Typologie(ën)

lijkenhuis
politiekantoor

Ontwerper(s)

Ernest ACKERarchitect1895-1897

Georges HOUTSTONTbeeldhouwer1895

Juridisch statuut

Beschermd sinds 03 april 2003

Stijlen

Neorenaissance
Neogotiek

Inventaris(sen)

Dit (deze) goed(eren) bezit(ten) de volgende waarde(n)

Onderzoek en redactie

2016

id

Urban : 32962
lees meer

Beschrijving

Complex in eclectischeVeel voorkomende stijl (ca. 1850-1914) die inspiratie put uit verschillende architectuurstijlen uit het verleden. Komt door de combinatie van enerzijds verschillende stijlelementen en anderzijds nieuwe technieken en materialen tot een unieke eigentijdse creatie. stijl, naar ontwerp van architect Ernest Acker van 1895, gebouwd in 1896-1897. 

Pittoreske architectuur met rijke detailafwerking, geïnspireerd op gotiekHistoriserende stijl (vanaf ca. 1860) die teruggrijpt naar de gotische vormentaal met o.m. spitsbogen, verticalisme, puntgevels, erkers, enz. Neotudor inspireert zich op de specifieke vormentaal van de overgangsperiode tussen gotiek en renaissance in Engeland onder de Tudors. en renaissanceVlaams renaissance (vanaf 16e eeuw). Stijl die elementen uit de Italiaanse renaissance toepast op de traditionele bak- en zandsteenstijl. De neo-Vlaamse renaissance (ca 1860-1914) grijpt vanuit een nationalistische tendens terug naar de Vlaamse renaissance en haar specifieke ornamentiek. De stijl kenmerkt zich door een polychroom materiaalgebruik en een volumespel d.m.v. erkers, torentjes, trapgevels, enz.. Langgerekt ondiep gebouw (hoek Oppemstraat) met markante opeenvolging van verschillende volumes met conform dakenspel, nog geaccentueerd door decoratief uitgewerkte schouwen en aandaken; lager bijgebouw aan het binnenplein. 

Gevelfront grotendeels opgetrokken uit hardsteen met witsteen- of rode baksteenlagen, onder leien zadelbedaking met dubbele rij dakkapellenUit het dakvlak opgaand venster; meestal in hout en vaak onder spitse kap.. Onregelmatige ordonnantie met gediversifieerde muuropeningen: lage deuren, smalle venstersLicht- en/of luchtopening in een muur., twee-, drie-, vier- of vijflichten met pilastersPlatte, weinig uitspringende muurpijler, vaak met basis en kapiteel., onder entablement, spits-, mijter- of accoladebogige waterlijstVooruitspringende rand in het gevelvlak die regenwater buiten gevel laat afdruppelen.. Verfijnde ornamentatie, voornamelijk lijstwerk en rozettenRozet, versiering met concentrische vorm, lijkend op een bloem; in ruime zin roosvenster, groot rondlicht, gevuld met gotisch maaswerk van rozetten, drie-, vier- en veelpassen in concentrische schikking en/of gevuld met glas-in-lood. door Georges Houtstont. Klassiek hoofdgestelHoog horizontaal lijstwerk ter bekroning van een gevel.. Politiebureel met twee bouwlagen, geleed door de gegroefde puilijst die doorloopt in het hoofdgestelHoog horizontaal lijstwerk ter bekroning van een gevel. van het lagere lijkenhuis. Smalle hoektraveeTravee op de hoek (meestal 45°) van een gebouw. bij de Schuitenkaai, met overhoekse rechthoekige erkerRechthoekig of veelhoekig uitbouwsel, als het ware op de gevel geplakt en daardoor deel uitmakend van de achterliggende ruimte; vaak over één of meer verdiepingen gestapeld. en bekronende getrapteGevel met een driehoekige bekroning die trapsgewijs versmalt. nisUitsparing in de dikte van een muur, kan rechthoekig zijn of onder een boog, achtervlak kan vlak, segmentvormig, halfrond of gebogen zijn; diepe nis voor standbeeld., met verguld Sint-Michielsbeeld door beeldhouwers A. Gillis en J. Dillens. DakkapelUit het dakvlak opgaand venster; meestal in hout en vaak onder spitse kap. met topstukken ter hoogte van het trappenhuisGedeelte van een gebouw waarin de trappen zijn ondergebracht.. Lijkenhuis met twee paviljoenen van één bouwlaag - rechter met afgeschuindeSchuine vlakke kant aan een houten of stenen bouwonderdeel. hoek - gescheiden door een portiek1. Open galerij of zuilengang waarvan het dak op zuilen of arcades rust; - 2. Classicistische ruimte vóór een toegangsdeur die terugspringt of niet gelijk is met de voorgevel; - 3. Samenstel van twee zuilen onder architraaf die overgang tussen twee ruimtes accentueert.. Vrij gesloten geblokte sokkelHoge plint van een gevel; fungeert als voetstuk in ordonnantie van de gevel., vensterregisterDoorlopende horizontale aaneenschakeling van vensters. met veellichten. Inrijpoort met I-balkIJzeren latei met I-profiel. onder blindZonder opening; blind venster, schijnopening. boogveldEen vlak omsloten door de binnenbegrenzing van een boog en de horizontale lijn die de aanzetten verbindt; meestal boven muuropeningen en soms versierd (beeldhouwwerk, blinde traceringen, cementtegels, …).; ijzeren hekken aan zijde Oppemstraat.


Bronnen

Archieven
SAB/OW 5806-5818 (1895-1897); A.A., 1896, rep. 3714; P.P., 1663-1693.


Tijdschriften
L’Emulation,
 1898, pl. 20-28.