijk bouwdeel (entablement). (herplaatst). Doorlopend daklicht in het onderschild. Oorspronkelijk schrijnwerkVerzameling van al het (niet-constructief) houten materiaal zoals deuren, vensterkozijnen, erkeronderdelen, kroonlijst, …; bij uitbreiding ook materiaal in aluminium, PVC, ... ; het meeste raamwerkVast of bewegend houten of metalen omlijsting van een ruit binnen een kozijn. met gewelfde dwarsregelEen dwarsregel deelt het kozijn van een deur of raam horizontaal op. en medaillonvormige roedeverdelingDunne houten of metalen staaf in een kozijn waarin glasruiten worden bevestigd. in de bovenlichtenBovenste gedeelte van een raam- of deurkozijn, gescheiden door een dwarsregel; soms voorzien van glas-in-lood en/of roeden.. Beglaasde smeedijzerenTaai, ‘kneedbaar’ ijzer dat ambachtelijk wordt ‘gesmeed’ (gehamerd bij hoge temperatuur) tot decoratieve bouwonderdelen als tuinhekken, borstweringen… poort en deur uit 1936; opschrift “RESIDENCE AVIATION” op de toegangsdeur.

Interieur.
Oorspronkelijk, groot vierkant trappenhuisGedeelte van een gebouw waarin de trappen zijn ondergebracht. achter aan het voorgebouw. Benedenverdieping, eerste en derde verdieping elk met één woning. Op de tweede verdieping, grote L-vormige winkel (magasin) aan de straat, met links kantoren. Expeditieruimte (local d’expédition) in het bijgebouw, uitgerust met een goederenliftEen lift die voornamelijk bestemd is voor het vervoer van goederen/voorwerpen.  en uitgevend op het achterliggende volume, waarin zich de snijzaal (atelier de coupe) bevindt, met gietijzerenHard, bros en niet smeedbaar ijzer; gegoten in herbruikbare mallen; meestal gebruikt voor de borstwering van balkons. zuilenCilindervormig steunpunt; vaak voorzien van basis en kapiteel. De kleine en/of dunne variant ervan wordt colonnet genoemd. en een mezzaninegalerij, zenitaal verlicht door een zadeldakvormige daklantaarn.

Bronnen

Archieven
GAA/DS 12957 (14.04.1911), 28408 (04.08.1936).

Tijdschriften
Almanach du Commerce et de l’Industrie, “Aviation (square de l’)”, 1912.