Typologie(ën)

woning

Ontwerper(s)

Henri CORRarchitect1913

Stanislas LEFEBVRE DE SARDANS architect1895

Juridisch statuut

Ingeschreven in de wettelijke inventaris op 19 augustus 2024

Stijlen

Beaux-Artsstijl
Moorse stijl

Inventaris(sen)

Dit (deze) goed(eren) bezit(ten) de volgende waarde(n)

Onderzoek en redactie

2006-2008

id

Urban : 18439
lees meer

Beschrijving

Huis met Beaux-Artselementen, n.o.v. architect Henry Corr, 1913.

Resulterend uit de grondige verbouwing van huis in 1895 ontworpen door architect Stanislas Lefebvre de Sardans voor zijn zusters.

Maria-Louizasquare 48, oorspronkelijke gevel ([i]Album de la Maison Moderne[/i], série III, [1908], pl. XII).

Oorspronkelijk gevel in Moorse stijlStijl geinspireerd op de Arabische bouwkunst en voornamelijk gekenmerkt door een rijke polychromie en hoefijzerboogvormige muuropeningen. met venstersLicht- en/of luchtopening in een muur. onder hoefijzerboogBoog die meer dan een halve cirkel beschrijft; boog in de vorm van een hoefijzer.. De architect schreef zelf over het huis: ‘Om de gebruikelijke banaliteit te doorbreken en me te inspireren op de nieuwe principes van de “Société de l'Art appliqué à la Rue”, heb ik op de oever van de vijver een soort villa in Moorse stijlStijl geinspireerd op de Arabische bouwkunst en voornamelijk gekenmerkt door een rijke polychromie en hoefijzerboogvormige muuropeningen. willen bouwen'. De architect wilde de gevel een toegangsbordes geven met negen trappen en een balkon voor het vensterLicht- en/of luchtopening in een muur. van de benedenverdieping. Gezien dit ontwerp al te veel inbreuk maakte op de voorgeschreven gevellijn, werd het afgekeurd. Een tweede ontwerp werd ingediend met een minder uitspringend balkon en bordes1. Verhoogd platform vóór de ingang van een gebouw, bereikbaar via een aantal treden; - 2. Vloertje, boven aan of midden in een trap.; alleen dit laatste werd goedgekeurd. Uiteindelijk richtte de Sardans zich tot burgemeester Charles Buls, erevoorzitter van de ‘Société de l'Art appliqué à la Rue' (VANDENBREEDEN, J., et al., 1999, p. 29), en argumenteerde dat voor andere gebouwen, op nr. 67 en 68 van de square, toelating was gegeven voor balkons op de benedenverdieping. De architect werd uiteindelijk deels in het gelijk gesteld (HEYMANS, V., 1994, pp. 151-152).

Maria-Louizasquare 48, verbouwde opstand, SAB/OW 6175 (1913).

Huidige gevel, zoals oorspronkelijke, met drie bouwlagen en twee ongelijke traveeënVerticale geleding van een gevel, bepaald door afstand tussen twee opeenvolgende steunpunten (vb. muurdammen, zuilen, ...). Gevel in witsteen met bossageIn oorsprong een gevelbehandeling waarbij ruwgehakte, rechthoekige blokken natuursteen uit de loodlijn steken en de gevel op die manier een fors, rustiek (rustica) karakter verleent; later op gevel vormelijk geïmiteerd door middel van uitspringend al dan niet bepleisterde bakstenen blokken of banden (doorlopende schijnvoegen). op benedenverdieping. VenstersLicht- en/of luchtopening in een muur. onder rondboogBoog waarvan de kromming een halve cirkel beschrijft. of getoogd, met geornamenteerde sleutelSluitsteen van een opening; weerhoudt de gewelfstenen in een boog of gewelf.. Deur met keellijst, onder gebogen kroonlijstStelselmatig uitkragende geprofileerde lijst boven een muur of een ander belangrijk bouwdeel (entablement). en ovale oculusKlein rond, ovaal of polygonaal venster.. Links daarvan, signatuur van architect. VenstersLicht- en/of luchtopening in een muur. met leuning, die van tweede bouwlaag geflankeerd door Ionische pilastersPlatte, weinig uitspringende muurpijler, vaak met basis en kapiteel. en met borstwering1. Verhoogd gedeelte van een vestingsmuur waarachter men veilig kan lopen; - 2. Muurtje of hekwerk (balkon, terras); - 3. Deel van een muur tussen vloer en onderzijde van een venster; - 4. Verhoging van de buitenmuren van een huis boven de zolderbalken waarop een muurplaat rust. met guirlande. In twee eerste bouwlagen op hoofdtraveeBredere en rijker uitgewerkte travee, meestal van een huis met asymmetrische compositie; vaak in risaliet en onder bekronende topgevel. gestapelde afgeronde erkerRechthoekig of veelhoekig uitbouwsel, als het ware op de gevel geplakt en daardoor deel uitmakend van de achterliggende ruimte; vaak over één of meer verdiepingen gestapeld.; bekroond door terras met smeedijzeren borstwering1. Verhoogd gedeelte van een vestingsmuur waarachter men veilig kan lopen; - 2. Muurtje of hekwerk (balkon, terras); - 3. Deel van een muur tussen vloer en onderzijde van een venster; - 4. Verhoging van de buitenmuren van een huis boven de zolderbalken waarop een muurplaat rust. met volutenSpiraalvormig ornament; meestal gebruikt als aanzetstuk van topgevels, bij deur- en vensteromlijstingen of als steunbeer., doorlopend  op toegangstraveeTravee waarin de toegang is ondergebracht.. In hoogste bouwlaag glasdeurenDeur waarvan het grootste deel uit glas bestaat. onder gebogen kroonlijstStelselmatig uitkragende geprofileerde lijst boven een muur of een ander belangrijk bouwdeel (entablement).. MansardedakGebroken kap of Frans dak met met steile ondervlakken en licht hellende bovenvlakken. met drie dakkapellenUit het dakvlak opgaand venster; meestal in hout en vaak onder spitse kap. onder gebogen houten frontonDriehoekige of segmentvormige bekroning van een gevel of muuropening.. Bewaard schrijnwerkVerzameling van al het (niet-constructief) houten materiaal zoals deuren, vensterkozijnen, erkeronderdelen, kroonlijst, …; bij uitbreiding ook materiaal in aluminium, PVC, ...  met roedeverdeling.

In voortuin sinds 1913 door balustradeHekwerk van spijlen of balusters. geflankeerde oprit naar half-ondergrondse beglaasde en getraliede garagepoort. Oprit afgesloten door hek tussen pijlers1. Muurstut zonder entasis (kromming), mogelijk met basis en kapiteel; - 2. Massief gemetseld of betonnen steunelement met gewoonlijk rechthoekige doorsnede (vb. bruggepijler,…).

Bronnen

Archieven
SAB/OW 2792 (1896), 6175 (1913).

Publicaties en studies
HEYMANS, V., Architecture et Habitants. Les intérieurs privés de la bourgeoisie à la fin du XIXe siècle (Bruxelles, quartier Léopold – extension nord-est) (proefschrift ter behaling van een doctorsgraad in de kunstgeschiedenis), Université Libre de Bruxelles, Brussel, 1994, pp. 151-152.
VANDENBREEDEN, J., VAN SANTVOORT, L., DE THAILLE, P., et al., Encyclopédie de l'Art nouveau. Tome premier. Le quartier Nord-Est à Bruxelles, CIDEP, Brussel, 1999, p. 29.

Tijdschriften
Album de la Maison Moderne, [1908], reeks III, pl. XII.