Typologie(ën)

bijgebouwen

Ontwerper(s)

Juridisch statuut

Ingeschreven in de wettelijke inventaris op 19 augustus 2024

Stijlen

Neoclassicisme

Inventaris(sen)

Dit (deze) goed(eren) bezit(ten) de volgende waarde(n)

Onderzoek en redactie

2016

id

Urban : 30123
lees meer

Beschrijving

Poortgebouw in neoclassicistischeArchitectuurstroming (vanaf eind 18e eeuw tot ca. 1914) met voorliefde voor orde en symmetrie, gekenmerkt door bepleisterde en wit beschilderde lijstgevels die het stadsbeeld uniformiseren. Verhoudingen en vormentaal van deze stroming evolueren met de tijd. stijl, oorspronkelijk twee bouwlagen en drie traveeënVerticale geleding van een gevel, bepaald door afstand tussen twee opeenvolgende steunpunten (vb. muurdammen, zuilen, ...), waarvoor bouwaanvraag van 1858- 1860. Opgetrokken ter plaatse van een gedeelte van de tuinmuur - twee vakken binnen geblokte pilastersPlatte, weinig uitspringende muurpijler, vaak met basis en kapiteel. met vaas - toegeschreven aan architect Barnabé Guimard, cf. straatinleiding, waarvan wellicht elementen werden hergebruikt. Derde bouwlaag naar ontwerp van architect J. Vermeersch van 1938; halve linkse traveeVerticale geleding van een gevel, bepaald door afstand tussen twee opeenvolgende steunpunten (vb. muurdammen, zuilen, ...) mogelijk van bij oorsprong of later, en eertijds blindZonder opening; blind venster, schijnopening..

BepleisterdeMuur of plafond bedekt met een laag mortel op basis van een mengsel van kalk, gips of cement en zand, met of zonder andere fijne toeslagmaterialen. en beschilderde lijstgevel, geleed door het middenrisaliet met schijnvoegenImitatievoeg in metsel - of pleisterwerk, aangebracht om regelmatige verdeling te bewerkstelligen of bijvoorbeeld natuurstenen parement (simili) te suggereren. en geblokte hoekpilasters, de sokkelHoge plint van een gevel; fungeert als voetstuk in ordonnantie van de gevel. en entablementenHoofdgestel of onderdeel ervan (vb. kroonlijst) als bekroning van muuropening; entablement vaak op consoles.. Centrale rondboogBoog waarvan de kromming een halve cirkel beschrijft. met diamantkopsleutel en uitstraling, waarbinnen een rechthoekige poort, een paneel1. Dunne (houten) plaat, gevat in een omlijsting van stijlen en regels van deuren, lambriseringen en plafonds; - 2. Gevelversiering in de vorm van een in- (spiegel) of uitspringende (paneel) rechthoekige omlijsting. met neuten en een segmentbogig bovenlichtBovenste gedeelte van een raam- of deurkozijn, gescheiden door een dwarsregel; soms voorzien van glas-in-lood en/of roeden.. Verkleinende rechthoekige venstersLicht- en/of luchtopening in een muur., getralied op de begane grond. Toegevoegde verdieping in kopiërende stijl. Achtergevel met zelfde indeling.

Aan oostkant van het binnenplein: gebouw met vier bouwlagen, vier traveeënVerticale geleding van een gevel, bepaald door afstand tussen twee opeenvolgende steunpunten (vb. muurdammen, zuilen, ...) en mansardedakGebroken kap of Frans dak met met steile ondervlakken en licht hellende bovenvlakken.. Kern gevormd door een dubbelhuisGebouw waarvan de kamers geordend zijn langs beide zijden van de centrale toegangsas. van drie en een halve bouwlaag uit begin 19e eeuw, wellicht opklimmend tot laatste kwart 18e eeuw, met een achterbouw van twee bouwlagen uit midden 19e eeuw. Tot het huidige volume verbouwd naar ontwerp van J. Vermeersch van 1932.

Bronnen

Archieven
SAB/OW 1045 (1858-1860), 49746 (1938), 41371 (1932).