Typologie(ën)
Ontwerper(s)
Louis SAMAIN – beeldhouwer – 1869-1895
Edmond LE GRAIVE – architect – 1869-1895
Juridisch statuut
Ingeschreven in de wettelijke inventaris op 19 augustus 2024
Inventaris(sen)
- Inventaris van koloniale sporen (DPC-DCE 2024-2025)
- Het monumentale erfgoed van België. Brussel Uitbreiding Zuid (Apeb - 2005-2008)
Dit (deze) goed(eren) bezit(ten) de volgende waarde(n)
- Artistiek Het ontwerp van een onroerend goed (gebouw) door een gerenommeerde kunstenaar (architect) kan maar zeer zelden als criterium worden beschouwd. Om het belang van de selectie van dit onroerend goed te beoordelen, en de plaats dat het inneemt in het oeuvre van een kunstenaar (architect), is dit een criterium dat moet worden afgewogen met de architectonische kwaliteit (compositie en interne structuur), de uitvoering (materialen, technische beheersing), de plaats in de architectuurgeschiedenis dewelke een getuigenis zijn van een fase of aspect van landschapsarchitectuur of de bouwkunst in het verleden. Zodoende gelden koppelingen naar volgende criteria: zeldzaamheid (typologie, stijl, materiaalgebruik, bronnen), representativiteit (idem), authenticiteit (idem + de kwaliteit van de uitvoering) en integriteit (bewaringstoestand, oorspronkelijke elementen)). Een goed bevat ook artistieke waarde als het kunstwerken omvat (beeldhouwwerken, reliëfs ontworpen voor het goed, enz.) of decoratieve elementen uit de oorspronkelijke bouwperiode of met bijzondere kwaliteit (gesigneerd glasramen, sgraffito, lichtbeuk, enz.).
- Esthetisch Historisch gezien werd die waarde aangewend om waardevolle groene ruimten en natuurlijke of halfnatuurlijke gebieden aan te duiden. De waarde kan ook gelden voor grote gehelen van gebouwen in een stedelijk gebied, met of zonder natuurlijke elementen, of monumenten die het stadslandschap markeren. Een afweging met andere waarden dringt zich tevens op: de artistieke, de landschappelijke (integratie van het werk in het stedelijk landschap, oriëntatiepunten in de stad) en de stedenbouwkundige waarde (spontane of rationele stedelijke gehelen). De volgende selectiecriteria worden er eveneens aan gekoppeld: de ensemblewaarde en de contextuele waarde.
- Historisch Het onroerend goed heeft een historische waarde : - als het getuigt van een bijzondere periode in de geschiedenis van de streek of de gemeente; - of als getuigenis van een periode en/of een zeldzame ontwikkeling van een periode (bv. tuinstad die representatief is voor een bouwwijze die werd toegepast in het kader van de grote bouwcampagnes na de Tweede Wereldoorlog; dorpskernen die de eerste gegroepeerde bouwwerken van de gemeenten van de tweede ring illustreren; de Hallepoort als overblijfsel van de tweede omwalling; - of als getuigenis van een bepaalde stedelijke (en/of landschappelijke) ontwikkeling van de stad (bv. gebouwen aan de centrale lanen of in de Leopoldswijk); - of wanneer het een band vertoont met een belangrijke historische figuur – met inbegrip van persoonlijke huizen van architecten en kunstenaarsateliers (bv. het geboortehuis van Constantin Meunier, het huis van Magritte); - of in verband kan worden gebracht met een belangrijke historische gebeurtenis (bv. huizen van de wederopbouw na het bombardement van 1695, de Congreskolom); - of een typologische representativiteit vertoont die kenmerkend is voor een commerciële of culturele beroepsactiviteit (bv. kerken, bioscopen, industriële architectuur, apotheken); - of als het representatief is van het oeuvre van een belangrijke architect in de architectuurgeschiedenis op internationaal, nationaal, regionaal of lokaal niveau (dit betreft zowel befaamde architecten als V. Horta, V. Bourgeois, M. Polak als secundaire architecten, die lokaal verbonden worden aan een gemeente zoals Fernand Lefever in Koekelberg of Emile Hoebeke in Sint-Agatha-Berchem).
Onderzoek en redactie
id
Beschrijving
Het beeldhouwwerk doet denken aan Laocoön en zijn zonen (Vaticaanse collecties), Ugolino en zijn zonen van Jean-Baptiste Carpeaux of zelfs meer aan de Milo van Croton van Pierre Puget.
De scène toont een naakte, geketende zwarte man die zijn zoon beschermt tegen twee honden. Het is geïnspireerd op de roman van de Amerikaanse Harriet Beecher-Stowe De hut van Oom Tom (1851). Deze roman, gepubliceerd negen jaar voor de Amerikaanse Burgeroorlog, prijst een ideale relatie van dienstbaarheid: die van een genereuze witte meester en een dankbare en gehoorzame zwarte slaaf. Scipio, een slaaf, is ontsnapt van zijn witte meesters, de broers en slavenhouders Alfred en Augustin St. Clare, en wordt hij omsingeld door honden in een moeras. Teruggebracht, besluit Scipio vrijwillig in dienst te treden van Augustin St. Clare en zich tot het christendom te bekeren.
De Franse term "marron" verwijst naar marronage: de vlucht, als middel van verzet voor slaven, om aan de slavernij te ontsnappen in verschillende koloniale gebieden tussen de 16e en 19e eeuw. De vluchtende slaaf werd een marron, nègre marron, negmarron of cimarron genoemd.
De beeldengroep toont de extreme geweldpleging tegen zwarte mensen. Bovendien is de keuze om het in 1895 op de Louizalaan te plaatsen niet onbeduidend. In die tijd was de oorlog tussen de Onafhankelijke Congostaat en de Swahili-Arabieren (1892-1894) net beëindigd en wilde Leopold II zijn koloniale onderneming – niet minder gewelddadig – rechtvaardigen, onder andere door een aanklacht tegen en strijd tegen de slavernij.
In 2020 lanceerden de bewoners van de wijk een petitie om het standbeeld uit de openbare ruimte te laten verwijderen.
Bronnen
Publicaties en studies
CLERBOIS, S., La sculpture publique bruxelloise au XIXe siècle?: ville, pouvoir, idéologie, ‘Cahiers Bruxellois’, no 1, 2023, pp. 220-222.
CMCLD, Décolonisation de l’espace public?: un débat à recentrer, ‘Natrimoine. La revue des héritages culturels’, vol. 1, nr 1, november 2022, pp. 12-17.
DEROM, P. (dir.), Les sculptures de Bruxelles, Galerie Patrick Derom – Pandora, Brussel – Antwerpen, 2000, pp. 99-100.
DEROM, P. (dir.), Les sculptures de Bruxelles. Inventaire. Catalogue raisonné, Galerie Patrick Derom, Brussel, 2002, p. 77.
DUQUENNE, X., L'avenue Louise à Bruxelles, Xavier Duquenne éd., Brussel, 2007.
Vers la décolonisation de l’espace public en Région de Bruxelles-Capitale. Cadre de réflexion et recommandations. Rapport werkgroep, Brussel, Urban.brussels, februari 2022, pp. 123-124, 231.
LEWIS, N., Traces et tensions en terrain colonial. Bruxelles et la colonisation belge du Congo, Parijs, Shed Publishing, 2023, pp. 68-69.
LOFFMAN, R., Le régime du caoutchouc?: esclavage et travail forcé. Le Congo de Léopold II, 1885-1908, ISMARD, P. (dir.), Les Mondes de l’esclavage. Une histoire comparée, traduit par DEGACHI, S. et SHELLEBY, M., Parijs, Seuil, 2021, pp. 335-340.
VIDAL, C., Résistance, in ISMARD P. (dir.), ‘Les Mondes de l’esclavage. Une histoire comparée’, Parijs, Seuil, 2021, pp. 655-671.
Websites
Weggenlopen slave door honden achterhaald