Typologie(ën)

herenhuis

Ontwerper(s)

Juridisch statuut

Ingeschreven in de wettelijke inventaris op 19 augustus 2024

Stijlen

Neoclassicisme

Inventaris(sen)

Dit (deze) goed(eren) bezit(ten) de volgende waarde(n)

Onderzoek en redactie

2016

id

Urban : 32471
lees meer

Beschrijving

Diephuis met vier bouwlagen en drie traveeënVerticale geleding van een gevel, bepaald door afstand tussen twee opeenvolgende steunpunten (vb. muurdammen, zuilen, ...) onder afgesnuit zadeldakDak met twee hellende dakvlakken.. BepleisterdeMuur of plafond bedekt met een laag mortel op basis van een mengsel van kalk, gips of cement en zand, met of zonder andere fijne toeslagmaterialen. en beschilderde gevel in Lodewijk XVI-stijl, uit ca. 1775.

Rechthoekige venstersLicht- en/of luchtopening in een muur. volgens verkleinende ordonnantie in vlakke blokomlijsting, voorzien van een voluutsleutel met respectievelijk acanthusblad en rozetRozet, versiering met concentrische vorm, lijkend op een bloem; in ruime zin roosvenster, groot rondlicht, gevuld met gotisch maaswerk van rozetten, drie-, vier- en veelpassen in concentrische schikking en/of gevuld met glas-in-lood. op de eerste twee verdiepingen, en van een sluitsteenSluitsteen van een opening; weerhoudt de gewelfstenen in een boog of gewelf. met parellijst tussen guirlandesGehouwen of gesneden slinger van bloemen, bladen of vruchten. Als festoen, vaak met linten en opgehangen aan strikken met neerhangende uiteinden.  op de derde verdieping. Panelen1. Dunne (houten) plaat, gevat in een omlijsting van stijlen en regels van deuren, lambriseringen en plafonds; - 2. Gevelversiering in de vorm van een in- (spiegel) of uitspringende (paneel) rechthoekige omlijsting. met uitgespaarde benedenhoeken en drop op de borstweringen1. Verhoogd gedeelte van een vestingsmuur waarachter men veilig kan lopen; - 2. Muurtje of hekwerk (balkon, terras); - 3. Deel van een muur tussen vloer en onderzijde van een venster; - 4. Verhoging van de buitenmuren van een huis boven de zolderbalken waarop een muurplaat rust. van de tweede en derde verdieping, bijkomende rozettenRozet, versiering met concentrische vorm, lijkend op een bloem; in ruime zin roosvenster, groot rondlicht, gevuld met gotisch maaswerk van rozetten, drie-, vier- en veelpassen in concentrische schikking en/of gevuld met glas-in-lood. op de bovenste; toegevoegde Iekdrempels op de eerste verdieping. Gevelbekroning door architraafHoofdbalk; het onderste, dragende deel van een klassiek hoofdgestel, meestal geleed door banden., friesHorizontale band om een muurvlak in te delen of aan de bovenzijde te begrenzen; al dan niet beschilderd of versierd (terracotta, sgrafitto, cementtegels…). en getandeLijst met kleine repetitieve kubusvormige elementen (tanden); guttae hebben de vorm van een afgeknotte kegel en bevinden zich eerder onder aan een console of triglief. kroonlijstStelselmatig uitkragende geprofileerde lijst boven een muur of een ander belangrijk bouwdeel (entablement).. Oorspronkelijk centrale dakkapelUit het dakvlak opgaand venster; meestal in hout en vaak onder spitse kap. met klauwstukkenZijstuk, veelal in voluutvorm, van een topgevel, dakkapel of dakvenster. en orenUitstekend deel van sommige bouwelementen of -constructies, meestal louter decoratief., vlak omlijste ronde oculusKlein rond, ovaal of polygonaal venster. met sleutelSluitsteen van een opening; weerhoudt de gewelfstenen in een boog of gewelf. en radiale roedenDunne houten of metalen staaf in een kozijn waarin glasruiten worden bevestigd., onder gebogen waterlijstVooruitspringende rand in het gevelvlak die regenwater buiten gevel laat afdruppelen. met gestrekte uiteinden; recent verwijderd. Verbouwde pui.

Bronnen

Archieven
KIK, 104771 A.